Inbedrijfstelling; Electrische Aansluiting - Scheppach Basato 4 Traducción De La Instrucción De Original

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 37
m Inbedrijfstelling
Voor de ingebruikname moet U de aanwijzingen betreffende
veiligheid doornemen. Tijdens het werken aan de machine
meoten alle veiligheidsinrichtingen en afdekkingen gemon-
teerd zijn.
Lintzaagvervanging, fig. 7
Attentie: Haal de stekker uit het stopcontact!
• Lintzaagbescherming openen en blokkeren.
• Lintzaag met spanschroef B ontlasten.
• Een nieuwe lintzaag opleggen.
• Bandwiel met de hand in de snijrichting draaien ten
tegelijkertijd met handgreep B de definitieve spanning
instellen. De spanning is afhankelijk van de lintzaag-
breedte. Brede lintzagen kunnen sterker worden gespan-
nen dan smalle.
Attentie: Te hoge spanning leidt tot vroegtijdige breuk!
Na be'indigen van de lintzaagwerkzaamheden het lintzaag
altijd ontspannen! Daarvoor de hendel A op "-" zetten.
Correcties aan de zijkanten, fig. 8
• De zaagband dient ongeveer centrisch op de bandwielen
te lopen.
• Het bovenste bandwiel met de hand in de snijdrichting
draaien en via de handgreep (1) de correctie(s) aan de zij-
kanten doorvoeren.
• Nadat de instelling voltooid is de vleugelmoer (2) vast-
draaien.
De bovenste geleiding van de zaagband kan tot 250 mm
werkstukhoogte ingesteld worden (3). Een zo klein moge-
lijke afstand naar het werkstuk garandeert een optimale
bandvoering en veilig werken!
Instelling toerental, fig. 9
Opgelet: netstekker uittrekken!
• Zaagbandbeveiliging openen en vergrendelen.
• Knevel A aan de motorzijde losmaken, riem ontspannen.
Indien nodig de riem vervangen.
• Nu het gewenste toerental instellen:
niveau 1 = 1200 m/min.
niveau 2 = 800 m/min.
• Riem op spanning brengen en knevel A weer vastzetten.
Afsluitend zaagbandbeveiliging sluiten.
Tegendruklager, fig. 10
De tegendruklagers (1) nemen de schuifdruk van het werk-
stuk op.
Stel het bovenste en onderste tegendruklager zodanig in
dat het lichtjes tegen de achterkant van de zaagband aan-
loopt.
Geleiderollen, fig. 10
Stel de bovenste en onderste geleiderollen (2) op de des-
betreffende zaagbandbreedte af. De voorkanten van de
geleiderollen mogen hoogstens tot aan de kuilbodem van
de zaagband komen. Als de geleiderollen lichtjes met de
zaagband in aanraking komen dan zet u de stand van de
rollen met de kartelschroef vast.
De zaagband mag niet klemmen!
Werkvoorschriften
De volgende aanbevelingen zijn voorbeelden voor het veilige
gebruik van bandzagen.
De volgende veilige werkmethodes worden als een bijdrage
tot de veiligheid beschouwd, maar kunnen niet voor elke
afzonderlijke toepassing geschikt zijn of helemaal toege-
past worden. Ze kunnen niet alle mogelijke gevaarlijke toe-
standen behandelen en moeten zorgvuldig ge•nterpreteerd
worden.
• Bij het werken in gesloten ruimtes de machine aan een
afzuiginrichting aansluiten. Bij het industrieel gebruik
moet een afzuiger gebruikt worden die voldoet aan de
industriële voorschriften.
• Als de machine buiten gebruik is, b.v. na de werkzaam-
heden, moet de zaagband ontspannen worden. Laat een
berichtje na voor het spannen van de zaagband voor de
volgende gebruiker van de machine.
• Niet gebruikte zaagbanden samen en veilig op een droge
plaats bewaren. Voor het gebruik op defecten (tanden,
scheuren) controleren. Zaagbanden met defecten niet
gebruiken!
• Draag veiligheidshandschoenen als u met de zaagban-
den werkt.
• Voor u begint te werken moeten alle beschermings- en
veiligheidsinrichtingen aan de machine veilig gemon-
teerd zijn.
• Reinig de zaagband of de zaagbandgeleiding nooit met
een borstel of een schraper die u met de hand vasthoudt
terwijl de zaagband loopt. Zaagband met harsaanslag
brengen de werkveiligheid in gevaar en moeten regelma-
tig gereinigd worden.
• Tot uw persoonlijke veiligheidsuitrusting horen een vei-
ligheidsbril en een oorbescherming. Bij lang haar een
haarnet dragen.
Losse mouwen tot boven de ellebogen oprollen.
• Tijdens het werken de zaagbandgeleiding altijd zo dicht
mogelijk tegen het werkstuk plaatsen.
• Zorg voor voldoende verlichting in het werkbereik en in
de omgeving van de machine.
• Gebruik voor rechte snedes altijd de lengteaanslag om
het kantelen of wegglijden van het werkstuk te verhinde-
ren.
• Voor het bewerken van smalle werkstukken met hand-
voeding de schuifstok gebruiken.
• Voor schuine snedes de zaagtafel in de passende stand
brengen en het werkstuk aan de lengteaanslag gelei-
den.
• Let op een veilige werkstukgeleiding.
• Bij boogvormige en onregelmatige snedes het werkstuk
met beide handen – vingers tegen elkaar – gelijkmatig
vooruit schuiven. Met de handen het werkstuk op een
veilige plaats vasthouden.
• Voor het herhaaldelijk uitvoeren van boogvormige, onre-
gelmatige snedes een hulpsjabloon gebruiken.
• Bij het snijden van rondhout het werkstuk tegen het ver-
draaien beveiligen.
• Voor het veilig werken bij dwarssnedes het speciale toe-
behoren dwarssnijkaliber gebruiken.
m Electrische aansluiting
De ge•nstalleerde electromotor is klaar voor gebruik aan-
gesloten.
De netaansluiting bij de klant en het gebruikte verleng-
snoer moeten aan de geldige voorschriften voldoen.
Aansluitingen en reparaties van de electrische uitrusting
mogen alleen door de electrovakman worden doorgevoerd.
Belangrijke opmerking
De electromotor is uitgevoerd voor de bedrijfssoort S 1 /
40 %.
Bij overbelasting van de motor wordt deze automatisch uit-
geschakeld. Na een afkoelperiode (van tijd tot tijd verschil-
lend) kan de motor weer worden ingeschakeld.
nederlandse 35

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

7323 09017323 09027323 09037323 0904

Tabla de contenido