• Automatische systeem herkenning. Voor het bedienen
dient het in het desbetreffende systeem toegewezen
adres gebruikt te worden.
• De optrek- en afremvertraging kunnen apart van elkaar
ingesteld worden. Via de functiemapping kan elke
gewenste functietoets toegewezen worden.
• Typische geluiden voor diesel- en elektrische locomotie-
ven.
• Variabele motorregeling in digitaal- en ook in analoogbe-
drijf.
• Ondersteuning voor 6090, 60901, DC- en klokanker-
motoren.
• Functiemapping, zie hiervoor het helpbestand in het
Central Station 60213/60214/60215 of de uitgebreide tabel
voor functiemapping in het internet onder:
www.maerklin.de/de/produkte/tools_downloads/tech-
nische_infos.html
• Te updaten met Central Station 60213/60214/60215 (soft-
ware versie 2.0, GFP 2.0 of hoger).
• Programming on Main (PoM), deze programmeerwijze
moet door het bedieningsapparaat ondersteund worden.
Lees hiervoor de aanwijzingen in de gebruiksaanwijzing
van uw bedieningsapparaat.
• Instelbare rangeerstand
• Afrem- / stopsectie herkenning in digitaalbedrijf.
Decoder inbouwen
Voor het inbouwen van de decoder dient men eerst de
elektrische- en mechanische werking van de locomotief te
controleren en zo nodig te herstellen.
Kap van de loc afnemen, flexband van de verlichting uit de
vatting trekken. De vier schroeven van de print losdraaien.
.
Voorbeeld: er zijn afwijkingen mogelijk tussen de ver-
schillende modellen.
27