3
Functies
3.1
Overzicht
1
Draagstel
2
Zuurstofvlakte
3
Maxi-gascartouche
4
Hardsoldeerbrander
5
Deel om te pakken
6
Gasslang oranje
7
Zuurstofslang blauw
3.2
Functiebeschrijving
Lassen met een hoogkwalitatieve lassproeier:
Fundamenteel moet de lasvlam neutraal branden (de verhouding van de mengsels van
gassen is afgewogen) en aan de grootte van de materiaalsterkte, de vorm van de voegen, de
laspositie en de mogelijkheid tot het geleiden van warmte van het materiaal aangepast zijn.
Bij het lassen van staal bij hogere materiaalsterkten moet men beide ventielen ver
opendraaien en bij het lassen van staalplaten met geringe materiaalsterkten die ventielen iets
terugdraaien.
Stof waarmee men werkt en lasstaaf voorverwarmen. Zodra aan beide kanten van de voeg
het metaal begint te smelten, moet men de lasstaaf bijvoegen. Let erop dat de lasplek
gelijkmatig wordt verhit. Brander in halfcirkelvormige bewegingen om de lasstaaf leiden.
Hard solderen:
Verbindingsvlakken schoonmaken, blank maken en de kanten afronden. Lasplek verwarmen.
De top van de lasstaaf op de lasplek plaatsen, een druppel van het soldeersel smelten en
verspreiden met een continue beweging van de vlam.
3.3
Accessoires
De juiste accessoires en een bestelformulier vindt u op pagina 122.
4
Transport en opslag
Tijdens transport moeten het ventiel van de zuurstoffles en het ventiel van de gascartouche
van de maxi gascartouche gesloten zijn.
Na het voltooien van het laswerk: Open met het gascartoucheventiel gesloten en het
ventiel van de zuurstoffles gesloten, kort het gas- en zuurstofventiel bij de hendel en voer
de rest van het gasmengsel weg. Daarmee ontlast u de slangen en de verminderaar van
de zuurstofdruk. Neem de drukverminderaar van de zuurstoffles weg. Schroef het ventiel
van de gascartouche van de maxi gascartouche af. De slangen moeten aangesloten zijn
aan de drukverminderaar van de zuurstof en aan het ventiel van de gascartouche. Zorg
dat het apparaat niet kan omkieperen en weg kan glijden. Opslaan en transport alleen
met een houder die staat. Meerweghouders mogen uitsluitende gevuld worden door
gemachtigde vakhandels. Als men deze opnieuw vult, maar dan verkeerd, kan dit tot
ernstige ongevallen leiden.
4.1
Montage
Gascartouches alleen op plekken met veel lucht, als het kan met name in de vrije
lucht, verwisselen.
-
U moet u ervan overtuigen dat alle ventielen bij het begin van het werk gesloten zijn.
-
Bij de montage van de verminderaar van de zuurstofdruk kunt u deze met sleutels
vastzetten.
-
Men schroeft de MAXIGAS-eenweghouder in het ventiel om het gas fijn af te stemmen in
door steeds naar rechts te draaien. Daarbij moet men letten dat de draadvorm goed loopt
en dat het begin goed is. Bij schuin inschroeven vervalt de garantie.
8
Ventiel voor fijn reguleren
9
Drukverminderaar zuurstof
10
Micro duse
11
Sproeier voor hoogkwalitatief lassen
12
Brandersleutel
13
Lasbril
14
Veilige ontbrander
NEDERLANDS
A
39