6
AFSTANDSBEDIENING
De afstandsbediening kan worden gebruikt om de CD-spelers van afstand te kunnen bedienen.
2
(1) Inleggen van batterijen
q Verwijder het deksel op de achterkant van de
afstandsbediening.
w Leg drie R6P/AA-batterijen in de aangegeven richting in
het batterijencompartiment.
e Plaats het deksel terug.
All manuals and user guides at all-guides.com
Opmerkingen betreffende batterijen
• Gebruik batterijen van het type R6P/AA in de
afstandsbediening.
• De batterijen moeten normaal eenmaal per jaar door
nieuwe worden vervangen, maar dit hangt af van de
gebruiksfrequentie.
• Vervang de batterijen door nieuwe als het toestel
niet werkt wanneer het van dichtbij met de
afstandsbediening wordt bediend, ook als de
batterijen minder dan één jaar oud zijn. (Met de
bijgeleverde batterij kunt u alleen controleren of
alles werkt. Vervang de batterij zo gauw mogelijk)
• Leg de batterijen in de juiste richting in, zoals
aangegeven door de " < " en " > " aanduidingen in
het batterijvak.
• Om beschadiging of lekken van batterijvloeistof te
voorkomen:
• Een nieuwe batterij niet samen met een oude
gebruiken.
• Geen twee verschillende soorten batterijen
gebruiken.
• Batterijen nooit kortsluiten, uit elkaar nemen,
opwarmen of in het vuur gooien.
• Neem de batterijen uit de afstandsbediening als u
van plan bent deze gedurende lange tijd niet te
gebruiken.
• Als er vloeistof uit de batterijen is gelekt, moet u het
batterijvak grondig schoonmaken en nieuwe
batterijen inleggen.
• Houd bij het vervangen van de batterijen de nieuwe
batterijen klaar en installeer ze zo snel mogelijk.
NEDERLANDS
(2) Gebruik van de afstandsbediening
Ca. 7 meter
30°
30°
• Richt de afstandsbediening naar de sensor op het
hoofdtoestel zoals getoond op de afbeelding.
• Wanneer de DCD-201SA in een systeem met de
201SA-reeks is aangesloten, worden de
afstandsbedieningssignalen voor alle
systeemcomponenten door de
afstandsbedieningssensor op de voorhoofdversterker
(PMA-201SA) ontvangen.
OPMERKINGEN:
• Het gebruik van de afstandsbediening kan worden bemoeilijkt wanneer de sensor is blootgesteld aan direct
zonlicht of sterk kunstlicht.
• Druk de toetsen op het hoofdtoestel en op de afstandsbediening niet tegelijkertijd in. Dit kan leiden tot storingen.
• De afstandsbediening kan worden gebruikt tot op een
rechtlijnige afstand van ca. 7 metervan het hoofdtoestel,
maar deze afstand zal korter zijn als er obstakels in de
weg zitten of als de afstandsbediening niet goed naar
de sensor wordt gericht.
• De afstandsbediening kan worden bediend in een
horizontale hoek van max. 30 graden ten opzichte van
de sensor.
73