Voertuigbesturingen - FISCHER Profi Cartech Manual Del Usuario

NL
Opdracht:
Hoe groot zijn de overbrengingen in de vooruit- en achteruitver-
snelling, steeds gerekend vanuit de uitgaande as van de motor?
Oplossing:
vooruitversnelling (sneller):
20 15 20
* *
=
10 20 15 3000

4. Voertuigbesturingen

Bij de voertuigen tot nu toe ontbreekt iets belangrijks, wat beslist bij een
voertuig hoort: de besturing. Want welk voertuig rijdt er nu alleen maar
vooruit? Zelfs toen er nog geen auto's waren, waren koetsen en wagens al
uitgerust met een besturing. Deze besturingen waren erg eenvoudig opge-
bouwd, zoals bij ons volgende model:
Model: molenasstelbesturing
(zie bouwinstructie bladzijde 24)
Bij de zogenaamde molenasstelbesturing wordt de gehele vooras op een plank
of een ronde plaat gemonteerd, en deze wordt draaibaar aan het voertuig
bevestigd. De complete vooras is dus beweeglijk rondom het draaipunt en op
die manier is het voertuig bestuurbaar. Aangezien de beide wielen in een
bocht verschillende wegen afleggen, moeten de wielen vrij draaibaar op de as
zijn gelagerd om ervoor te zorgen dat ze verschillend snel kunnen draaien.
30
achteruitversnelling (langzamer):
6000 2 20 15 20 6000
= * * =
1 10 20 10 2000
Opdracht 1:
Welk wiel legt in een bocht de langste weg af, het binnenste of het
buitenste?
Welk wiel draait sneller?
Probeer het uit op het model!
Oplossing:
Het buitenste wiel legt de langste weg af, het maakt een grotere
cirkel. Aangezien het in dezelfde tijd de grootste afstand aflegt,
draait het ook sneller.
Opdracht 2:
Welke nadelen zijn je bij het uitproberen van de molenasstelbesturing
op het model opgevallen?
Oplossing:
De wielen hebben bij het uitslaan veel plaats nodig.
In scherpe bochten kantelt het voertuig gemakkelijk, vooral wanneer
het snel rijdt.
3
=
1
Opdracht 3:
Bij welke voertuigen vind je tegenwoordig nog molenasstelbesturin-
gen?
Oplossing:
Bijvoorbeeld bij aanhangers en ladderwagens.
Model: fuseebesturing
(zie bouwinstructie bladzijde 26)
Toen de motoren van de auto's steeds meer gingen presteren en daardoor
de auto's steeds sneller werden, moesten de voertuigbouwers ook een
betere besturing gaan bedenken. Zo ontstond de zogenaamde fuseebestur-
ing, zoals die ook in ons model wordt gebruikt.
Bij de fuseebesturing zit ieder wiel op een heel korte as, die fusee wordt
genoemd. Deze fusee is draaibaar gelagerd om de zogenaamde fuseepen.