Bedieningsvoorschriften; Onderhouds- En Inspectievoorschriften - aldes CF1 Manual Original De Instalación, Uso Y Mantenimiento

Válvula terminal cortafuego
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 26
Eindklep voor brandgevel

2 Bedieningsvoorschriften

De Eindklep voor brandgevel is klaar voor gebruik als de bladen open zijn in overeenstemming met hoofdstuk 1.3
Instellen van de brandklep in de definitieve positie. Bij gebruik van een DV1 –versie wordt de bladpositie aangegeven
aan de hand van een eindschakelaar die de open en gesloten positie van de klep weergeeft. De microschakelaar bevat
drie geïsoleerde draden (zie fig.5) die via een gat uit het kanaal gaan, zo dicht mogelijk bij de microschakelaar en nabij
de wand, in het kanaal dat vastgezet wordt met een rubberen afdichtring.

3 Onderhouds- en inspectievoorschriften

De smeltlood houdt de brandklep gedurende de gehele bedrijfsduur in stand-by. Er mogen geen wijzigingen of
aanpassingen aan de klepconstructie worden doorgevoerd zonder de goedkeuring van de fabrikant. De gebruiker
dient regelmatig controles van de brandklep uit te voeren, conform plaatselijk geldende wet- en regelgeving. Tenzij
anders vermeld, voert de gebruiker om de 12 maanden een controle van de brandklep uit.
De CF1 - CF2 wordt visueel gecontroleerd nadat het ventiel van het kanaal is verwijderd. Als de brandklep is
geïnstalleerd in een kanaal dat een brandveilige wand doorkruist, dan moet voor toegang tot de brandklep het kanaal
bij de wand worden losgehaald aan de kant waar de klepbladen openen.
De binnenkant van de brandklep, de thermische smeltlood, de afdichting, het schuimmiddel, de staat van de
klepbladen en het afsluiten moeten allemaal gecontroleerd worden terwijl de brandklep in gesloten positie op een
achterstop steunt. Er mogen geen andere voorwerpen of vuil van het ventilatiekanaal in de brandklep zitten. Tijdens
de controle letten wij ook op het foutloos functioneren van de thermische smeltlood en een correcte positie van de
klepbladen nadat deze in de OPEN-positie zijn vastgezet - de bladen moeten ongeveer parallel liggen aan de lengteas
van het kanaal. De werking van de brandklep wordt gecontroleerd door de thermische smeltlood te verwijderen en
de bladen uit zichzelf te laten sluiten - de klepbladen worden gesloten door middel van een veerretour-ontkoppeling.
De brandklep moet volledig sluiten - de bladen moeten achter de palveren vallen. Bij gebruik van de DV1-versie wordt
de positie van het blad aangegeven aan de hand van een aansluiting van het respectievelijke circuit, zoals aangegeven
in fig. 3. Nadat gecontroleerd is dat de afdichting intact is en langs gehele lengte van het blad tegen de brandklep
aanligt, openen we de bladen weer en zetten we ze met behulp van de thermische smeltlood vast in de OPEN-positie.
Bij het openen van de bladen is het eerst nodig de palveer in te drukken en de haak bevestigd aan de opening van
de houder van de thermische smeltlood te gebruiken om het blad te openen. Voorafgaand aan het openen van het
tweede blad is het mogelijk het eerste blad in de OPEN-positie vast te zetten door een geschikt object tussen het blad
en de brandklep te steken (dit object moet worden verwijderd als de thermische smeltlood wordt ingeschakeld). In
geval van slechte toegang tijdens het controleren van de werking van de brandklep door middel van een complete
afsluiting van de bladen (de brandklep is te klein, het kanaal in de wand is te lang...) is het mogelijk om de brandklep
uit het kanaal te verwijderen. Dit kan door de brandklep aan de open bladen uit het kanaal te trekken, maar het kan
ook nodig zijn het kanaal aan de andere kant van de wand los te halen en de brandklep uit het kanaal te drukken. Als
er een eindschakelaar gebruikt wordt om de gesloten positie van de bladen aan te geven, dan moeten de draden van
de schakelaar eerst worden losgehaald van het aansluitblok aan de buitenkant van het kanaal en in het kanaal worden
getrokken voordat de brandklep wordt losgemaakt. Hierna kan de brandklep uit het kanaal worden verwijderd. Bij het
terugplaatsen van de brandklep in het kanaal is het belangrijk, dat de flexibiliteit van de tochtafdichting op de rand
wordt gecontroleerd en waarbij het in geval van een permanente vervorming nodig is deze afdichting te vervangen
door een nieuwe om het goed afsluiten van de brandklep in het kanaal te kunnen garanderen.
Aanbevolen controlestappen conform EN 15 650
1. inspectiedatum.
2. controle van schade aan de aansluiting van de eindschakelaar, indien van toepassing.
3. controle of de brandklep schoon is en indien noodzakelijk schoonmaken.
4. controle van de bladen en de afdichting, correctie.
5. controle van de smeltlood van de brandklep - zie het vorige hoofdstuk voor meer informatie.
6. controle of de brandklep in open of gesloten positie beweegt, correctie.
7. controle of de eindschakelaar de open en gesloten positie goed aangeeft, correctie.
8. controle of de brandklep in de standaard positie is verplaatst. De positie van de CF1 - CF2 -brandklep is correct als
de bladen na afsluiting tussen de panelen vallen, die het externe oppervlak van de wand vormen. De ideale positie
is als de bladen in het midden tussen deze panelen vallen.
3.2.1 Vervangen van de thermische smeltlood
Bij het vervangen van de thermische smeltlood moeten de instructies van 1.3 Instellen van de brandklep in de
definitieve positie worden nageleefd. De thermische smeltlood wordt verwijderd en er wordt een nieuwe geplaatst.
20

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

Cf2

Tabla de contenido