Te verrichten instellingen
Gebruik van 3DYC en de I-P-modus
1
Herhaal de stappen 1 t/m 4 onder Gebruiken van Kleurtemp.
2
Selecteer "Anderen" (/ en dan ENTER).
3
Selecteer "3DYC" of "I-P modus" (/ en dan ENTER).
4
Selecteer de gewenste parameter (/ en dan ENTER).
3DYC
Optimaliseert de scheiding van helderheids- en kleursignalen. Dit
werkt zowel voor bewegende als voor stilstaande beelden.
Instellingen
Uit
Hoog
Midden
Laag
Opmerking
• Voor 3DYC zijn de individuele parameters alleen instelbaar
wanneer:
– U "INGANG1", "INGANG2" of "INGANG3" als signaalbron heeft
geselecteerd en "Video" als ingangssignaaltype (Selecteren van
het type ingangssignaal op pagina 59); of
– U "INGANG5" als signaalbron heeft geselecteerd, of als u de
analoge ontvanger heeft geselecteerd.
• De 3DYC instelling werkt niet bij SECAM, PAL60 of 4.43NTSC
ingangssignalen.
I-P-modus
Optimaliseert de conversie van geïnterlinieerde naar progressieve
signalen. Dit werkt zowel voor bewegende als voor stilstaande beelden.
Instellingen
1
Hoofdzakelijk voor beelden met snelle
bewegingen
2
Evenwichtige instelling voor zowel
bewegende als stilstaande beelden
3
Hoofdzakelijk voor beelden waar geen of niet
veel beweging in zit
Opmerking
• De I-P-modus instelling is niet beschikbaar als u een externe
signaalbron gebruikt en "Aan" heeft ingesteld bij de
"Spelvoorkeursinst" onder het "Optie" menu.
• Voor de I-P-modus kunnen de individuele parameters niet
worden geselecteerd bij de volgende ingangssignalen: 480p,
576p, 720p, 1080p.
5
Druk op HOME MENU om het menu te sluiten.
Schakelt de 3DYC functie uit
Versterkte werking van de 3DYC
functie
Standaard instelling voor de 3DYC
functie
Gematigde werking van de 3DYC
functie
Vergelijken van beeldinstellingen op
het scherm
Terwijl u beeldinstellingen aan het veranderen bent, kunt u snel
even terugschakelen naar de vorige instelling zodat u de
instellingen gemakkelijk kunt vergelijken.
1
Herhaal de stappen 1 t/m 3 onder Gebruiken van Kleurtemp.
2
Selecteer het in te stellen item (/ en dan ENTER).
3
Druk op TOOLS op de afstandsbediening terwijl u bezig bent
met het veranderen van een beeldinstelling.
De melding "Voor" zal verschijnen en het beeld zal worden
weergegeven met de vorige instelling.
Voor
4
Druk nog eens op dezelfde toets om terug te keren naar uw
nieuwe instelling.
Met elke druk op deze toets schakelt u heen en weer tussen "Voor"
en "Na".
5
Herhaal de stappen 2 en 4 voor andere parameters.
6
Druk op HOME MENU om het menu te sluiten.
Pas op
• Als u het menu afsluit door op HOME MENU te drukken, of
doordat er 60 seconden lang geen handeling wordt uitgevoerd,
zullen alle laatst weergegeven instellingen in het geheugen
worden opgeslagen.
• Als u het menu wilt afsluiten zonder de wijzigingen (of
instellingen) zoals weergegeven op het "Na" scherm uit te laten
voeren, dient u eerst over te schakelen naar het "Voor" scherm
en vervolgens het menu af te sluiten.
Opmerking
• Op het "Voor" scherm kunt u geen instellingen verrichten. Er zal
een waarschuwing verschijnen.
• Wanneer u overschakelt naar een andere parameter moet u
eerst van het "Voor" scherm overschakelen naar het "Na"
scherm, want anders kunt u "Voor" niet selecteren. Er zal een
waarschuwing verschijnen als u dit niet doet.
• Als u afsluit op het "Voor" scherm, zal de oorspronkelijke
instelling worden opgeslagen in het geheugen en zal de TOOLS
toets niet meer werken.
• Als u afsluit op het "Na" scherm, zal de nieuwe instelling
worden opgeslagen in het geheugen en zal de toets niet meer
werken.
• Als u de "AV Selectie" parameter wijzigt, zal de nieuwe instelling
voor de huidige parameter in het geheugen worden opgeslagen
en zal de toets blijven werken.
• U kunt geen beelden met elkaar vergelijken voor verschillende
parameters op het "AV Selectie" menu ("STANDAARD" en
"FILM" bijvoorbeeld).
• Wanneer u deze functie selecteert, zullen "Intelligente inst"
onder "Professionele instelling." op het "Beeld" menu en
"Lichtsensor" op het "Optie" menu worden uitgeschakeld en zal
de beeldweergave worden teruggezet op de
standaardinstellingen.
• Deze functie kan niet geselecteerd worden:
– wanneer "OPTIMUM" is geselecteerd bij "AV Selectie".
– wanneer u "AV Selectie" selecteert,
– wanneer u "Ja" of "Nee" selecteert op het bevestigingsscherm
voor "Reset" op het "Beeld" menu of
– wanneer u een menu selecteert met een PC als signaalbron
08
43
Du