GEBRUIKSAANWIJZING
CATEGORIE III / COMPLEX ONTWERP
ZIE VOORPAGINA VOOR PRODUCTSPECIFIEKE INFORMATIE
Lees deze handleiding aandachtig door voordat u dit product gebruikt.
VERKLARING VAN DE PICTOGRAMMEN
0 = Onder het minimum prestatieniveau voor het desbetreff end afzonderlij-
ke gevaar X = Niet onderworpen aan de test of testmethode is niet geschikt voor het ontwerp of materiaal van de handschoen
EN 374-3:2003
BESCHERMENDE HANDSCHOENEN TEGEN CHEMICALIËN
EN MICRO-ORGANISMEN - DEEL 3: BEPALING VAN DE
WEERSTAND TEGEN BINNENDRINGING VAN CHEMICALIËN
Defi nitie van doorbraaktijd via de handschoenpalm
(1ugm/cm²/min)
ABCDEF
Permeatieniveau
1
2
3
4
5
6
GHIJKL
Minimumdoorbraakti-
10 30 60 120 240 480
jden (min)
EN 374-2:2003
BESCHERMENDE HANDSCHOENEN TEGEN
Niveau
1
2
3
CHEMICALIËN EN MICRO-ORGANISMEN - DEEL 2:
BEPALING WEERSTAND TEGEN PENETRATIE
AQL
< 4,0
< 1,5
< 0,65
Handschoenen worden bemonsterd en getest op lekkage volgens
EN 374-2 met inbegrip van bijlage A (AQL = aanvaardbaar
kwaliteitsniveau).
EN 407:2004
A: Brandgedrag
BESCHERMENDE HANDSCHOENEN TEGEN
B: Contacthitt e
THERMISCHE RISICO'S (HITTE EN/OF VUUR)
C: Convectieve warmte
D: Stralingswarmte
PRESTATIES
E: Spett ers gesmolten
A-F
metaal
ABCDEF
F: Grote hoeveelheden
Min. 0; Max. 4
gesmolten metaal
EN 388:2003
EIGENSCHAP
PRESTATIE
BESCHERMENDE
A. Slijtvastheid
Min. 0; Max. 4
HANDSCHOENEN TEGEN
B. Snijweerstand
Min. 0; Max. 5
MECHANISCHE RISICO'S
A. Scheurvastheid
Min. 0; Max. 4
Beschermingsniveaus zijn
A. Perforatieweerstand Min. 0; Max. 4
gemeten vanaf van de handpalm
van de handschoen.
ABCD
EN 511:2006
EN 12477:2001+A1:2005
BESCHERMENDE HANDSCH-
EIGENSCHAP
PRESTATIE
OENEN VOOR LASSERS
A. Convectiekoude Min. 0; Max. 4
EN 12477:2001
B. Contactkoude
Min. 0; Max. 4
BESCHERMENDE
C. Waterpenetratie 0 (Niet voldaan);
HANDSCHOENEN VOOR
1 (Voldaan)
ABC
LASSERS
EN 374-3:2003
BESCHERMENDE HANDSCHOENEN TEGEN CHEMICALIËN EN MICRO-
ORGANISMEN - DEEL 3: BEPALING VAN DE WEERSTAND TEGEN
BINNENDRINGING VAN CHEMICALIËN
Neem contact op met Ejendals voor meer informatie.
EN 421:2010
GESCHIKT VOOR
CONTACT MET VOED-
BESCHERMING TEGEN RADIOACTIEVE
INGSMIDDELEN
BESMETTING
Neem contact op met Ejendals
voor meer informatie.
WAARSCHUWING! Dit product is ontworpen om de bescherming te bepalen die is gespecifi ceerd in PBM 89/686/EG
met het gedetailleerde niveau van de prestaties die hieronder worden gepresenteerd. Houd echter altijd in gedachte
dat geen enkele PBM-item volledige bescherming kan bieden en dat altijd voorzichtigheid moet worden betracht bij
blootstelling aan gevaarlijke chemicaliën of andere situaties met een hoog risico. De prestatieniveaus zijn voor de
producten in nieuwstaat en komen niet overeen met de werkelijke beschermingsduur op de werkplek als gevolg van
andere factoren die de prestaties beïnvloeden, zoals temperatuur, slijtage, aantasting enz. Gebruik deze handschoenen
niet in de buurt van bewegende onderdelen of machines met onbeschermde onderdelen. Als de handschoenen een
prestatieniveau 1 of 2 hebben in het brandgedrag in EN 407: 2004, moeten de handschoenen niet in contact komen met
open vuur. EN 407: 2004 en EN 511: 2006: als de handschoen bestaat uit losse delen die niet permanent met elkaar zijn
verbonden, gelden de prestatieniveaus en de bescherming alleen voor de complete constructie. EN 511: Wees zorgvuldig
bij het kiezen van de juiste handschoen met betrekking tot de maximale gebruikersblootstelling. EN511: 2006 Bijlage B
tabel B.1 toont verschillende parameters die moeten worden overwogen. Onderzoeken hebben bepaalde correlaties
aangetoond tussen deze parameters en het niveau van thermische isolatie dat vereist is voor bescherming in koude. De
tabel in bijlage B van EN342:2004 is een voorbeeld van dergelijke gegevens. Voor handschoenen met twee of meer lagen
geeft de algemene classifi catie van EN 388:2003 niet noodzakelijkerwijs de prestaties van de buitenste laag weer. EN
12477: 2001 heeft geen gestandaardiseerde testmethode op dit moment voor het vaststellen van UV-penetratie van
materialen voor handschoenen maar de huidige methoden van de constructie van beschermende handschoenen voor
lassers laten normaal geen binnendringing van UV-straling toe. Wanneer handschoenen zijn bedoeld voor booglassen:
deze handschoenen bieden geen bescherming tegen elektrische schokken die worden veroorzaakt door defecte
apparatuur of onder spanning werken, en de elektrische weerstand wordt verminderd als handschoenen nat, vuil of
doorweekt van het zweet zijn, waardoor het risico hoger kan zijn. EN 16350:2014: De persoon die de elektrostatische dis-
sipatieve beschermende handschoenen draagt, moeten naar behoren worden geaard, bijv. door het dragen van adequaat
schoeisel. Elektrostatische dissipatieve beschermende handschoenen worden niet uitgepakt, geopend, aangepast of
verwijderd als de drager zich bevindt in een ontvlambare of explosieve atmosfeer of brandbare of explosieve stoff en
hanteert. De elektrostatische eigenschappen van de beschermende handschoenen kunnen nadelig worden beïnvloed
door veroudering, slijtage, vervuiling en schade, en zijn mogelijk niet toereikend voor met zuurstof verrijkte ontvlambare
omgevingen waar extra beoordelingen nodig zijn.
PASVORM EN MATEN: Alle maten voldoen aan de norm EN 420:2003 voor comfort, pasvorm en beweeglijkheid, als
deze zaken niet worden toegelicht op de voorpagina. Als het symbool voor het korte model wordt weergegeven op de
voorpagina, is de handschoen korter dan een standaardhandschoen, teneinde het comfort te verbeteren voor bijzondere
doeleinden - bijvoorbeeld bij fi jn montagewerk. Draag alleen de producten in een geschikte maat. Producten die te los
of te strak zitt en, beperken de beweging bieden niet het optimale beschermingsniveau. OPSLAG EN TRANSPORT: De
producten kunnen het beste worden opgeslagen in droge en donkere plaats, in de oorspronkelijke verpakking tussen
+10°- +30°C. HOUDBAARHEIDSDATUM: Voor wegwerphandschoenen 36 maanden na productiedatum. Productiedatum
is aangegeven op de verpakking. INSPECTIE VOOR HET GEBRUIK: Indien het product beschadigd raakt, biedt het NIET
de optimale bescherming en moet het worden afgevoerd. Gebruik nooit een beschadigd product. De gebruikstijd mag
nooit hoger zijn dan 8 uur bij gebruik in contact met gevaarlijke chemische stoff en (let erop dat sommige chemicaliën een
kortere permeatietijd hebben). Neem voor meer informatie contact op met Ejendals. REINIGING: Gebruik geen chemicaliën
of scherpe voorwerpen voor het schoonmaken van de handschoenen. Chemische handschoenen zijn niet bedoeld om te
worden gewassen. Bij handschoenen die zijn gemarkeerd met een wassymbool is via gestandaardiseerde tests aangetoond
dat ze na het wassen hun prestatieniveau behouden. VERWIJDERING: Handschoenen die zijn verontreinigd met chemical-
iën, moeten worden afgevoerd in daarvoor bestemde containers en afgevoerd volgens de plaatselijke milieuwetgeving.
ALLERGENEN: Dit product kan onderdelen bevatt en die een potentieel risico op allergische reacties kunnen vormen. Niet
gebruiken in geval van tekenen van overgevoeligheid. Neem voor meer informatie contact op met Ejendals.
NL
Przed rozpoczęciem użytkowania produktu należy dokładnie przeczytać poniższe instrukcje.
OBJAŚNIENIE PIKTOGRAMÓW
zagrożenia. X = rękawica nie była testowana lub metoda testowania nie jest odpowiednia dla danej rękawicy lub materiału.
EN 374-3:2003
Chemische doorbraaktijd > 30 minuten tegen:
RĘKAWICE CHRONIĄCE PRZED SUBSTANCJAMI
CHEMICZNYMI I MIKROORGANIZMAMI – CZĘŚĆ
A: Methanol
G: Diethylamine
3: OKREŚLENIE ODPORNOŚCI NA PRZENIKANIE
B: Aceton
H: Tetrahydrofuraan
SUBSTANCJI CHEMICZNYCH
C: Acetonitril
I: Etylacetaat
Defi nicja czasu przenikania przez dłoń rękawicy (1 ugm/cm²/min)
D: Dichloormethaan
J: n-heptaan
E: Zwavelkoolstof
K: Natriumhydroxide,
Poziom przenikania
A B C D E F
F: Tolueen
40%
Minimalny czas
G H I J K L
L: Zwavelzuur, 96%
przebicia (min)
EN 374-2:2003
Poziom
AQL
EN 1149-2:1997
EN 407:2004
A: zachowanie podczas palenia
BESCHERMENDE KLEDING - ELEK-
B: odporność na ciepło kontaktowe
TROSTATISCHE EIGENSCHAPPEN
C: odporność na ciepło konwekcyjne
- DEEL 2:
D: odporność na ciepło promieniowania
Testmethode voor de meting van
E: odporność na drobne rozpryski
de elektrische weerstand door een
stopionego metalu
materiaal (verticale weerstand).
F: odporność na duże ilości stopionego metalu
A B C D E F
EN 420:2003 + A1:2009
EN 388:2003
WŁAŚCIWOŚCI
BESCHERMENDE HANDSCHOENEN
Odporność na ścieranie
– ALGEMENE EISEN EN
B. Odporność na przecięcie
TESTMETHODEN
C. Odporność na rozdarcie
Vingervaardigheidstest:
D. Odporność na przekłucie
Min. 1; Max. 5
A B C D
EN 420:2003
BESCHERMENDE HANDSCHOENEN
EN 511:2006
– ALGEMENE EISEN EN
WŁAŚCIWOŚCI
TESTMETHODEN
A. Zimno konwekcyjne
Vingervaardigheidstest:
B. Zimno kontaktowe
Min. 1; Max. 5
C. Przenikanie wody
TYPE A
A B C
LAGERE BEWEEGLIJKHEID
(MET HOGERE OVERIGE
EN 374-3:2003
RĘKAWICE CHRONIĄCE PRZED SUBSTANCJAMI CHEMICZNYMI I
PRESTATIES)
MIKROORGANIZMAMI – CZĘŚĆ 3: OKREŚLENIE ODPORNOŚCI NA
TYPE B
PRZENIKANIE SUBSTANCJI CHEMICZNYCH
HOGERE BEWEEGLIJKHEID
W celu uzyskania dodatkowych informacji, prosimy o kontakt
(MET LAGERE OVERIGE
z fi rmą Ejendals.
PRESTATIES)
EN 421:2010
EN 16350:2014
OCHRONA PRZED SKAŻENIEM
BESCHERMENDE HANDSCHOENEN
- ELEKTROSTATISCHE EIGEN-
RADIOAKTYWNYM
SCHAPPEN
OSTRZEŻENIE! Produkt zaprojektowano tak, aby zapewniał ochronę o poziomach skutecznośc przedstawionych poniżej,
zgodnie z wymaganiami dyrektywy PPE 89/686/EC. Należy jednak pamiętać, że zgodność z wymaganiami dyrektywy PPE nie
zapewnia całkowitej ochrony, dlatego w warunkach zagrożenia substancjami chemicznymi lub innymi czynnikami należy zawsze
zachować ostrożność. Poziomy jakości określono dla produktów nieużywanych i nie odzwierciedlają one rzeczywistego czasu
ochrony w miejscu pracy, gdzie obecne są czynniki wpływające na skuteczność ochrony, takie jak temperatura, tarcie, zużycie
itp. Rękawic nie należy używać w pobliżu elementów ruchomych lub maszyn z niezabezpieczonymi częściami. Jeżeli rękawice
otrzymały 1 lub 2 poziom skuteczności testu na zachowanie się podczas palenia, zgodnie z normą EN 407:2004, nie powinny być
wystawiane na działanie otwartego płomienia. EN 407:2004 i EN 511:2006: jeżeli rękawice składają się z różnych elementów,
których nie połączono na stałe, poziomy jakości i skuteczność ochrony odnosi się do kompletnego zestawu. EN 511: przy staran-
nym doborze rękawic należy wziąć pod uwagę maksymalny stopień zagrożenia użytkownika. EN 511:2006, załącznik B, tabela B.1
pokazuje różne parametry, które należy uwzględnić. Badania wykazały pewne zależności pomiędzy wymienionymi parametrami
a poziomem izolacji termicznej wymaganej do ochrony w niskich temperaturach. Tabela w załączniku B normy EN 342:2004
podaje przykłady zależności. Dla rękawic z dwiema lub kilkoma warstwami ogólna klasyfi kacja normy EN 388:2003 nie musi
odpowiadać poziomowi jakości warstwy zewnętrznej. Mimo że dotychczas norma EN 12477:2001 nie określa standaryzowanej
metody testowania wykrywającej przenikanie promieniowania UV przez materiał rękawic, produkowane obecnie rękawice
ochronne dla spawaczy nie przepuszczają promieniowania UV. Rękawice przeznaczone do spawania łukowego nie zapewniają
ochrony przed porażeniem elektrycznym spowodowanym przez uszkodzony sprzęt lub prace pod napięciem; dodatkowo
rezystancja elektryczna obniża się, jeżeli rękawice są mokre, brudne lub nasiąknięte potem, co zwiększa ryzyko wystąpienia
urazu. EN 16350:2014: osoby noszące rękawice chroniące przed wyładowaniami elektrostatycznymi powinny być odpowiednio
uziemione, np. nosić odpowiednie obuwie. Rękawic rozpraszających ładunki elektrostatyczne nie należy rozpakowywać, otwie-
rać, regulować lub zdejmować w atmosferze palnej lub wybuchowej, a także podczas manipulacji z substancjami łatwopalnymi
lub wybuchowymi. Na elektrostatyczne właściwości rękawic ochronnych mogą niekorzystnie wpływać: okres użytkowania,
zużycie, zabrudzenia i uszkodzenia; mogą również nie zapewniać odpowiedniej ochrony w atmosferach wzbogaconych w tlen,
gdzie konieczne jest wykonanie dodatkowych testów.
DOPASOWANIE I ROZMIAR: Wszystkie rozmiary są zgodne z normą EN 420:2003 określającą wymagania dotyczące komfortu,
dopasowania i zręczności, jeżeli nie wyjaśniono inaczej na pierwszej stronie. Jeżeli na stronie pierwszej znajduje się symbol mo-
delu o skróconej długości, rękawica jest krótsza od rękawicy standardowej i przeznaczona do zastosowań specjalnych; zapewnia
większy komfort podczas wykonywania na przykład prac montażowych. Produkt należy nosić wyłącznie w odpowiednio dopaso-
wanym rozmiarze. Zbyt luźne lub ciasne rękawice mogą ograniczać ruchy i nie zapewnią optymalnej ochrony przed zagrożeniem.
PRZECHOWYWANIE I TRANSPORT: Najlepiej przechowywać w suchym i ciemnym pomieszczeniu, w oryginalnym opakowaniu, w
temperaturze od +10º do +30 ºC. OKRES TRWAŁOŚCI: Dla rękawic jednorazowych: 36 miesięcy od daty produkcji. Datę produkcji
podano na opakowaniu. KONTROLA PRZED UŻYCIEM: Jeżeli produkt został uszkodzony, to NIE zapewni optymalnej ochrony i
powinien zostać utylizowany. Nigdy nie należy używać uszkodzonego produktu. Czas użytkowania nie powinien nigdy przekraczać
8 godzin, podczas pracy z niebezpiecznymi substancjami chemicznymi (należy pamiętać, że niektóre substancje chemiczne
odznaczają się krótszymi czasami przenikania). W celu uzyskania dodatkowych informacji, prosimy o kontakt z fi rmą Ejendals.
CZYSZCZENIE: Do czyszczenia rękawic nie należy używać chemikaliów lub przedmiotów o ostrych krawędziach. Rękawic
chemoodpornych nie należy prać. Rękawice oznaczone symbolem prania poddano standaryzowanym testom, które potwierdziły
zachowanie skuteczności ochrony po ich wypraniu. UTYLIZACJA: Rękawice zanieczyszczone substancjami chemicznymi należy
wyrzucić do odpowiedniego pojemnika, jak określają lokalne przepisy dotyczące ochrony środowiska naturalnego. ALERGENY:
Produkt może zawierać substancje, które mogą stanowić potencjalne ryzyko wywołania reakcji alergicznej. W przypadku
pojawienia się oznak nadwrażliwości należy zaprzestać używania produktu. W celu uzyskania dodatkowych informacji, prosimy
o kontakt z fi rmą Ejendals.
INSTRUKCJE UŻYTKOWANIA
KATEGORIA III – KONSTRUKCJA ZŁOŻONA
SPECYFIKACJA PRODUKTU ZNAJDUJE SIĘ NA STRONIE PIERWSZEJ
0 = poziom skuteczności ochrony znajduje się poniżej minimalnych wymagań dla określonego
Czas przenikania substancji chemicznej >30 minut dla:
A: Metanol
B: Aceton
C: Acetonitryl
D: Dichlorometan
1
2
3
4
5
6
E: Dwusiarczek węgla
10
30
60
120 240 480
F: Toluen
RĘKAWICE CHRONIĄCE PRZED SUBSTANCJAMI CHEMICZNYMI I MIKRO-
1
2
3
ORGANIZMAMI – CZĘŚĆ 2: OKREŚLENIE ODPORNOŚCI NA PENETRACJĘ
Rękawice testuje się na przenikanie zgodnie z normą EN 374-2,
< 4,0
< 1,5
< 0,65
włącznie z załącznikiem A (AQL = akceptowalny poziom jakości).
EN 1149-2:1997
RĘKAWICE CHRONIĄCE PRZED
ZAGROŻENIAMI TERMICZNYMI
ODZIEŻ OCHRONNA – WŁAŚCIWOŚCI
(GORĄCO I/LUB OGIEŃ)
ELEKTROSTATYCZNE – CZĘŚĆ 2:
Metoda badania rezystancji elektrycz-
POZIOM SKUTECZNOŚCI
nej materiału (rezystancja skrośna).
A-F
EN 420:2003 + A1:2009
Min. 0; Max. 4
RĘKAWICE OCHRONNE – WYMAGANIA
OGÓLNE I METODY TESTOWANIA
POZIOM SKUTECZNOŚCIA
RĘKAWICE CHRONIĄCE
Klasyfi kacja zręczności palców:
Min. 0; Maks. 4
PRZED ZAGROŻENIAMI
Min. 1; Maks. 5
Min. 0; Maks. 5
MECHANICZNYMI
EN 420:2003
Min. 0; Maks. 4
Poziomy ochrony są
Min. 0; Maks. 4
RĘKAWICE OCHRONNE –
mierzone z obszaru części
WYMAGANIA OGÓLNE I METODY
chwytnej rękawicy.
TESTOWANIA
Klasyfi kacja zręczności palców:
EN 12477:2001+A1:2005
Min. 1; Maks. 5
RĘKAWICE OCHRONNE DLA
POZIOM SKUTECZNOŚCI
TYP A
SPAWACZY
Min. 0; Maks. 4
NIŻSZA ZRĘCZNOŚĆ
Min. 0; Maks. 4
(Z WYŻSZYM POZIOMEM INNYCH
EN 12477:2001
0 (tak); 1 (nie)
WŁAŚCIWOŚCI)
RĘKAWICE OCHRONNE
DLA SPAWACZY
TYP B
WYŻSZA ZRĘCZNOŚĆ
(Z NIŻSZYM POZIOMEM INNYCH
WŁAŚCIWOŚCI)
EN 16350:2014
RĘKAWICE OCHRONNE
– WŁAŚCIWOŚCI ELEKTROSTATYCZNE
ODPOWIEDNIE DO KONTAKTU Z ŻYWNOŚCIĄ
W celu uzyskania dodatkowych informacji, prosimy o
kontakt z fi rmą Ejendals.
PL
INSTRUCŢIUNI DE UTILIZARE
CATEGORIA III / DESIGN COMPLEX
CONSULTAŢI PRIMA PAGINĂ PENTRU INFORMAŢII SPECIFICE PRODUSULUI
Parcurgeţi cu atenţie aceste instrucţiuni înainte de utilizarea produsului.
EXPLICAŢII PRIVIND PICTOGRAMELE
respectiv X= Nu a fost supus testului sau metodei de testare nepotrivite pentru design-ul sau materialul mănuşilor
EN 374-3:2003
MĂNUŞI DE PROTECŢIE ÎMPOTRIVA SUBSTANŢELOR CHIMICE
ŞI A MICROORGANISMELOR - PARTEA 3: DETERMINAREA
REZISTENŢEI LA PERMEAŢIA PRODUSELOR CHIMICE
G: Dietyloamina
Stabilirea timpului de penetrare prin palma mănuşii
H: Tetrahydrofuran
(1 ugm/cm²/min)
I: Octan etylu
J: n-Heptan
ABCDEF
Nivel de permeaţie
1
K: Wodorotlenek
GHIJKL
Timp minim de
sodu, 40%
10 30 60 120 240 480
penetrare (min)
L: Kwas siarkowy, 96%
EN 374-2:2003
Nivel
1
2
AQL
< 4,0
< 1,5
EN 407:2004
MĂNUŞI DE PROTECŢIE ÎMPOTRIVA RISCURILOR TERMICE
(CĂLDURĂ ŞI/SAU FOC)
A: Rezistenţă la fl acără
B: Rezistenţă la căldura de contact
C: Rezistenţă la căldură convectivă
D: Rezistenţă la căldură radiantă
ABCDEF
E: Stropi mici de metal topit
F: Cantităţi mari de metal topit
EN 388:2003
PROPRIETATE
PERFORMANŢĂ
A. Rezistenţă la abraziune Min. 0; Max. 4
B. Rezistenţă la tăiere
Min. 0; Max. 5
C. Rezistenţă la rupere
Min. 0; Max. 4
D. Rezistenţă la perforaţie Min. 0; Max. 4
ABCD
EN 511:2006
PROPRIETATE
PERFORMANŢĂ
A. Rezistenţă la frig de convecţie
Min. 0; Max. 4
B. Rezistenţă la frig de contact
Min. 0; Max. 4
C. Permeabilitate la apă 0 (Respins);
ABC
1 (Admis)
EN 374-3:2003
MĂNUŞI DE PROTECŢIE ÎMPOTRIVA SUBSTANŢELOR CHIMICE ŞI A
MICROORGANISMELOR - PARTEA 3: DETERMINAREA REZISTENŢEI
LA PERMEAŢIA PRODUSELOR CHIMICE
Contactaţi Ejendals pentru informaţii suplimentare.
EN 421:2010
PROTECŢIE ÎMPOTRIVA CONTAMINĂRII
CU PARTICULE RADIOACTIVE
AVERTISMENT! Acest produs este conceput pentru a asigura protecţia specifi cată în Directiva 89/686/CEE privind
echipamentul individual de protecţie, cu nivelurile de performanţă detaliate indicate mai jos. Cu toate acestea,
reţineţi că niciun echipament individual de protecţie nu poate oferi o protecţie completă şi, prin urmare, trebuie luate
întotdeauna măsuri de precauţie în momentul expunerii la substanţe chimice periculoase sau în alte situaţii care
prezintă riscuri ridicate.Nivelurile de performanţă se aplică produselor în stare nouă şi nu refl ectă durata efectivă de
protecţie la locul de muncă din cauza altor factori care infl uenţează performanţa, precum temperatura, abraziunea,
degradarea etc. Nu utilizaţi aceste mănuşi în apropierea elementelor mobile sau a utilajelor cu piese neprotejate.
În cazul în care mănuşile au un nivel de protecţie 1 sau 2 în ceea ce priveşte comportamentul la foc conform EN
407:2004, mănuşile nu trebuie să intre în contact cu fl ăcările deschise. EN 407:2004 şi EN 511:2006: în cazul în care
mănuşa conţine componente separate care nu sunt interconectate permanent, nivelurile de performanţă şi gradul
de protecţie se aplică doar în cazul ansamblurilor complete. EN 511: Alegeţi cu atenţie mănuşile corecte în funcţie
de expunerea maximă a utilizatorului. EN511:2006 Anexa B tabelul B.1 conţine diferiţi parametri care trebuie luaţi în
considerare. Studiile au indicat anumite corelaţii între aceşti parametri şi nivelul de izolaţie termică necesar pentru
asigurarea protecţiei în condiţii cu temperaturi scăzute. Tabelul menţionat în Anexa B la EN342:2004 constituie un
exemplu de astfel de date. În cazul mănuşilor cu două sau mai multe straturi, clasifi carea generală a EN 388:2003
nu refl ectă în mod necesar performanţa stratului exterior. În prezent, EN 12477:2001 nu conţine metode de testare
standardizate pentru detectarea rezistenţei la radiaţiile UV a materialelor pentru mănuşi, însă metodele actuale
de proiectare a mănuşilor de protecţie pentru sudori nu permit penetrarea radiaţiilor UV. În cazul în care mănuşile
sunt destinate sudării cu arc electric: aceste mănuşi nu oferă protecţie împotriva şocurilor electrice provocate de
echipamentele defecte sau de lucrările sub tensiune, iar rezistenţa electrică este redusă în cazul în care mănuşile sunt
ude, murdare sau îmbibate cu transpiraţie, fapt care ar putea conduce la creşterea riscurilor. EN 16350:2014: Persoana
care poartă mănuşi de protecţie cu disipare electrostatică trebuie să fi e protejată în mod corespunzător, de exemplu,
prin purtarea de încălţăminte adecvată. Se interzice despachetarea, deschiderea, ajustarea sau scoaterea mănuşilor
de protecţie cu disipare electrostatică în medii infl amabile sau explozive sau în timpul manipulării substanţelor
infl amabile sau explozive. Proprietăţile electrostatice ale mănuşilor de protecţie pot fi afectate în mod negativ
prin învechire, uzură, contaminare şi deteriorare şi este posibil să nu fi e sufi ciente pentru atmosferele infl amabile
îmbogăţite cu oxigen, unde sunt necesare evaluări suplimentare.
POTRIVIRE ŞI DIMENSIONARE: Toate dimensiunile respectă EN 420:2003 în ceea ce priveşte confortul, potrivirea şi
dexteritatea, dacă nu se explică pe prima pagină. În cazul în care simbolul privind modelul scurt este indicat pe prima
pagină, mănuşa este mai scurtă decât mănuşa standard pentru a spori confortul pentru utilizări speciale - de exemplu,
lucrări fi ne de montaj. Purtaţi doar produsele de dimensiuni corespunzătoare. Produsele care sunt prea largi sau prea
strâmte limitează mobilitatea şi nu oferă nivelul optim de protecţie. DEPOZITARE ŞI TRANSPORT: Se recomandă
depozitarea în condiţii uscate şi întunecoase în ambalajul original, la temperaturi cuprinse între +10º şi +30ºC. PERIOADĂ
DE VALABILITATE: 36 de luni de la data fabricaţiei pentru mănuşile de unică folosinţă. Data fabricaţiei este indicată pe
ambalaj. VERIFICARE ÎNAINTE DE UTILIZARE: În cazul în care produsul este deteriorat, acesta NU va oferi protecţie
optimă şi trebuie eliminat. Nu utilizaţi niciodată un produs deteriorat. Se recomandă ca durata de utilizare să nu
depăşească niciodată 8 h atunci când produsul este utilizat în contact cu substanţe chimice periculoase (reţineţi că unele
substanţe chimice au un timp de permeaţie mai scurt). Contactaţi Ejendals pentru informaţii suplimentare. CURĂŢARE:
Nu utilizaţi substanţe chimice sau obiecte cu muchii ascuţite pentru curăţarea mănuşilor. Mănuşile de protecţie chimică
nu sunt destinate spălării. Mănuşile marcate cu un simbol privind spălarea au demonstrat o performanţă continuă după
spălare prin intermediul testelor standardizate. ELIMINARE: Mănuşile contaminate cu substanţe chimice trebuie
eliminate în recipientele indicate, în conformitate cu legislaţia locală privind mediul înconjurător. ALERGENI: Acest
produs poate conţine componente care ar putea constitui un risc potenţial pentru reacţii alergice. Nu utilizaţi produsul în
caz de semne de hipersensibilitate. Contactaţi Ejendals pentru informaţii suplimentare.
RO
0 = Sub nivelul minim de performanţă pentru pericolul individual
Timp de perforare chimică >30 de minute pentru:
A: Metanol
G: Dietilamină
B: Acetonă
H: Tetrahidrofuran
C: Acetonitril
I: Acetat de etil
D: Diclormetan
J: n-Heptan
2
3
4
5
6
E: Sulfură de carbon
K: Hidroxid de
F: Toluen
sodiu, 40%
L: Acid sulfuric, 96%
MĂNUŞI DE PROTECŢIE ÎMPOTRIVA SUBSTANŢELOR
3
CHIMICE ŞI A MICROORGANISMELOR - PARTEA 2:
DETERMINAREA REZISTENŢEI LA PENETRARE
< 0,65
Mănuşile sunt supuse eşantionării şi testării pentru detectarea
scurgerilor în conformitate cu EN 374-2, inclusiv Anexa A
(AQL= Nivel de calitate acceptabil).
EN 1149-2:1997
ÎMBRĂCĂMINTE DE PROTECŢIE
- PROPRIETĂŢI ELECTROSTATICE
- PARTEA 2:
PERFORMANŢĂ
Metodă de testare pentru măsurarea
A-F
rezistenţei electrice printr-un material
Min. 0; Max. 4
(rezistenţă verticală)
EN 420:2003 + A1:2009
MĂNUŞI DE PROTECŢIE - CERINŢE
MĂNUŞI DE PROTECŢIE
GENERALE ŞI METODE DE
ÎMPOTRIVA RISCURILOR
TESTARE
MECANICE
Test privind dexteritatea degetelor:
Nivelurile de protecţie
Min. 1; Max. 5
sunt măsurate în zona
EN 420:2003
palmei mănuşii.
MĂNUŞI DE PROTECŢIE - CERINŢE
EN 12477:2001+A1:2005
GENERALE ŞI METODE DE
MĂNUŞI DE PROTECŢIE
TESTARE
PENTRU SUDORI
Test privind dexteritatea degetelor:
Min. 1; Max. 5
EN 12477:2001
TIPUL A
MĂNUŞI DE PROTECŢIE
PENTRU SUDORI
DEXTERITATE MAI SCĂZUTĂ
(CU O ALTĂ PERFORMANŢĂ MAI
RIDICATĂ)
TIPUL B
DEXTERITATE MAI RIDICATĂ
(CU O ALTĂ PERFORMANŢĂ MAI
SCĂZUTĂ)
ADECVATE PEN-
EN 16350:2014
TRU CONTACTUL
MĂNUŞI DE PROTECŢIE
CU PRODUSELE
- PROPRIETĂŢI ELECTROSTATICE
ALIMENTARE
Contactaţi Ejendals pentru
informaţii suplimentare.