Bijzondere Montagevoorschriften; Plaatskeuze Van Het Verwarmingstoestel; Plaatskeuze Van De Schoorsteen Voor Rookgasafvoer; Elektrische Aansluiting - Truma S 5004 E Instrucciones De Montaje

Ocultar thumbs Ver también para S 5004 E:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 48

Bijzondere montagevoorschriften

Het apparaat en zijn gasafvoerbuis moet in principe zo ge-
monteerd worden, dat het voor servicewerkzaamheden altijd
goed toegankelijk is en gemakkelijk gemonteerd en gedemon-
teerd kan worden.

Plaatskeuze van het verwarmingstoestel

Controleer aan de hand van de montagesjabloon, of de vloe-
ruitsparing voor de verbrandingsluchtaanzuiging rechts of
links voorzien moet worden. De verbrandingslucht mag
niet uit het voertuiginterieur genomen worden. De ver-
brandingslucht moet altijd van buiten toegevoerd wor-
den. De verbrandingsluchtaanzuiging mag niet in het
spatbereik van de wielen liggen, evt. spatbescherming
aanbrengen.
De vloeruitsparing voor het apparaat moet zo aange-
bracht worden, dat er geen verontreinigde lucht (afvoer-
gassen, benzine- of oliedampen) in het voertuig kan komen.
Onder het toestel mogen zich geen warmtegevoe-
lige materialen bevinden (tapijt uitsnijden). Bij
pvc-vloeren kan een verkleuring door de opwarming van de
verwarmingssokkel optreden. Ook onder de bodem van het
voertuig ter hoogte van de aanzuiging van de verbrandings-
lucht mogen zich geen brandbare / warmtegevoelige materia-
len bevinden.
Als de verwarming op een sokkel, dubbele bodem of
dergelijke gemonteerd wordt, moet dwingend de aanzuig-
verlenging (art.-nr. 30030-04800, lengte 50 cm) gebruikt
worden. De aanzuigverlenging moet vrij in de luchtstroom
ca. 5 tot 10 cm onder het diepste punt van het voertuig uit-
steken (bodemvrijheid van het voertuig in acht nemen). Voor
S 5004 E / S 5004 E NL zijn 2 aanzuigverlengingen nodig.
De sokkel of dubbele bodem moet zich dicht tegenover het
voertuiginterieur bevinden en uit niet-brandbaar materiaal
bestaan of aan de binnenkant met lood bekleed worden. Om
de ophoping van onverbrand gas te vermijden, moet
de sokkel een ontluchting van min. 2 cm² op het diepste
punt hebben of aan de onderkant open zijn.
Tijdens de werking wordt de ommanteling van de
verwarming heet.
2 cm²
Plaatskeuze van de schoorsteen voor
rookgasafvoer
Het gebruik van de verwarming is uitsluitend met dak-
schoorsteen toegestaan. Deze mag uitsluitend verticaal
of met maximaal 15 graden helling ingebouwd worden!
De plaats van de schoorsteen voor rookgasafvoer moet zo
gekozen worden, dat deze tijdens de werking van de verwar-
ming altijd vrij in de luchtstroom ligt. Dakopbouwelementen
kunnen de werking van de verwarming storen.
De voertuigfabrikant of de monteur van de verwarming moet
een combinatie van schoorsteenkap/-verlengstuk naargelang
de montagetoestand in het voertuig aan de hand van testrit-
ten bepalen en desnoods met Truma overleggen. Afhankelijk
van het voertuigtype en de dakopbouwelementen kan een
schoorsteenkap T2 (art.-nr. 30700-02) nodig zijn.
Indien nodig moet ook een schoorsteenverlenging AKV
(art.-nr. 30010-20800) ingebouwd worden. Deze moet met
een schroef beveiligd worden.
binnenkomen van afvoergas in het voertuig. Daarom mag de
schoorsteen in geen geval in de nabijheid van deze opening
geplaatst worden. Indien dit niet volledig mogelijk is, mag de
verwarming alleen bij een gesloten dakraam / hefdak gebruikt
worden. Om dit aan te geven, moet de monteur een sticker
(art.-nr. 30090-37100) goed zichtbaar op het dakvenster / hef-
dak aanbrengen.

Elektrische aansluiting

Aansluiting 12 V
Als een Truma ventilator TEB-3 of een verlichting voor het
bedieningspaneel gemonteerd is, is daarvoor een 12 V-span-
ningstoevoer vereist (rimpelfactor van de wisselspanning
<1,2 Vss).
De verwarming moet op het beveiligde boordnet (5 A) aange-
sloten worden.
Aansluiting 230 V ~, 50 Hz
Bij het gebruik van een Truma ventilator TN-3 is een aanslui-
ting op het 230 V-wisselspanningnet en een extern bedie-
ningspaneel nodig.
Veiligheidsinstructies
Het toestel mag uitsluitend door een vakman gemonteerd en
gerepareerd worden.
Zorg er voor, dat de stroomtoevoer afgekoppeld is! Trek de
stekker uit!
De montage in voertuigen moet voldoen aan de technische en
administratieve bepalingen van het respectievelijke land van
gebruik (bijv. EN 1648, VDE 0100-721). Nationale voorschrif-
ten en bepalingen moeten in acht genomen worden.

Watertoevoer

ca. 5 - 10 cm
Bij de inbouw van een watertoevoer in het voertuig moet
ervoor gezorgd worden, dat tussen de waterslangen en de
warmtebron (bijv. verwarming, warmeluchtbuis) voldoende
afstand voorzien wordt.
Een waterslang mag pas op een afstand van 1,5 m tot de
verwarming aan de warmeluchtbuis aangelegd worden. De
Truma slangclip SC (art.-nr. 40712-01) kan vanaf deze afstand
gebruikt worden. Bij parallelle plaatsing, bijv. doorvoer door
een wand, moet een afstandhouder (bijv. een isolatie) aange-
bracht worden, om contact te vermijden.
Een open dakraam / hefdak in de omgeving van de
schoorsteen voor de rookgasafvoer levert gevaar voor
35

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

S 5004 e nl

Tabla de contenido