Aansluiten op de computer
Voordat u het apparaat aansluit op uw computer,
installeert u de PC-verbindingssoftware
(ActiveSync) op de computer.
1
Sluit het apparaat met de
netspanningsadapter en de
netspanningskabel aan op een
stopcontact.
2
Sluit het apparaat met de USB-kabel
aan op de computer.
Sluit de kleine stekker van de USB-kabel aan
op de USB-aansluiting van het apparaat en
sluit de grote stekker aan op een USB-poort
van de computer.
Opmerkingen over gegevensoverdracht
Voer tijdens de overdracht de volgende handelingen
niet uit:
– De USB-kabel of de netspanningsadapter
loskoppelen.
– De stroomvoorziening van het apparaat
uitschakelen, de wachtstand van het apparaat
activeren of het apparaat opnieuw instellen.
– De computer uitschakelen, de wachtstand van de
computer activeren of de computer opnieuw
opstarten.
Als u de overdracht halverwege wilt annuleren, klikt u op
knop voor annuleren op het scherm van de computer.
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Wanneer uw auto in de volle zon heeft gestaan,
moet u eerst het apparaat laten afkoelen voordat
u het gaat gebruiken.
Condensvorming
Op een regenachtige dag of in een zeer vochtige
omgeving kan vocht condenseren in het apparaat.
In dat geval kan de werking van het apparaat
worden verstoord. Schuif in dergelijke gevallen
de POWER-schakelaar rechts onder op het
apparaat in de stand OFF en wacht ongeveer een
uur tot het vocht is verdampt.
Opmerking over het LCD-
scherm
Er worden wellicht een aantal stilstaande blauwe,
rode of groene stippen op de monitor
weergegeven. Deze "heldere stippen" kunnen
voorkomen op LCD-schermen. Het LCD-scherm
is vervaardigd met precisietechnologie en
99,99 % van de pixels werken. Het is echter
mogelijk dat een klein percentage (over het
algemeen 0,01 %) van de pixels niet goed wordt
verlicht. De weergave wordt hierdoor echter niet
gehinderd.
15