Opladen
Sluit de lader aan op het elektriciteitsnet (100-240 V/ 50 Hz). Wanneer de lader nog niet aan het
ventilatorapparaat verbonden is, gaat de signaallamp niet aan.
Open de plug van het oplaadcontact in de blazer.
Duw de oplaadstekker in dit oplaadcontact en draai de stekker met de klok mee geheel vast,
anders de batterij niet wordt opgeladen. Het opladen begint automatisch.
Tijdens het opladen brandt de rode signaallamp op de lader continu. De vereiste oplaadtijd
hangt af van de ladingtoestand van de batterij.
Wanneer de batterij vol is, gaat het rode lampje uit en gaat het groene lampje branden en blijft
aan (stand-by).
De oplaadstekker wordt losgemaakt door aan de borging te trekken en de oplaadstekker
tegelijkertijd tegen de klok in te draaien. Vergeet niet de plug van het oplaadcontact weer aan
te brengen.
Lichtsignalen op de lader
Rode signaallamp brandt:
Groene signaallamp brandt:
Rode signaallamp knippert:
Display en zoemer
De display op het ventilatorapparaat laat de lading van de batterij en het
vermogen van de motor van de blazer zien. Het apparaat zal volledige
bescherming bieden in de bereiken A9-A0 en P9-P0 zolang het alarm niet afgaat.
Symbool A (groen) = ladingtoestand van de batterij
Als de batterij geheel vol is, is op het display het symbool A8-A9 zichtbaar, en A0 wijst er op
dat de batterij leeg is.
Wanneer de batterij op het punt staat leeg te raken, klinkt een waarschuwingssignaal en knippert
op het display A0. Na deze waarschuwing werkt het ventilatorapparaat nog 5–10 minuten geheel
normaal, waarna de luchttoevoer onder het ingestelde minimum zal dalen.
Symbool P (groen) = vermogensindicator
Het vereiste vermogen hangt af van de soort filters en het gelaatsstuk. Een lage P-waarde op
zich duidt niet op een defect van de blower
Wanneer het display het symbool P9 laat zien, kan het ventilatorapparaat zonder problemen de
minimumluchttoevoer opbrengen. P0 betekent dat deze luchttoevoer alleen mogelijk is wanneer
de motor op vol vermogen draait. De batterij zal nu snel leegraken.
Wanneer het ventilatorapparaat niet meer in staat is om de minimumluchttoevoer op te brengen,
zal er een waarschuwingssignaal klinken en gaat het symbool P0 knipperen. Een verlaagde
P-status kan bijvoorbeeld ontstaan wanneer een filter verstopt is of wanneer de ademslang
verdraaid is. Inspecteer de filters en controleer of de lucht vrijelijk naar het gelaatsstuk kan
stromen.
Gebruik
Zie de gebruiksaanwijzingen van het gelaatsstuk en de filter dat wordt gebruikt.
Gebruik altijd 2 of 3 filters van hetzelfde type en dezelfde klasse.
Controleer voor gebruik
de conditie van het gelaatsstuk en het ventilatorapparaat
de conditie en de goed bevestiging van de filters aan het ventilatorapparaat. De filter schudden
om te controleren of er geen onderdeel / inhoud losgeraakt is. De filter is aan vervanging toe als
die aan zware krachten of schokken blootgesteld is geweest. De filter kan dan beschadigd zijn,
ook door een val op een harde ondergrond, ook indien aangesloten op een ventilatorapparaat.
de goed bevestiging van de ademslang aan het ventilatorapparaat en aan het gelaatsstuk.
= Bezig met opladen.
= Batterij is vol (stand-by).
= Fout of defect batterij.
59
Proflow