Belangrijke eigenschappen
1. De HT–harnassen zijn valbeveiligingssystemen conform de
normen EN 361/EN813 en die in combinatie met EG-
steungordels gebruikt kunnen worden, conform de norm EN
358. Deze twee systemen mogen uitsluitend door één en
dezelfde persoon worden gebruikt die hiertoe opgeleid en/of
bevoegd zijn, of door gebruikers die rechtstreeks onder het
toezicht van zulke personen staan.
2. Vóór elk gebruik van een HT-harnas is het absoluut
noodzakelijk
voor
de
doeltreffendheid van het materiaal dat de gebruiker de in de
door Tractel SAS bijgeleverde handleiding beschreven
informatie leest en begrijpt. Deze gebruiksaanwijzing dient
samen met elk systeem of samenstellend onderdeel
geleverd en bewaard te worden en dient ter beschikking van
elke gebruiker te worden opgeslagen. Men dient eerst een
test op een veilige plaats uit te voeren om de ophanging te
controleren en te verzekeren dat het harnas goed afgesteld
is en een voldoende comfort verstrekt voor het gebruik
waarvoor het bestemd is.
3. Alvorens dit veiligheidsmateriaal te gebruiken, is het
noodzakelijk eerst een aangepaste opleiding aangaande het
gebruik ervan gevolgd te hebben. Controleer de staat van de
samengestelde onderdelen (harnas, connectors) en zorg
ervoor dat er voldoende valhoogte is. De levensduur van de
uitrusting bedraagt 6 jaar.
4. Als een harnas in een schijnbaar slechte staat verkeert of
gediend heeft om een val te stoppen, dan moet het geheel
door Tractel of door een bevoegd persoon gecontroleerd
worden,deze persoon moet schriftelijk het gebruik van het
systeem goedkeuren. Een visuele controle vóór elk gebruik
is aanbevolen.
5. Voordat men een valbeveiligingssysteem EN 363 gebruikt,
moet de gebruiker ervoor zorgen dat alle samenstellende
onderdelen
in
goede
veiligheidssysteem, vergrendeling. Bij het aanbrengen, mag
er geen enkele beschadiging van de veiligheidsfuncties zijn.
6. Elk harnas dat tijdens de voorafgaande 12 maanden niet
gecontroleerd werd, mag niet gebruikt worden, maar moet
vernietigd worden of gecontroleerd worden door een
bevoegd persoon die schriftelijk het gebruik ervan goed moet
keuren. Als het harnas een val gestopt heeft, moet het
vernietigd worden.
7. Deze uitrusting is geschikt voor een gebruik op een werf in
open lucht en voor een temperatuurbereik gaande van -35°C
tot +60°C. Vermijd elk contact met scherpe kanten,
schurende oppervlakken, chemische producten.
8. Belangrijk: als u het materiaal aan een werknemer of aan
een gelijkwaardig individu dient toe te vertrouwen,
respecteer
dan
verplicht
arbeidsreglementeringen.
9. De gebruiker moet in goede fysische en psychische staat
verkeren tijdens het gebruik van de uitrusting. Raadpleeg bij
twijfels uw arts of de bedrijfsarts. Deze uitrusting mag niet
door zwangere vrouwen gebruikt worden.
10. De uitrusting mag niet gebruikt worden buiten haar
toepassingsgebieden, of in alle andere situaties waarvoor de
uitrusting niet bestemd is: zie functies en beschrijving.
11. Het is raadzaam het harnas persoonlijk aan elke gebruiker
toe te kennen, met name, als het gaat om werknemend
personeel.
12. Voordat men een valbeveiligingssysteem EN 363 gebruikt,
moet de gebruiker ervoor zorgen dat alle samenstel-
lende
onderdelen
in
veiligheidssysteem, vergrendeling. Bij het aanbrengen, mag
er geen enkele beschadiging van de veiligheidsfuncties zijn.
13. Het is van essentieel belang voor de veiligheid van de
gebruiker dat de uitrusting of het verankerpunt correct
gebruiksveiligheid
en
bedrijfsstaat
verkeren:
de
van
kracht
zijnde
goede
bedrijfsstaat
verkeren:
geplaatst is en dat het werk zodanig uitgevoerd wordt dat het
valrisico en de valhoogte tot een minimum verminderd is.
14. Bij een valbeveiligingssysteem is het belangrijk de vrije
hoogte onder de gebruiker op de werkplaats te controleren
vóór elk gebruik, zodat, in geval van een val, er geen risico
bestaat op aanraking met de grond of met een obstakel op
het traject van de val.
Figuur 6.c bladzijde 5.
h1 moet een afstand van 0 m tot 1,5 m bedragen.
h2 moet minstens gelijk zijn aan 1 m.
de
t is de minimum valhoogte onder de voeten van de gebruiker.
Dit varieert naargelang het type valbeveiligingssysteem aan
het harnas gekoppeld is:
• Voor een blocfor, t = minimum 3 m .
• Voor een stopfor, t = minimum 4 m .
• Voor een leiriem met energieabsorber, t = minimum 6 m.
• Voor een stoprail, t = minimum 2 m .
• Voor een stopcable (EN 353-1), t = minimum 2 m.
• Voor een stopcable (EN 353-2), t = minimum 4 m.
15. Voor de veiligheid van de gebruiker, als het product buiten
het eerste land van bestemming wordt verkocht, moet de
verkoper de volgende elementen verschaffen: een
gebruiksaan-wijzing, instructies voor het onderhoud, voor
periodieke controles en herstellingen, opgesteld in de taal
van het land van gebruik van het product.
SPECIALE TOEPASSINGEN
VOOR SPECIALE TOEPASSINGEN, AARZEL NIET
CONTACT OP TE NEMEN MET TRACTEL
Gebruiksvoorwaarden
Onderzoek vóór gebruik
• Controleer visueel de staat van het harnas, van de riemen, van
de naden, van de gespen. De riem, de draden van de naden
mogen geen sporen van afscheuringen vertonen, noch
schuren, uitrafelingen, verbrandingen of scheuren. De
afstelelementen, de gespen mogen geen sporen van corrosie
of vervorming vertonen en moeten correct werken. Neem bij
twijfels elk product uit de circulatie.
• Controleer de staat van de samenstellende onderdelen, harnas
en connectors.
• Controleer het volledig valbeveiligingssysteem.
Functie en beschrijving
De HT-harnassen zijn bestemd om een verankerpunt op de
operator te vormen zodat hij uitgerust kan worden met een
valbeveiligingssysteem die hem zal beschermen tegen
hoogtevallen bij werken in de hoogte. Een valbeveiligingsharnas
is het enige beschermingsmiddel voor het lichaam dat gebruikt
mag worden in een valbeveiligingssysteem.
In functie van het type harnas, bestaan er meerdere
gebruiksmogelijkheden:
• Harnas
met
rugpunt:
hoogtewerken,
• Harnas met rug- en borstpunt: idem harnas met rugpunt +
behoud in de werkpositie, veiligheid bij het stijgen op een
ladder,...
• Harnas met riempunt: valbeveiligingssysteem naargelang het
type beschikbare verankerpunten, riempunt voor behoud in
werkpositie. In een valbeveiligingssysteem moet de leiriem
gespannen gehouden worden en de vrije verplaatsing moet
beperkt zijn tot maximaal 0,6 m.
• Harnas met buikpunt: valbeveiligingssysteem, naargelang het
type en de beschikbare verankerpunten, buikpunt voor werk in
hangende positie.
valbeveiligingssysteem
voor
13
NL