03.
Plaats de ontvanger in de voorziene opening op de
besturingseenheid.
04.
Herstel de elektrische voeding naar de
besturingseenheid.
3
ZENDERS IN DE ONTVANGER OPSLAAN/WISSEN
De eerste unidirectionele zender die in de ontvanger wordt opgeslagen, bepaalt ook de codering ("O-Code"
of "O-Code/A" of "FloR" of "FloR/A" of "Smilo" of "Flo") voor iedere daaropvolgende unidirectionele zender die
u nog wenst op te slaan.
Iedere afzonderlijke codering biedt de mogelijkheid om enkel te profiteren van de functionaliteiten die bij die
welbepaalde codering horen.
Om na te gaan tot welke codering de eventueel al in de ontvanger opgeslagen zenders behoren, gaat u als volgt
te werk (Let op! - De ontvanger moet al op de besturingseenheid zijn aangesloten):
3 - Nederlands
ON