Waarschuwing
Neem contact op met je arts en laat je volledig lichamelijk onderzoeken voordat je het apparaat gaat gebruiken. Doe
geen frequente en zware oefeningen zonder toestemming van de arts. Stop met het gebruik en raadpleeg je arts als je
je ongemakkelijk voelt tijdens het sporten. Het product moet op de juiste manier worden gebruikt. Lees de gebruiksa-
anwijzing zorgvuldig door voordat je gaat sporten.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt als het apparaat onbeheerd of niet in gebruik is.
Draag geschikte kleding, inclusief sportschoenen. Maak je kleding tijdens het trainen niet los om te voorkomen dat deze
in het apparaat vast komt te zitten.
Zorg ervoor dat alle schroeven en moeren zijn aangedraaid wanneer je het apparaat gebruikt.
Onderhoud de loopband regelmatig om hem in goede staat te houden.
VÓÓR HET GEBRUIK
Hoe je met je trainingsplan moet beginnen, hangt af van je fysieke conditie. Als je jarenlang niet hebt getraind of aanzi-
enlijk overgewicht hebt, moet je je trainingstijd geleidelijk aan verhogen, ongeveer een paar minuten per week.
In het begin mag je maar een paar minuten oefenen in het beoogde hartslagbereik. Je aërobe conditie zal echter in
ongeveer 6-8 weken verbeteren. Verlies de moed niet als het iets meer tijd kost. Het is heel belangrijk om in je eigen
tempo te trainen. Op een dag zul je 30 minuten lang onafgebroken kunnen trainen.
1. Raadpleeg je arts voordat je gaat sporten of trainen. Vraag je arts om je trainings- en voedingsplan door te nemen
en je suggesties te geven voor je trainingsplan.
2. Stel na overleg met je arts je trainingsdoelen vast om er zeker van te zijn dat het plan haalbaar is en om op je
gemak te beginnen met je trainingsplan.
3. Je kunt enkele aërobe oefeningen in het trainingsplan opnemen, zoals wandelen, joggen, zwemmen, dansen of
paardrijden. Controleer regelmatig je hartslag. Als je geen elektronische hartslagmeter hebt, raadpleeg dan je arts
over hoe je je hartslag zelf correct kunt meten vanuit je pols of hals. Daarnaast moet je je beoogde hartslag instellen
op basis van je leeftijd en fysieke conditie.
4. Drink voldoende water tijdens de training. Je moet het water dat door de training verloren gaat, aanvullen om
uitdroging te voorkomen.
5. Vermijd ijswater of koude dranken. Het drinkwater of de drank moet op kamertemperatuur zijn.
6. Let op je hartslag.
Je hartslag meten
Om te bepalen of je hartslag zich in de juiste zones bevindt, moet je eerst weten hoe je je hartslag kunt meten. De
eenvoudigste manier is om de hartslag van de halsslagaders tussen de luchtpijp en de nekspieren aan beide zijden van
de hals te meten. Tel het aantal hartslagen in 10 seconden en vermenigvuldig het aantal slagen met 6 om de hartslag
per minuut te weten.
BELANGRIJKE INFORMATIE
253
NL