5.4.
Elektrische aansluiting en aardaansluiting (modellen met snoer)
Op de serienummerplaat (fig. 1) zijn de elektrische kenmerken van de machine
aangegeven: controleer of de frequentie en de spanning overeenkomen met die van de
installatie van de omgeving waar men werkt. Voor wat betreft de spanning, vermelden we
dat de modellen die op de plaat een waarde van 230 V aangeven, gebruikt kunnen
worden voor spanningen van 220 tot 240 V. Hetzelfde geldt voor modellen met 115 V, die
tussen 110 en 120 V gebruikt kunnen worden. De op de plaat aangegeven frequentie
moet echter gelijk zijn aan die van het elektriciteitsnet.
Controleer of de elektrische installatie voorzien is van een geschikte aardleiding en
of de stopcontacten (en de eventueel gebruikte verloopstekkers) de continuïteit van
Het niet in acht nemen van deze voorschriften kan ernstig letsel/schade aan personen
en zaken veroorzaken en brengt het vervallen van de garantie met zich mee.
Voedingsbatterijen (modellen met batterij)
5.5.
Op deze machines kunnen twee verschillende soorten batterijen geïnstalleerd worden:
• gepantserde buisvormige batterijen: vereisen periodieke controle van het
elektrolytpeil. Wanneer nodig, alleen met gedestilleerd water bijvullen totdat de platen
bedekt zijn en niet te veel bijvullen (max. 5 mm boven de platen).
• gelbatterijen: dit type batterij vereist geen onderhoud.
De technische kenmerken moeten overeenkomen met die aangegeven in de paragraaf
met de technische gegevens van de machine: het gebruik van zwaardere batterijen kan
de wendbaarheid nadelig beïnvloeden en de borstelmotor oververhitten; toepassing van
batterijen met lagere capaciteit en gewicht vereisen daarentegen frequenter opladen.
De batterijen moeten opgeladen, droog en schoon zijn en de aansluitingen moeten goed
bevestigd zijn.
Volg de volgende instructies om in de software van de machine het type geïnstalleerde
batterij in te stellen:
Versie met mechanische aandrijving (B):
•
schakel de machine met de drukknop (fig. 5, ref. 3) in, wacht 5 seconden,
controleer of het display ingeschakeld wordt.
•
druk minstens 5 seconden gelijktijdig op de borstelknoppen (fig. 5, ref. 3) en de
zuigknop (fig. 5, ref. 2), zodat het menu voor het instellen van het geïnstalleerde
type batterij wordt geopend.
•
door op de zuigknop te drukken (fig. 5, ref. 2), selecteert men het op de machine
geïnstalleerde type batterij: "ACd" voor batterijen met zuur (buisvormige
gepantserde batterijen) of "GEL" (gelbatterijen).
•
sla de weergegeven parameter op door op de drukknop te drukken (fig. 5, ref. 3).
Versie elektrische aandrijving (BT): stel via de software van de machine het type
geïnstalleerde batterijen in door deze volgorde aan te houden:
•
schakel de machine in door de sleutel van de noodstopknop te verdraaien (fig. 5,
ref. 15), wacht 5 seconden, controleer of het display ingeschakeld wordt.
•
druk minstens 5 seconden gelijktijdig op de borstelknoppen (fig. 5, ref. 3) en de
zuigknop (fig. 5, ref. 2), zodat het menu voor het instellen van het geïnstalleerde
type batterij wordt geopend.
10
NEDERLANDS
ATTENTIE
de aardgeleiders garanderen.
!
GEVAAR
INFORMATIE