REINIGING EN ONDERHOUD
Risico op brandwonden!
Uitsluitend reinigen als het apparaat is afgekoeld.
Z
X
Voordat u begint met reinigen en
Lees de algemene veiligheidsgegevens over
Z
X
reinigen in de sectie „Veiligheidsgegevens".
Schakel het apparaat uit.
Z
X
Algemene aanbevelingen
Gebruik geen stoomreinigers of rechtstreekse
Z
X
waterstralen.
Gebruik geen grove schurende materialen
Z
X
of scherpe metaalschrapers om de glazen
onderdelen van het apparaat te reinigen. Ze
kunnen krassen op het oppervlak veroorzaken en
het glas breken.
Gebruik geen schuursponsjes, staalwol, zoutzuur of
Z
X
andere producten die krassen of beschadigingen
op het oppervlak kunnen veroorzaken.
PROBLEEMOPLOSSEN
De kookplaat werkt niet:
Verzeker u ervan dat de kookplaat is aangesloten
X
X
en dat de hoofdschakelaar aan staat.
Verzeker u ervan dat er geen onderbreking van de
X
X
netspanning is.
Verzeker u ervan dat de zekering niet is doorgeslagen.
X
X
Als dat wel het geval is, vervang dan de zekering.
Verzeker u ervan dat de stroomonderbreker van
X
X
het elektrische systeem van de woning niet is
uitgeschakeld. Als dat wel het geval is, schakel de
stroomonderbreker dan weer in.
De kookresultaten zijn niet bevredigend:
Verzeker u ervan dat de kooktemperatuur niet te
X
X
hoog of te laag is.
De kookplaat rookt:
Laat de kookplaat afkoelen en maak hem schoon
X
X
na afloop van het koken.
FHSM 604 4I / FHSM 603 3I / FHSM 603 3I DZ / FHSM 804 4I /
FHSM 803 3I / FHSM 302 2I / FHSM 604 4I WH / FHSM 603 3I DZ WH
onderhoud:
Apparaat reinigen
Reinig de kookplaat na ieder gebruik om te
X
X
voorkomen dat voedselresten aanbranden. Het
reinigen van opgedroogde en verbrande resten
vereist meer inspanning.
Gebruik een zachte doek of spons met water en
X
X
een geschikt reinigingsmiddel om dagelijks vuil
te reinigen. Volg het advies van de fabrikant in
verband met reinigingsmiddelen. We raden het
gebruik van beschermende reinigingsmiddelen aan.
Verwijder overgebleven resten (bv. melk die is
X
X
overgekookt) met een glaskeramische schraper
terwijl de kookplaat nog warm is. Volg het advies
van de fabrikant ten aanzien van de schraper.
Verwijder overgebleven suikerhoudende
X
X
resten (bv. siroop die is overgekookt) met een
glaskeramische schraper terwijl de kookplaat
nog warm is. Anders kan het glaskeramische
oppervlak beschadigen.
Verwijder gesmolten plastic met een
X
X
glaskeramische schraper terwijl de kookplaat
nog warm is. Anders kan het glaskeramische
oppervlak beschadigen.
Verwijder kalkvlekken met een kleine hoeveelheid
X
X
kalkoplossend middel, bv. azijn of citroensap, als
de kookplaat is afgekoeld. Daarna even afnemen
met een vochtige doek.
Verzeker u ervan er niets is overgekookt en
X
X
gebruik een grotere pan, indien nodig.
De zekeringen slaan vaak door of de
stroomonderbreker van het elektrische systeem
van de woning schakelt regelmatig uit.
Roep de hulp van de Technische Dienst of een
X
X
elektricien in.
Er zitten scheuren of barsten in de kookplaat:
Schakel het toestel onmiddellijk uit, trek de
X
X
netstekker uit het stopcontact en neem contact
op met de Technische Dienst.
De kookplaat maakt lawaai:
Raadpleeg in geval van lawaai de paragraaf
X
X
"Normale geluiden tijdens gebruik van de
kookpan" (pagina 82).
– 87 –
NL