Een Meting Verrichten; Voordat U Begint; Een Meting Verrichten In Standaardmodus; Een Meting Verrichten In Scanmodus - Model T - Elcometer 500 Guia Del Usuario

5 EEN METING VERRICHTEN

5.1 VOORDAT U BEGINT

1 Schakel de meter in – zie Sectie 4.3 op pagina nl-5.
2 Een sonde aansluiten – zie Sectie 4.4 op pagina nl-6.
3 Olie de sensorplaat of vervang de sondekop indien nodig – zie Sectie
4.5 en 4.6 op pagina nl-6 en nl-7.
De meter informeert u als er olie moet worden aangebracht en wanneer de

sondekop versleten of beschadigd is en vervangen moet worden.
4 De meterparameters instellen – zie Sectie 7 op pagina nl-10.
5 Kalibreer de meter – zie Sectie 9 en 10 op pagina nl-15 en nl-16.

5.2 EEN METING VERRICHTEN IN STANDAARDMODUS

1 Breng een kleine hoeveelheid koppelmiddel aan op het gecoate oppervlak.
2 Druk de sonde in het koppelmiddel en zorg dat deze plat op het
oppervlak staat.
3 Het weergavescherm toont een waarde die constant wordt bijgewerkt
(Figuur 1).
De stabiliteit van de meting wordt weergegeven met de

signaalsterkte-indicator aan de rechterkant van het
weergavescherm. Als de signaalsterkte-indicator groen
oplicht, is de meting geldig en stabiel. Als de
signaalsterkte-indicator niet groen oplicht, controleer dan
of er voldoende koppelmiddel is aangebracht onder de
sonde en of de sonde plat op het oppervlak staat. U kunt
de sonde eventueel ook op een andere plek van het
testoppervlak zetten tot u een sterk signaal ontvangt.
'<0,15 mm' of '>2,50 mm' ('<6 mil' of '>98 mil') geeft

aan dat de meting buiten het bereik van een C1
sonde valt, en '<0,75 mm' of '>10,00 mm' ('<30 mil' of
'>390 mil') van een C2 sonde.
4 Druk op 'Opslaan' om de huidige meting
op te slaan in het meter- of
groepsgeheugen (Model T).
5 Haal de sonde van het oppervlak.
 De meetwaarde kleurt grijs als u de sonde
van het oppervlak haalt (Figuur 2).
5.3 EEN METING VERRICHTEN IN SCANMODUS – MODEL T
In scanmodus kunt u snel metingen verrichten op een groot oppervlak door
de sonde over het gecoate oppervlak te schuiven. De meter meet in
scanmodus met verhoogde snelheid en aan het einde van elke scan toont
de meter de gemiddelde, laagste en hoogste meetwaarden, die u
vervolgens kunt opslaan in het meter- of groepsgeheugen.
1 Activeer de scanmodus via Menu/Setup/Meting/Scan Modus.
2 Breng een kleine hoeveelheid koppelmiddel aan op het gecoate oppervlak.
3 Druk de sonde in het koppelmiddel en zorg dat deze plat op het
oppervlak staat.
www.elcometer.com
R
Figuur 1
Figuur 2
nl-8