EN
3.1
BG
1. Laat de keerkoppeling in
HR
dezelfde stand.
2-A. Ontgrendel de
koppelingshendel.
CZ
2-B. Druk de koppelingshendel in
DA
Handhaaf een veiligheidszone
met een straal van 20 m rondom
de machine.
NL
ET
FI
4.1
FR
Laat de koppelingshendel los.
DE
4.2
GR
Zet de gashendel op:
HU
IT
LV
Dagelijkse controle
LT
Controleer voordat u de motor start de
volgende punten.
Er mogen geen bouten loszitten of
NO
afgebroken zijn.
PL
4.5
PT
Gebruik geen brandbaar
oplosmiddel voor
RO
de reiniging van het
schuimluchtfilterelement.
RU
2.1
SK
Geen benzine- of smeerolielekkage.
SL
ES
2.2
SE
Houd de machine schoon.
Bescherming van de omgeving.
TR
Geen abnormale trillingen of teveel
lawaai.
UK
42
Vooruit
3.2
De draaiende
gereedschappen
stoppen
4.3
Neem gas terug
4.4
L
ONDERHOUDSTABEL
Reinheid van het
luchtfilterelement
Smeeroliepeil
controleren
Voldoende
benzine
* Vaker reinigen bij gebruik in stoffige lucht of in lucht met zwevende afvaldeeltjes.
** Niet essentieel, behalve in geval van prestatieproblemen (moet worden uitgevoerd door een goedgekeurde
GEBRUIK
Achteruit
1-A. Rode toggle-keerschakelaar
1-B. Druk de keerhendel samen
2-A. Ontgrendel de
koppelingshendel.
2-B. Druk de koppelingshendel in
Handhaaf een veiligheidszone
met een straal van 20 m rondom
de machine.
STOPPEN
De motor stoppen
Zet de aan/uit-schakelaar op UIT.
Zet de choke in
stand A
Na de eerste 20 uren of elke maand
Smeerolie van de motor en de versnellingsbak verversen.
Om de 50 uren of om de 3 maanden
Luchtfilter reinigen* (2 Afb. 4.5).
Om de 100 uren of om de 6 maanden
Filter reinigen.
Smeerolie van de motor en de versnellingsbak verversen.
Bougie reinigen.
Bougieafscherming reinigen.
Om de 300 uren of eenmaal per jaar
Luchtfilter vervangen *.
Speling in de klep controleren **.
Bougie vervangen.
Brandstoffilter reinigen **.
Verbrandingskamer reinigen **.
Stationair toerental instellen **.
Brandstofcircuit controleren **.
werkplaats).
Het gebruik van de achteruit
is gevaarlijk. Controleer of er
zich geen obstakels achter
u bevinden en verlaag het
toerental van de motor voordat
u de koppeling inschakelt.
Sluit het
brandstofkraantje
4.5