Temp.
Buitentemperatuur
Bediening
Verwarmen
–15°C ~ 24°C
Koelen
–15°C ~ 46°C
Drogen
–15°C ~ 46°C
Raadpleeg voor meervoudige aansluitingen de catalogus of neem contact
w
op met een verdeler.
17
STORINGEN VERHELPEN (CONTROLES)
Toestel werkt niet.
• De hoofdschakelaar
• De filters zitten vol stof.
staat af.
• De temperatuur is niet correct ingesteld.
• De stroomonderbreker
• Deuren of vensters staan open.
werd geactiveerd om de
• De luchtuitlaat of –inlaat van de
stroomvoorziening te
onderbreken.
• Het ventilatortoerental is te laag ingesteld.
• Geen stroom.
• De werkingsmodus is DRY (droog).
• ON timer is ingesteld.
• Functie VERMOGENSELECTIE is
Opmerking: Wanneer het product niet normaal functioneert, wordt er een
foutcode (2 cijfers) weergegeven op het schermpaneel van het
apparaat. Neem in dat geval contact op met uw verdeler.
Bij meervoudige aansluitingen
• Controleer of de werkingsmodus verschilt van de modus die geselecteerd is
voor de modules in de andere ruimtes (De volgende werkingscombinaties
kunnen niet worden uitgevoerd : COOL (koelen) en HEAT (verwarmen),
DRY (drogen) en HEAT (verwarmen)).
• Selecteer dezelfde werkingsmodus als in de andere ruimtes.
18
A-B SELECTIE AFSTANDSBEDIENING
Voor afzonderlijke gebruik van de afstandsbediening voor elke binneneenheid,
voor het geval dat 2 airconditioners dicht bij elkaar geïnstalleerd zijn.
Instelling afstandsbediening B.
1. Houdt de
toets op de afstandsbediening ingedrukt met de punt van
CHECK
de stift. "00" verschijnt in de display. (Afbeelding 1)
2. Druk tegelijkertijd op
en
"00" verdwijnt en de airconditioner schakelt uit. De afstandsbediening B
wordt in het geheugen opgeslagen. (Afbeelding 2)
Opmerking: 1. Herhaal de bovengenoemde stap om de
afstandsbediening in te stellen op A.
2. Voor de afstandsbediening A verschijnt geen "A" in de
display.
3. De van fabriekswege ingestelde standaardwaarde van
de afstandsbediening is A.
1
Instelling module B.
Houd de MODE-knop gedurende meer dan 20 seconden ingedrukt.
Wanneer de instelling voor A wijzigt naar de instelling voor B : u hoort 5
pieptonen en het signaallampje knippert gedurende 5 seconden.
Wanneer de instelling voor B wijzigt naar de instelling voor A : u hoort 5
pieptonen.
DE HELDERHEID VAN HET
19
SCHERMPANEEL REGELEN
1. Houd de AIR OUTLET SELECT-knop (selectie luchtuitlaat) ingedrukt
en druk vervolgens drie keer op de MODE-knop (Alle lampen op het
schermpaneel van het apparaat lichten op). (Houd op dat moment de AIR
OUTLET SELECT-knop (selectie luchtuitlaat) ingedrukt)
2. Houd de AIR OUTLET SELECT-knop (selectie luchtuitlaat) op het
schermpaneel van het apparaat ingedrukt en druk vervolgens op de
TEMPERATURE-knop (temperatuur) (Omhoog), (Omlaag) om de
gewenste helderheid in te stellen.
3. De helderheid wordt vastgelegd wanneer u de AIR OUTLET SELECT-knop
(selectie luchtuitlaat) van het schermpaneel van het apparaat loslaat.
Hoewel de temperatuuraanduiding uitgeschakeld is, wordt de ingestelde
temperatuur weergegeven als u op de TEMPERATION-knop (temperatuur)
(Omhoog), (Omlaag) drukt, en kunt u vervolgens de temperatuur
aanpassen.
Tien seconden nadat u de knop loslaat, verdwijnt de
temperatuuraanduiding.
U kunt 4 verschillende helderheidsniveaus instellen.
Temperatuuraanduiding
1
Normaal
2
Donker
3
Uitschakelen
4
Uitschakelen
Kamertemperatuur
Minder dan 28°C
21°C ~ 32°C
21°C ~ 32°C
Gebrekkige koeling of verwarming.
buitenmodule is afgesloten.
ingesteld op 75% of 50% (Deze functie is
afhankelijk van de afstandsbediening).
. "B" verschijnt nu in de display en
CHECK
B
2
Andere lamp
Normaal
Donker
Donker
Uitschakelen
DE RICHTING VAN HET LUCHTUITLAATROOSTER WIJZIGEN WANNEER DE
20
TEMPERATUUR BIJNA BEREIKT IS (ALLEEN KOELEN)
Bij koelen : wanneer de temperatuur de ingestelde temperatuur nadert, wordt
de bovenste uitlaat gebruikt.
Als u het omhoog en omlaag blazen wilt aanhouden, voert u de volgende
procedure uit.
Houd de AIR OUTLET SELECT-knop (selectie luchtuitlaat) gedurende
langer dan 10 seconden ingedrukt (niet langer dan 20 seconden) (u hoort
4 pieptonen, waarna "1" bij de TEMPERATURE-aanduiding (temperatuur)
gedurende 5 seconden oplicht).
Om terug te keren naar de vorige status, houdt u nogmaals de AIR OUTLET
SELECT-knop (selectie luchtuitlaat) gedurende langer dan 10 seconden
ingedrukt (u hoort 4 pieptonen, waarna "0" bij de TEMPERATURE-aanduiding
(temperatuur) gedurende 5 seconden knippert).
21
ONDERHOUD VAN HET LUCHTINLAATROOSTER
Was het luchtinlaatrooster met een zachte spons of doek die met water
is bevochtigd.
• Laat het rooster na het wassen goed drogen op een schaduwrijke
plaats.
• Verwijder vuile vlekken met een neutraal detergent voor gebruik in de
keuken en spoel het rooster vervolgens met water (Gebruik hiervoor
geen staalwol).
• Oefen geen overmatige druk uit op het voorpaneel. U kunt het namelijk
beschadigen.
VERMOGEN SELECTEREN EN
22
STILLE WERKING (BUITENUNIT)
Vermogen selecteren (
Deze functie wordt gebruikt als de hoofdstroomonderbreker samen met
andere elektrische apparaten wordt gebruikt. U kunt het maximale spannings-
en stroomverbruik beperken tot 100%, 75% of 50% met de knop VERMOGEN
SELECTEREN. Hoe lager het percentage, hoe meer energie er bespaard
wordt en hoe langer de levensduur van de compressor.
Opmerking:
• Als het niveau is geselecteerd, knippert de POWER-SEL-led op het
LCD display gedurende 3 seconden.
Indien het niveau 75% en 50% is knippert "75" of "50" ook gedurende
2 seconden.
• Daar de funktie VERMOGEN SELECTEREN de maximum
stroomtoevoer beperkt, kan er mogelijk onvoldoende capaciteit zijn.
Stille werking (
)
Laat de buitenunit in de stille stand werken zodat u en uw buren 's nachts
goed kunnen slapen. Met deze functie wordt het verwarmen geoptimaliseerd
zodat dergelijke stille werking mogelijk is. Voor de stille werking kunnen twee
standen worden gekozen (Stil 1 en Stil 2).
Er zijn drie instelparameters: Standaardniveau > Stil 1 > Stil 2
Stil 1:
Hoewel het toestel stil werkt, heeft verwarmen (of koelen) nog steeds prioriteit
zodat er voldoende comfort geboden wordt in de ruimte.
Deze instelling biedt een perfect evenwicht tussen het verwarmen (of koelen)
en het geluidsniveau van de buitenunit.
Stil 2:
Indien het geluidsniveau van de buitenunit absolute voorrang krijgt, gaat
verwarmen (of koelen) ten koste van het geluidsniveau.
Met deze instelling wordt het maximale geluidsniveau van de buitenunit
beperkt tot 4 dB(A).
Opmerking:
• Als u de stille werking activeert, is het mogelijk dat het toestel
onvoldoende verwarmt (of koelt).
Vermogen selecteren en Stille werking (Buitenunit)
[100%]
)
[75%]
[50%]
STIL#2
STIL#1