•
Om te voorkomen dat het kind of het stoeltje onbedoeld wegglijdt zorgt u
ervoor dat de driepuntsgordel goed vastzit. Controleer dit regelmatig.
•
Gebruik GEEN voorwerpen, zoals een kussen of een jas, om het kinderzitje
van de bijrijdersstoel te tillen. Bij een ongeval kunnen het autostoeltje en
de autogordels uw kind niet zo goed beschermen als zou moeten.
•
Gelieve het kinderzitje niet te gebruiken op een bijrijdersstoel met
geactiveerde frontale airbag.
•
Alle inzittenden moeten een autogordel dragen.
•
Zorg ervoor dat alle passagiers weten hoe ze uw kind in geval van nood
kunnen bevrijden.
•
Zorg ervoor dat bagage of andere voorwerpen goed vastzitten.
Rondslingerende bagage kan bij een ongeval ernstige verwondingen bij
kinderen en volwassenen veroorzaken.
•
Zorg dat het autostoeltje goed vast zit, ook als er niemand op zit.
•
Zorg ervoor dat het kinderzitje niet klem komt te zitten door een
beweeglijke zitting of door het portier van de auto.
•
Bewaar deze gebruiksaanwijzing in het opbergvak aan de achterzijde van
de stoel of in het handschoenenkastje.
•
De garantie vervalt wanneer niet-originele onderdelen of accessoires
worden gebruikt.
•
Laat uw kind nooit zonder toezicht achter in de auto.
•
Gebruik het kinderstoeltje NIET zonder de bekleding. De bekleding draagt
bij aan de veiligheid van het zitje.
•
De bekleding van het kinderzitje moet worden gewassen volgens de
instructies.
•
Gebruik GEEN agressieve schoonmaakmiddelen, daar die het materiaal
van het stoeltje aan kunnen tasten.
•
Gebruik het autostoeltje NIET thuis. Het is niet ontworpen voor gebruik in
huis en mag uitsluitend in de auto worden gebruikt.
•
Probeer NIET om onderdelen van het autostoeltje te demonteren, aan te
passen of toe te voegen, of om de manier waarop de veiligheidsgordels van
uw auto zijn ontworpen of worden gebruikt, te veranderen.
NL
77