Elektromagnetische Compatibiliteit (Emc); De Polsband Plaatsen; Batterijen Vervangen/Plaatsen; Inspectie Vóór Gebruik - RIDGID micro LM-100 Manual De Instrucciones

micro LM-100 laserafstandsmeter

Elektromagnetische compatibiliteit (EMC)

De term elektromagnetische compatibiliteit wordt gebruikt om
de geschiktheid aan te geven van het product om probleemloos
te functioneren in een omgeving waarin elektromagnetische
straling en elektrostatische ontladingen aanwezig zijn en zonder
elektromagnetische storing te veroorzaken bij andere apparatuur.
De RIDGID micro LM-100 voldoet aan alle toepasselijke
LET OP
ECM-normen. De mogelijkheid dat ze storingen veroorzaken in
andere apparaten kan echter niet worden uitgesloten.

De polsband plaatsen

Leid het dunne uiteinde van de polsband door de lus op de
behuizing van de micro LM-100. Leid het uiteinde van de band door
de lus van het kleine uiteinde en trek deze strak.
Afbeelding 4 – Het koord installeren

Batterijen vervangen/plaatsen

De micro LM-100 wordt geleverd met de batterijen geplaatst.
Als de batterij-indicator knippert, moeten de batterijen worden
vervangen. Voordat u het apparaat langere tijd opbergt, moet u
de batterijen verwijderen om te voorkomen dat de batterijen gaan
lekken. (Afbeelding 5)
1. Gebruik een kruiskopschroevendraaier om de schroef van het
klepje van het batterijvakje los te draaien en verwijder het klepje
62
Afbeelding 5 – Batterijen verwisselen
2. Verwijder de oude batterijen.
3. Plaats twee AAA-alkalinebatterijen (LR03) en zorg daarbij dat ze
met de juiste polariteit worden geplaatst, zoals aangegeven in
het batterijvakje
Gebruik alleen batterijen van hetzelfde type. Mix geen
LET OP
batterijtypes. Mix geen nieuwe met oude batterijen. Het mixen van
batterijen kan oververhitting en batterijschade veroorzaken.
4. Plaats het klepje terug en draai de schroef vast.
Inspectie vóór gebruik
WAARSCHUWING
Controleer de afstandsmeter vóór elk gebruik en los eventuele
problemen op om de kans op letsel of onjuiste metingen te beperken.
Kijk niet in de laserstraal. Het kan gevaarlijk voor de ogen zijn om
in de laserstraal te kijken.
1. Verwijder olie, vet en vuil van de apparatuur. Dat maakt het
controleren gemakkelijker.
2. Controleer de afstandsmeter
ontbrekende, slecht geplaatste of vastzittende onderdelen, en
op andere factoren die een veilige, normale werking in de weg
kunnen staan.
3. Controleer of de waarschuwingslabels aanwezig zijn en of ze
goed zijn bevestigd en leesbaar zijn. (Zie Figuur 6.)
4. Als u tijdens de controle problemen constateert, gebruik de
afstandsmeter dan pas weer als deze problemen zijn opgelost.
5. Volg de bedieningsinstructies en schakel de afstandsmeter
in, voer een meting uit en controleer dezelfde meting met
een ander instrument (bijvoorbeeld met een rolmaat). Als de
metingen te veel afwijken, mag u de afstandsmeter pas weer
gebruiken wanneer dit is verholpen.
op kapotte, versleten,
999-998-391.09_REV. D