6.
Het uiteinde van de kabelboom gemarkeerd met R doortrekken naar de rechter parkeerlichten:
a) 6-polige stekker van de rechter parkeerlichten lostrekken en verbinden met de passende stekker aan de
kabelboom,
b) het overgebleven uiteinde van de kabelboom naar de rechter parkeerlichten doorvoeren.
7.
De overgebleven uiteinden van de kabelboom gekenmerkt met L dienen doorgetrokken te worden naar de linker
parkeerlichten.
a) 6-polige stekker van de linker parkeerlichten lostrekken en verbinden met de passende stekker aan de
kabelboom,
b) het overgebleven uiteinde van de kabelboom naar de linker parkeerlichten doorvoeren.
8.
De
kabel (7-polig),
van 3 mm en met behulp van de bijgevoegde blikschroef het oogje vastzetten; het gat niet met een anti-roestmid-
del behandelen.)
9.
Stroomverzorging aanhanger
Betreft alleen de 13-polige versie. De 3-voudige beschermkap (met rood/blauwe, gele en
is bestemd voor extra functies van de contactdoos. De kabelboom dient bevestigd te worden achter de kap. Ten
einde de functies van de contactdoos uit te breiden dienen extra onderdelen besteld te worden:
Functie „gelijk stroom plus en massa"
Functie „gelijk stroom plus, kabel voor massa om te laden"
Alle leidingen monteren met de bijgevoegde klembanden, eerder gedemonteerde onderdelen weer aanbrengen.
De accu aansluiten en alle functies van het voertuig controleren met aangekoppelde aanhanger of geschikt testap-
paraat.
en wit/bruin(13-polig) aansluiten op de massa (b.v. een gat boren met een diameter
bruin draden)
art. nr. 014-169
art. nr. 015-069