Motor starten
1.
Draai de motor aan/uit-schakelaar (aan de
rechterkant van de motor) naar rechts in de
A
-stand
(Figuur
AN
Figuur 12
1. Handgreep van startkoord
2. Gashendel
2.
Zet de chokehendel, achter-links op de motor,
naar links in de A
is, laat de choke dan in de U
3.
Plaats de gashendel in het midden, tussen
L
en S
ANGZAAM
NEL
(Figuur
12).
4.
Trek langzaam aan het startkoord tot u een
weerstand voelt, en stop dan
5.
Laat het startkoord teruglopen, trek de
handgreep dan snel en in een rechte lijn naar
buiten.
Opmerking:
Laat het startkoord langzaam
teruglopen.
6.
Laat de motor enkele minuten warmdraaien en
zet de choke dan in de U
12).
3. Motorschakelaar
(U
-stand)
IT
4. Motorschakelaar
(A
-stand)
AN
-stand. Als de motor warm
AN
-stand
(Figuur
IT
, rechtsachter op de motor
(Figuur
12).
-stand
(Figuur
IT
Motor afzetten
1.
Laat de borstelaandrijfhendel en de tractiehendel
los.
2.
Zet de gashendel in het midden, tussen
L
ANGZAAM
3.
Laat de motor minstens 15 seconden draaien,
zet de aan/uit-schakelaar dan in de U
om de motor te stoppen
4.
Wacht tot alle bewegende delen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie
verlaat.
5.
Met de brandstofklep kunt u de brandstoftoevoer
onderbreken als de machine enkele dagen
niet wordt gebruikt, in een gebouw wordt
geparkeerd, of van/naar het werkterrein wordt
getransporteerd
Met de machine rijden
VOORZICHTIG
Als de tractie-aandrijving niet goed is
ingesteld kan de machine in een onbedoelde
g325098
richting bewegen en tot letsel en/of schade
leiden.
Controleer de tractie-aandrijving zorgvuldig
en stel deze indien nodig bij.
Belangrijk:
de tractiehendel losgelaten is controleer de
tractiekabel dan en stel deze in, zie
van de instelling van de borstelaandrijving (bladz.
11).
27)
en
Tractiekabel afstellen (bladz. 25)
contact op met een erkende Toro-servicedealer.
Vooruitrijden
1.
Zet de snelheidskeuzehendel in de gewenste
stand om vooruit te gaan en controleer dat deze
in de uitkeping valt
11).
Opmerking:
de rommel of sneeuw zich opbouwen voor de
borstel. Hierdoor duwt de machine het materiaal
13
en S
(Figuur
12).
NEL
(Figuur
(Figuur
11).
Als de machine beweegt terwijl
(Figuur
13).
Figuur 13
Als de rijsnelheid te hoog is zullen
-stand
IT
12).
Controleren
of neem
g001012