4
5
Aanzetten
1. Zet Thopaz aan met [
(controleer of u een akoestisch signaal hoort - [piep]).
Schakel Thopaz niet in, als het toestel al op de patiënt is
aangesloten.
Als de zelftest niet succesvol is, volg dan de aanwijzingen op
voor het oplossen van problemen, zoals deze op het display
verschijnen (Hoofdstuk XII).
2. Nieuwe patiënt? ja/nee
• "ja" betekent dat Thopaz een nieuw
therapienummer zal toekennen
(aanbevolen voor een nieuwe pati-
ent).
• "nee" betekent dat het therapie-
nummer onveranderd blijft (aanbe-
volen voor de voortgezette behan-
deling van dezelfde patiënt). De
grafische weergave wordt bewaard.
Het therapienummer is van belang voor de datatransmis-
sie naar de pc.
Een functie-inspectie uitvoeren
1. Sluit de conische connector van de patiëntslang af
met uw duim (door de verpakking).
De slangenset mag niet geknikt zijn, omdat de meetslang
dan wordt afgesloten.
2. • Vacuüm inschakelen door de knop "aan" in te drukken –
vacuüm wordt opgebouwd.
• Controleer flow‑waarde.
Flow neemt af:
Flow neemt niet af:
3. Schakel naar de standby‑modus: druk op de knop "Standby".
(> 3 sec. indrukken)
4. Thopaz is in standby‑modus en is klaar voor gebruik met
fabrieksinstellingen.
] – zelftest begint
Therapienummer
Thopaz is klaar voor gebruik
lek in het systeem;
Controleer de slangaansluitingen,
de opvangpot en/of slang
NL
93