► Bij het installeren van aansluitkabels en geleiders van schrikdraadomheiningen
(weideafscheidingen) in de buurt van een hoogspanningslijn, mogen deze alleen
worden geïnstalleerd met een maximale hoogte van 3 meter boven de grond. Deze
hoogte moet aan weerszijden van de verticale projectie van de buitenste geleider van
de hoogspanningslijn op de grond worden aangehouden. De volgende afstanden zijn
van toepassing:
•
2 meter voor hoogspanningslijnen met een nominale spanning tot 1.000 V
•
15 meter voor hoogspanningslijnen, met een nominale spanning van meer dan
1.000 V
► Volg de aardingsinstructies zoals vermeld in de handleiding.
► Houd een minimumafstand van 10 m aan tussen een eventuele geleider van de
elektrische afrastering en andere geaarde systemen (bijv. veiligheidsaarde van het
stroomnet of de aarde van een telecommunicatiesysteem).
► Zorg ervoor dat de verbindingskabels die in de gebouwen worden gelegd, effectief
worden geïsoleerd van geaarde, dragende delen van het gebouw. Gebruik hiervoor
geïsoleerde hoogspanningskabels.
► Zorg ervoor dat ondergrondse verbindingskabels door elektrische installatiebuizen
van isolatiemateriaal worden geleid of gebruik op een andere manier geïsoleerde
hoogspanningskabels.
► Zorg ervoor dat de aansluitkabels niet worden beschadigd door dierenhoeven of door
de wielen van de tractor.
► Plaats de aansluitkabel van de schrikdraadomheining niet bij in een buis van een
elektra voedingskabel of een datakabel.
► De elektrische afrastering (schrikdraadomheining) moet een minimale afstand van 2,5
meter tot geaarde, metalen voorwerpen (bijv. drinkbakken, waterleidingen) hebben.
Dit geldt met name in gebieden waar mensen aanwezig kunnen zijn.
► Aansluitkabels en geleiders van de schrikdraadomheining mogen niet over
hoogspanningslijnen of communicatielijnen gekruist worden.
► Vermijd kruisingen met hoogspanningslijnen. Als dit niet kan worden vermeden, moet
het kruispunt onder de hoogspanningslijn liggen en zo zoveel mogelijk in een haakse
hoek worden gedaan.
► Sluit een schrikdraadomheining niet aan op 2 afzonderlijke schrikdraadapparaten of
vermijd contact van 2 onafhankelijke afrasteringscircuits.
► Prikkeldraad of scheermesdraad mag niet worden geëlektrificeerd met een
schrikdraadapparaat.
► Niet-geëlektrificeerde prikkeldraad of scheermesdraad kan worden gebruikt om een
schrikdraadomheining te ondersteunen. De geëlektrificeerde draden moeten op een
verticale afstand van ten minste 150 mm van de niet-geëlektrificeerde draden worden
gehouden door middel van isolatoren. Zorg ervoor dat de niet-geëlektrificeerde draad
met regelmatige tussenpozen wordt geaard.
► Er moet een minimumafstand van 2,5 meter zijn tussen twee afzonderlijke
schrikdraadomheiningen, die gevoed worden door afzonderlijke, onafhankelijk van
elkaar werkende schrikdraadapparaten. Als het tussenliggend gebied moet worden
afgesloten, gebruik dan alleen niet-geleidende materialen of een geïsoleerde metalen
barrière.
► Zorg ervoor dat alle op de schrikdraadomheining aangesloten hulpapparatuur die op
het elektriciteitsnet worden aangesloten dezelfde mate van isolatie hebben als het
gebruikte schrikdraadapparaat.
98