3 41 01 031 06 1.book Seite 32 Dienstag, 10. Mai 2011 4:52 16
nl
32
Laad een accu pas op als deze leeg is en u geen schroeven
meer kunt in- of uitdraaien.
Als de accu binnen korte tijd capaciteit verliest, terwijl
deze toch correct is opgeladen, is het einde van zijn
levensduur bereikt.
Als u het elektrische gereedschap lange tijd niet gebruikt,
dient u de accu te verwijderen. Daarmee voorkomt u
diep ontladen, dat schadelijk voor de accu is.
Extra handgreep monteren (afbeelding 4).
➤ Open de spanring door de extra handgreep (4)
tegen de wijzers van de klok in te draaien.
➤ Steek de extra handgreep (4) op de ashals en
draai deze in de gewenste stand.
➤ Sluit de spanring door de extra handgreep (4)
met de wijzers van de klok mee te draaien.
Instellingen.
Draairichting kiezen (afbeelding 5).
➤ Zet de draairichtingomschakelaar (5) naar wens
op rechts- of linksdraaien. Als de draairichtingom-
schakelaar in de middelste stand staat, kan de
motor niet worden gestart (inschakelblokkering).
Bedien de draairichtingomschakelaar (5) alleen als
de motor stilstaat.
Omschakelen van de transmissiestand (afbeelding 3)
(ABS12, ABS14, ABS18, ASB14, ASB18).
Stel transmissiestand 1 in om met een laag toerental en
een groot draaimoment te werken. Geschikt voor het in-
en uitdraaien van schroeven en voor boorwerkzaamhe-
den met een grote boordiameter.
Stel transmissiestand 2 in om met een hoog toerental en
een klein draaimoment te werken. Geschikt voor boor-
werkzaamheden met een kleine boordiameter.
U kunt de van het materiaal afhankelijke transmissiestand
proefsgewijs vaststellen.
Verstel de transmissiestand alleen als de motor uit-
loopt of stilstaat.
Diepteaanslag instellen (ABS18, ASB18).
➤ Draai de extra handgreep (4) tegen de wijzers
van de klok in los.
➤ Stel de gewenste boor- of schroefdiepte op de
diepteaanslag in.
➤ Draai de extra handgreep (4) met de wijzers van
de klok mee vast.
In- en uitdraaien van schroeven, boorwerkzaamheden en
boorwerkzaamheden met slag (Afbeeldingen 2+3).
➤ Span het gereedschap in de snelspanboorhou-
der in.
➤ Kies afhankelijk van de toepassing de transmis-
siestand (3) en de schroef-, boor- of klopboor-
functie (2).
Voor het in- en uitdraaien van schroeven zet u de
draaimomentinstelring (2) op een van de
standen 1– 9. Met instelstand 1 stelt u het laagste
draaimoment in. De aandrukkracht op de schroef
heeft geen invloed op het draaimoment.
➤ Bij het bereiken van het gekozen draaimoment
ratelt de koppeling. Laat vervolgens de schake-
laar (6) los.
➤ Voor boorwerkzaamheden zet u de draaimo-
mentinstelring (2) op het symbool „Boren".
➤ Voor boorwerkzaamheden met slag zet u de
draaimomentinstelring (2) op het symbool
„Boren met slag".
Boorhouder wisselen.
Door onbedoeld inschakelen kunnen verwondin-
gen optreden.
➤ Zet de draaimomentinstelring (2) op het sym-
bool „Boren".
➤ Zet de omschakelaar van de transmissiestand (3)
op stand 1.
➤ Open de boorhouder (1) en draai de borg-
schroef (gleufkopschroef met linkse schroefdraad)
naar buiten.
➤ Span de inbussleutel in de boorhouder (1) en
draai de boorhouder met een lichte slag los
(rechtse schroefdraad).
De montage vindt plaats in omgekeerde volgorde.
Inzetgereedschap wisselen (afbeelding 1).
➤ Open de boorhouder (1) door deze te draaien
tot u het gereedschap kunt inzetten. Zet het
gereedschap in.
➤ Draai de boorhouder met de hand stevig dicht
tot u geen klikgeluid meer hoort. De boorhouder
wordt daardoor automatisch vergrendeld.
➤ Draai de boorhouder in de tegengestelde rich-
ting (1) om het gereedschap te verwijderen.
Algemene bedieningsvoorschriften.
In- en uitschakelen (afbeelding 6).
➤ Steek de opgeladen accu vast.
Inschakelen:
➤ Druk de schakelaar (6) in. Het toerental neemt
toe als u de schakelaar verder indrukt.
Uitschakelen:
➤ Als u het gereedschap wilt uitschakelen, laat u de
schakelaar (6) los.
Onderhoud en klantenservice.
Bij extreme gebruiksomstandigheden kan bij
het bewerken van metalen geleidend stof in
het elektrische gereedschap terechtkomen.
Blaas het inwendige van het elektrische gereedschap via
de ventilatieopeningen met droge en olievrije perslucht
uit.
➤ Controleer of de accucontacten schoon zijn.
De volgende delen kunt u indien nodig zelf vervangen:
– Boorhouder (1)
– Inzetgereedschappen
– Accu (7)
– Extra handgreep (4)
Toebehoren.
Gebruik alleen door FEIN goedgekeurd toebeho-
ren.
Wettelijke garantie en fabrieksgarantie.
De wettelijke garantie op het product geldt overeenkom-
stig de wettelijke regelingen in het land waar het product
wordt verkocht.