GRAPHITE 58G019 Manual De Instrucciones página 96

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 85
• Pulslicht van 2 diode's - accu is gedeeltelijk leeg.
• Pulslicht van 1 diode - accu is bijn volgeladen.
Als de accu vol is, gaat de diode (11) op de oplader met een
groen licht branden en alle diodes van de indicatie van de
oplaadstatus van de accu (14) gaan met een constant licht
branden. Na een bepaalde tijd (ong. 15 sec.) gaan de diodes van
de oplaadstatus van de accu (14) dimmen.
De accu mag niet langer dan 8 uur worden opgeladen. De
overschrijding van deze tijd kan een beschadiging van de
cellen van de accu als gevolg hebben. Na het volladen van de
accu gaat de oplader niet automatisch uit. De groene diode op
de oplader gaat steeds branden. De diodes van de indicatie
van de oplaadstatus van de accu gaan na een bepaalde tijd
dimmen. Voordat de accu uit de oplader weg te nemen,
onderbreek de verbinding met de spanning. Vermijd korte,
opeenvolgende oplaadbeurten. Laad de accu's niet bij na een
kort gebruik van het toestel. Een aanzienlijke verkorting van
de tijd tussen de nodige oplaadbeurten houdt in dat de accu
verbruikt en uitgewisseld dient te worden.
Tijdens het oplaadproces raken de accu's zeer heet. Begin nooit
met het werk als de accu pas opgeladen werd – wacht totdat
de accu tot de kamertemperatuur afkoelt. Op die manier
kunnen de beschadigingen van de accu worden voorkomen.
INDICATIE VAN DE OPLAADSTATUS VAN DE ACCU
De accu is voorzien van een indicatie van de oplaadstatus van
de accu (3 LED diode's) (14). Om de oplaadstatus van de accu te
checken, druk op de knop van de indicatie van de oplaadstatus
(13) (afb. C). Het branden van alle 3 diodes geeft een hoog
oplaadniveau van de accu weer. Het branden van 2 diodes geeft
een gedeeltelijk lege accu weer. Het branden van alleen maar 1
diode geeft een lege accu en de noodzaak van het opladen weer.
SPILREM
De boorschroevendraaier heeft een elektronische rem die de spil
onmiddellijk na het loslaten van de hoofdschakelaar (9) stopzet.
Deze rem verzekert nauwkeurig schroeven en boren, en laat de
vrije rotatie van de spil niet toe wanneer het uitgeschakeld is.
WERK / INSTELLINGEN
AAN- / UITZETTEN
Aanzetten – druk op de hoofdschakelaar (9).
Uitzetten – maak de hoofdschakelaar (9) los.
Elk indrukken van de hoofdschakelaar (9) laat de diode (LED)
(10) die de werkplek verlicht branden.
OVERBELASTINGSKOPPEL
De boor- en schroefsnelheid kan tijdens het werk worden
ingesteld door het verhogen/verlagen van de druk op de
hoofdschakelaar (9). Toerentalregeling maakt trage start
mogelijk, wat bij het boren van gaten in gips of glazuur het
slippen van de boor voorkomt en bij schroeven/losschroeven
helpt het werk te controleren.
OVERBELASTINGSKOPPEL
Het plaatsen van de ring (3) in de gekozen stand veroorzaakt
het duurzaam instellen van de koppel op het bepaalde
krachtmoment. Na het bereiken van de waarde van het
ingestelde
krachtmoment
de
automatisch uitgezet worden. Op die manier gaat de schroef
niet te diep en de boorschroevendraaier niet beschadigd raakt.
INSTELLEN VAN HET KRACHTMOMENT
• Voor verschillende schroeven en verschillende materialen
worden verschillende krachtmomenten toegepast.
• Hoe groter het krachtmoment des te groter het aantal dat aan
bepaalde ligging beantwoordt (afb. D).
• Stel de ring voor instellen van het krachtmoment (3) op de
bepaalde waarde van het krachtmoment in.
overbelastingskoppel
gaat
96
• Begin altijd met het moment met lagere waarde.
• Vergroot het moment stapsgewijs totdat het juiste resultaat
bereikt wordt.
• Om de schroeven los te draaien, kies de hogere instellingen.
• Om te boren kies de instellingen met een boor gemarkeerd.
Bij deze instelling wordt de hoogste waarde van het
krachtmoment bereikt.
• Tezamen met ervaring stijgt de vaardigheid om de juiste
instellingen te kiezen.
De overbelastingskoppel is niet actief indien de ring voor
instellen van het krachtmoment in de boorpositie zich
bevindt.
MONTAGE VAN HET WERKSTUK
• Plaats de draairichting schakelaar (5) in de midden stand.
• Draai de ring van de boorkop (2) tegen de klok (zie de
markering op de ring) totdat de gewenste opening van de
kaken verkregen wordt om de boor of schroefbit (afb. E) te
kunnen plaatsen.
• Om een werkstuk te monteren, draai de ring van de snelle
montage boorkop (2) met de klok mee en dan zet hem vast.
Demontage van het werkstuk dient in de omgekeerde volgorde
te gebeuren.
Bij de montage van de boor of uiteinde in de boorkop let
op op de juiste plaatsing van het werkstuk. Bij gebruik van
korte schroef eindstukken of bits dient een extra magnetisch
houvast als verlengstuk gebruikt te worden.
DRAAIRICHTING NAAR RECHTS - NAAR LINKS
De draairichting van de spil (afb. F) wordt met behulp van de
draairichting schakelaar (5) gekozen. (afb. F).
Naar rechts draaien – zet de schakelaar (5) helemaal naar links.
Naar links draaien – zet de schakelaar (5) helemaal naar rechts.
* In sommige gevallen kan de positie van de schakelaar ten opzichte van de
draairichting verschillend zijn dan beschreven. Volg de grafische tekens op de
draairichting schakelaar of de behuizing van het toestel.
Een veilige positie van de draairichting schakelaar (5) die het
ongewenst starten van het elektrogereedschap onmogelijk
maakt, bevindt zich in het midden:
• In deze positie kan de boorschroevendraaier niet ingeschakeld
worden.
• In deze positie kunnen do boren of schroefbits uitgewisseld
worden.
• Voordat het toestel aan te zetten, controleer of de draairichting
schakelaar (5) in de juiste positie zich bevindt.
Het is verboden om de draairichting tijdens het draaien van
de spil van de boorschroevendraaier te wijzigen.
VERSNELLING WIJZIGEN
De versnellingen schuifknop (4) (afb. G) toelaat om het bereik
van het toerental te verhogen.
Versnelling I: minder toerental, grote kracht van het
draaimoment.
Versnelling II: groter toerental, kleinere kracht van het
draaimoment.
Zet de versnellingen schuifknop in de positie die aan de
uitgevoerde werkzaamheden aangepast is. Indien de schakelaar
niet verschuift, draai de spil een beetje om.
Bedien
de
versnellingsschakelaar
de
boorschroevendraaier
elektrogereedschap beschadigen.
Het langdurig boren bij laag toerental van de spil kan
oververhitting van de motor veroorzaken. Neem regelmatig
nooit
als
werkt.
Het
kan
het

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido