1. Drukkend zagen (Fig. 27)
• Werkstukken die maximaal 61 mm dik en
122 mm breed zijn kunt u als volgt zagen.
• Zet het werkstuk vast met de spanschroef.
Schakel het gereedschap in, wacht totdat het
zaagblad op volle toeren draait, en laat dan de
zaag voorzichtig op het werkstuk neerzakken.
Nadat het zagen is beëindigd, schakelt u het
gereedschap uit. WACHT TOTDAT HET ZAAG-
BLAD VOLLEDIG TOT STILSTAND IS GEKO-
MEN alvorens het zaagblad in zijn hoogste
positie terug te zetten.
2. Verstekzagen
Zie de paragraaf ''Instellen van de verstekhoek''
hierboven.
3. Schuine sneden zagen (Fig. 28)
• Bij een linkse schuine hoek van 45°, kunt u
werkstukken zagen die maximaal 45 mm dik en
122 mm breed zijn.
• Draai de hendel los en houd het zaagblad
schuin om de schuine hoek in te stellen. Zie de
paragraaf ''Instellen van de schuine hoek'' hier-
boven. Zet het werkstuk vast met de span-
schroef. Schakel het gereedschap in en wacht
totdat het zaagblad op volle toeren draait. Breng
dan het handvat langzaam tot in de laagste
positie door druk uit te oefenen evenwijdig met
het zaagblad. Nadat het zagen is beëindigd,
schakelt u het gereedschap uit. WACHT TOT-
DAT HET ZAAGBLAD VOLLEDIG TOT STIL-
STAND IS GEKOMEN alvorens het zaagblad in
zijn hoogste positie terug te zetten.
LET OP:
• Tijdens het zagen van schuine sneden kan het
gebeuren dat het afgezaagd stuk tegen de
zijkant van het zaagblad komt te liggen. Indien
het zaagblad omhoog wordt gebracht terwijl het
nog draait, kan dit stuk door het zaagblad wor-
den gegrepen zodat brokstukken in het rond
worden geslingerd, hetgeen natuurlijk gevaarlijk
is. Breng daarom het zaagblad omhoog
ALLEEN nadat dit volledig tot stilstand is geko-
men.
• Wanneer u het handvat omlaag drukt, dient u
druk uit te oefenen evenwijdig met het zaagblad.
Indien u verticale druk op het draaibaar voetstuk
uitoefent of de drukrichting tijdens het zagen
verandert, zal de zaagsnede minder nauwkeurig
zijn.
4. Gecombineerd zagen
Gecombineerd zagen betekent dat het werkstuk
tegelijk met een schuine hoek en een verstekhoek
wordt gezaagd. Gecombineerd zagen is mogelijk
voor hoeken aangegeven in de onderstaande
tabel.
Verstekhoek
45° links en rechts
52° links en rechts
Bij een verstekhoek van 45° links en een schuine
hoek van 45° links, kunnen werkstukken die maxi-
maal 45 mm dik en 85 mm lang zijn worden
gezaagd. Voor de bedieningen voor gecombi-
neerd zagen, zie de uitleg onder ''Drukkend
zagen'', ''Verstekzagen'' en ''Schuine sneden
zagen.''
5. Stukken van gelijke lengte zagen (Fig. 29)
Wanneer u verschillende stukken van dezelfde
lengte tussen 220 mm en 365 mm wilt zagen, kunt
u doeltreffender werken door de stelplaat (los
verkrijgbaar accessoire) te gebruiken. Monteer de
stelplaat op de houder zoals afgebeeld in Fig. 29.
Breng de zaaglijn op uw werkstuk op één lijn met
de linkerzijde of de rechterzijde van de groef in de
zaagsnedeplaat. Houd het werkstuk vast zodat
het niet kan bewegen, en plaats de stelplaat vlak
tegen het einde van het werkstuk. Zet daarna de
stelplaat vast met de schroef. Wanneer u de
stelplaat niet gebruikt, draait u de schroef los en
draait u de stelplaat uit de weg.
OPMERKING:
Door de houder/stang montage (los verkrijgbaar
accessoire) te gebruiken, kunt u stukken van
dezelfde lengte tussen 220 mm en 2 230 mm
zagen.
Dragen van het gereedschap (Fig. 4 en 30)
Zorg ervoor dat de accu uit het gereedschap is
verwijderd. Zet het zaagblad vast op de 0° schuine
hoek en het draaibaar voetstuk op de 52° verstek-
hoek naar rechts. Breng het handvat helemaal
omlaag en vergrendel het in de laagste positie door
de aanslagpen naar binnen te drukken. Draag het
gereedschap bij de handgreep zoals afgebeeld in
Fig. 30.
Schuine hoek
0° – 45° links
0° – 40° links
47