U wordt niet beïnvloed door alcohol, medicijnen of drugs.
o
7
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN VOOR KETTINGZAGEN
·
Houd alle lichaamsdelen uit de buurt van de zaagketting als de kettingzaag in werking is. Voordat u de kettingzaag start, moet u ervoor zorgen dat de zaagketting nergens
mee in aanraking komt. Een moment van onachtzaamheid bij het gebruik van kettingzagen kan ertoe leiden dat uw kleding of lichaam verstrikt raakt in de zaagketting.
·
Houd het elektrisch gereedschap alleen vast bij de geïsoleerde greepvlakken, omdat de zaagketting in contact kan komen met verborgen elektrische leidingen.
Zaagkettingen die een "onder spanning staande" draad raken, kunnen blootliggende metalen onderdelen van het elektrisch gereedschap "onder spanning" zetten en de gebruiker een
elektrische schok geven.
·
Houd de kettingzaag altijd met uw rechterhand op de achterste greep (12) en met uw linkerhand op de frontgreep (3) vast. Het vasthouden van de kettingzaag met de handen
in omgekeerde positie verhoogt het risico op letsel en mag nooit worden gedaan.
·
Draag een veiligheidsbril en gehoorbescherming. Draag ook een lange broek met snijbescherming en snijbescherming op beide armen. Verdere veiligheidsuitrusting voor
hoofd, handen, benen en voeten wordt aangeraden. Passende beschermende kleding vermindert verwondingen door rondvliegende vreemde voorwerpen of onbedoeld contact met
de zaagketting.
·
Gebruik geen kettingzagen in bomen. Het gebruik van een kettingzaag in een boom kan letsel veroorzaken.
·
Zorg er altijd voor dat u stevig staat en bedien de kettingzaag alleen als u op een stevige, veilige en vlakke ondergrond staat. Glibberige of onstabiele oppervlakken, zoals
ladders, kunnen leiden tot verlies van evenwicht of controle over de kettingzaag.
·
Let bij het zagen van een tak onder spanning op de terugvering. Als de spanning in de houtvezels vrijkomt, kan de verende tak de gebruiker raken en/of de kettingzaag buiten
controle brengen.
·
Wees uiterst voorzichtig bij het kappen van onderhout en jonge bomen. Het fijne materiaal kan vast komen te zitten in de zaagketting en tegen u aan terugstriemen of u uit balans
brengen.
·
Draag de kettingzaag bij de frontgreep met de kettingzaag uitgeschakeld en uit de buurt van uw lichaam. Monteer bij transport of opslag van de kettingzaag altijd de
afdekking van de geleiderail. Een correcte hantering van de kettingzaag vermindert de kans op onbedoeld contact met de bewegende zaagketting.
·
Neem de instructies in acht voor het smeren, het spannen van de ketting en het vervangen van accessoires. Onjuist gespannen of gesmeerde kettingen kunnen ofwel breken
ofwel de kans op een terugslag vergroten.
·
Houd de grepen droog, schoon en vrij van olie en vet. Vette, olieachtige grepen zijn glad, wat leidt tot verlies van gecontroleerde hantering.
·
Zaag alleen hout. Gebruik de kettingzaag niet voor andere dan de beoogde doeleinden. Bijvoorbeeld: Gebruik geen kettingzaag voor het zagen van kunststof, metselwerk
of niet-houten bouwmaterialen. Het gebruik van de kettingzaag voor andere werkzaamheden dan waarvoor hij is ontworpen, kan tot gevaarlijke situaties leiden.
·
De accu moet uit het apparaat worden verwijderd, voor het wordt afgevoerd.
·
De accu moet op een correcte manier verwijderd worden.
·
Vermijd een niet-ergonomische lichaamshouding. Zorg ervoor dat u stabiel staat en behoud in alle gevallen uw evenwicht. Daardoor kunt u het werktuig in onverwachte situaties beter
controleren.
·
Draag gepaste kleding. Draag geen losse kledij of sieraden. Houd uw haar, kleding en handschoenen weg van bewegende delen. Losse kleding, sieraden of lang haar kunnen vast
komen te zitten in de bewegende delen.
·
Kap een boom pas als u alle gevaren kent en weet hoe u ze kunt vermijden. Gebruiker en
·
Het strekt tot aanbeveling dat een beginnende gebruiker ten minste als eerste oefening stammen op een zaagbok of onderstel zaagt.
VEILIGE STAAT
De kettingzaag verkeert in een veilige staat als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
·
De kettingzaag is onbeschadigd.
·
De kettingzaag is schoon.
·
De kettingrem functioneert.
·
De bedieningselementen functioneren en zijn ongewijzigd.
·
De kettingsmering functioneert.
·
De inloopgroeven op het aandrijfwiel van de ketting zijn niet dieper dan 0,5 mm.
·
Op de kettingzaag zijn alleen originele geleiderails en zaagkettingen gemonteerd.
·
De geleiderail en zaagketting zijn correct gemonteerd.
·
De zaagketting is goed gespannen.
·
Alleen
originele vervangingsonderdelen
·
De accessoires zijn correct bevestigd.
·
De olietankdop is gesloten.
WAARSCHUWING
In een niet-veilige staat kunnen componenten niet meer goed functioneren en kunnen veiligheidsvoorzieningen buiten werking worden gesteld. Mensen kunnen ernstig gewond raken of
gedood worden.
·
Werk alleen met een onbeschadigde kettingzaag.
·
Als de kettingzaag vuil is: reinig de kettingzaag.
·
Wijzig de kettingzaag niet. Uitzondering: montage van een originele geleiderail en zaagketting.
·
Als de bedieningselementen niet werken: gebruik de kettingzaag niet.
·
Monteer alleen
originele vervangingsonderdelen
·
Monteer de geleiderail en de zaagketting alleen zoals beschreven in deze gebruikshandleiding.
·
Monteer de accessoires zoals beschreven in deze gebruikshandleiding of in de gebruikshandleiding van de accessoires.
·
Steek geen voorwerpen in de openingen van de kettingzaag.
·
Als er onduidelijkheden bestaan: Ga naar een dealer of neem contact op met de klantenservice.
De geleiderail is in veilige staat als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
·
De geleiderail is onbeschadigd.
voor deze kettingzaag zijn gemonteerd.
voor deze kettingzaag.
mensen in de gevarenzone kunnen ernstig gewond raken of gedood worden.