Sluit de voeding op het instrument aan via een kabelbuis of een stroomkabel. Zorg dat er een
stroomonderbreker met voldoende stroomcapaciteit in het netspanningssnoer is geïnstalleerd. De
grootte van de stroomonderbreker is afhankelijk van de draadgrootte die is gebruikt voor de
installatie.
Voor installaties met kabelbuis:
• Installeer een lokale scheidingsschakelaar voor het instrument op minder dan 3 m (10 ft) van het
instrument. Plak een label op de scheidingsschakelaar die deze identificeert als de
hoofdscheidingsschakelaar voor het instrument.
• Zorg dat de huisaansluitingen van de net- en veiligheidsaarde voor het instrument 18–12 AWG zijn
en de isolatie van de draad is berekend op 300 VAC of hoger.
• Sluit apparatuur aan in overeenstemming met lokale, staats- of nationale elektrische regelgeving.
• Indien er metalen kabelbuizen worden gebruikt, zorg dan dat de geleidingshub is vastgedraaid,
zodat de metalen kabelbuis goed contact maakt met de veiligheidsaarddraad door de achterplaat
van de kabelbuis.
Voor installatie met een voedingskabel, controleren of de voedingskabel:
• Korter is dan 3 m (10 ft)
• Berekend is op ten minste 60 °C (140 °F) en geschikt is voor de installatie-omgeving
• Berekend is voor de voedingsspecificaties. Raadpleeg
• 14-10 AWG met bijbehorende isolatiekleuren conform de lokale voorschriften
• Een voedingskabel is met een driepolige stekker (met aardingsverbinding) die geschikt is voor de
voedingsaansluiting
• Geen vergrendeling op de stekker heeft
Aansluiten op de voeding
Sluit de voeding aan via een kabelbuis of een voedingskabel. Raadpleeg
wordt geen netvoedingskabel geleverd bij de analyser.
Nadat de voedingsbedrading is geïnstalleerd, moet ervoor worden gezorgd dat de afdekking van de
veldbedradingsdoos is geïnstalleerd en de schroef wordt aangedraaid met een schroevendraaier,
zodat de afdekking op de juiste manier contact maakt met de beschermende aarding.
Draai de bevestigingen van de kabelbuis aan zodra de bedrading is voltooid. Zorg dat de klep goed
dichtzit zodat de beschermingen en de milieuclassificatie van de behuizing worden behouden.
Afbeelding 7 Voedingsbedrading
1 Leiding
2 Neutraal
Specificaties
op pagina 218.
Afbeelding 7
3 Aarding
en
Tabel
7. Er
Nederlands 231