53.5.2
Stelpoten
Het apparaat wordt met 3 grote stelpoten en een kleine stelpoot geleverd. Stel de stelvoet
zo in, dat het apparaat waterpas staat en niet kantelt.
53.5.1
Handvat bevestigen
Let u er a.u.b. op dat u het meegeleverde handvat voor de eerste ingebruikname aan de
deur van het apparaat vastschroeft. Schuif daarbij het dichtingsrubber aan de achterkant
opzij, om zo de voorgeboorde gaten vrij te maken. Met behulp van de meegeleverde
schroeven kunt u het handvat aan de deur bevestigen.
Aansluitend zorgt u ervoor dat de deurdichting weer op de juiste positie zit.
53.5.2
Metalen eruit nemen
Om een metalen eruit te nemen, haalt u eerst de flessen eruit. Dan tilt u het plateau lichtjes
op en trekt het er dan uit. (Eventueel eerst schroeven losdraaien).
► Hou precies in de gaten of de metalen er goed ingeschoven zijn , voordat u de flessen
erop legt.
► Let binnenin op een gelijkmatige verdeling van de flessen.
53.6 Elektrische aansluiting
Voor een veilig en feilloos gebruik van het apparaat moeten bij de elektrische aansluiting de
volgende aanwijzingen in acht genomen worden:
Controleer voor het aansluiten van het apparaat de aansluitingsgegevens (spanning en
frequentie) op het typeplaatje met de gegevens van uw stroomnet. Deze gegevens
moeten overeenkomen, zodat het apparaat niet beschadigd kan raken. In geval van
twijfel vraagt u een vakkundige elektricien.
Het stopcontact moet beschermd zijn met een zekering of automatische schakelaar van
16 ampère.
Bij gebruik van een verlengsnoer mag voor aansluiting van het apparaat op het stroomnet
alleen een uitgerold verlengsnoer van maximaal 3 meter lengte en een doorsnede van
1,5 mm² gebruikt worden. Het gebruik van een stekker of stekkerdoos met meerdere
aansluitingen is vanwege het daarmee verbonden brandgevaar verboden.
Vergewis u er van dat de voedingskabel onbeschadigd is en niet onder de oven of over
hete of scherpte oppervlakten gelegd is.
veiligheidsschakelaar is verboden. Laat u in geval van twijfel de huisinstallatie
controleren door een erkende elektricien.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schaden, die door een
gebrekkige of onderbroken aardingskabel veroorzaakt worden.
Tip
81