9.2 Demontage van de leveraar
Maak de leveraar los van de set door het losmaken van de snelkoppeling (11). Draai het dekseltje van
de leveraar los van de behuizing en trek het membraan, de veer en de plastic ring eruit. Na het
schoonmaken moet men alles weer zorgvuldig in elkaar zetten, let erop dat er geen rimpels in het
membraan komen tijdens het aandraaien van het dekseltje op de behuizing.
Voor het in elkaar zetten moet men de beschreven procedure in omgekeerde volgorde uitvoeren, let
erop dat men het membraan erin zet met het metaal naar de binnenkant van de leveraar, het plastic
ringetje in de speciale zitting en de veer voor de positieve druk in het midden met zijn uiteinde in het
midden van het membraan.
9.3 Reiniging en ontsmetting
De leveraar kan worden gewassen in lauw zeepwater, spoel het af met stromend vers water.
10 Proeven
N.B.: Na reiniging of reparatie moeten in ieder geval de volgende proeven worden uitgevoerd: Het
membraan van de leveraar en alle andere rubber onderdelen moeten worden vervangen als ze
tekenen van ouderdom vertonen (verharding, rimpels enz.) Geen enkel onderdeel mag zichtbare
tekenen van verandering vertonen.
Op aanvraag levert RICCARDO SPASCIANI S.p.A. de uitrusting voor het uitvoeren van de tests in
twee draagbare koffertjes.
In de volgende paragrafen worden enkele proeven beschreven, die met deze uitrusting kunnen worden
uitgevoerd.
10.1
Pneumatische afdichting van de leveraar bij 7 mbar
• Sluit de gasfles aan op de drukreductor. De gasfles moet dicht blijven.
• Sluit de leveraar aan op de middendrukleiding
• Laat de knop (17) naar buiten komen door op de rubber knop (4) te drukken
• Sluit de leveraar aan op het testinstrument
• Pomp lucht in de leveraar totdat men een druk bereikt van 7 mbar. Het drukverlies mag niet
meer zijn dan 1 mbar in een minuut.
10.2
Positieve druk van de leveraar
• Open de klep van de gasfles.
• Sluit de leveraar aan op de proefapparatuur.
• Laat de knop (17) naar buiten komen door op de rubber knop (4) te drukken
• De manometer voor de controle moet een druk aangeven tussen 3.2 en 3.9 mbar.
10.3
Druk in de gasfles
Zie par. 7.4
10.4
Lekdichtheid van het hogedrukgedeelte
Zie par. 7.5
10.5
Alarmvoorziening
Zie par. 7.6
11 Opslag
Het is aan te raden om de hier beschreven zelfademhaler te bewaren in geschikte lokalen met normale
omgevingsomstandigheden, zonder zonnestraling, vochtigheid of bijtende chemische stoffen. Indien
mogelijk moet men de zelfademhaler in daartoe bestemde kasten opbergen.
12 Tabel voor geprogrammeerd onderhoud
De volgende tabel toont het onderhoudsprogramma:
Onderdeel
Complete zelfademhaler
Complete zelfademhaler
Leveraar
Leveraar
Activiteit
Reiniging
Functionaliteit, lekdichtheid X
Reiniging
Ontsmetting
1 2
3
4
5
6
X
X
X
X
7
48