Binnenunit(s)
Modello/i:
Buitenunit(s)
Warmtewisselaar buiten van de warmtepomp: lucht
Warmtewisselaar binnen van de warmtepomp: lucht
Geef aan of de verwarming is uitgerust met een aanvullend verwarmingstoestel: neen
Indien van toepassing: activering van de compressor: elektrische motor
Parameters moeten worden opgegeven voor het gemiddelde verwarmingsseizoen., parameters voor warmere en koudere
verwarmingsseizoenen zijn optioneel.
Item
Symbool
N o m i n a a l
P
koelvermogen
rated,c
Opgegeven verwarmingsvermogen voor deellast bij een
binnentemperatuur van 20 °C en een buitentemperatuur T
T
= - 7 °C
Pdh
j
T
= + 2 °C
Pdh
j
T
= + 7 °C
Pdh
j
T
= + 12 °C
Pdh
j
T
= bivalente
Pdh
biv
temperatuur
T
=uiterste
Pdh
OL
bedrijfstemperatuur
Voor water-
luchtwarmtepompen:
Pdh
Tj = – 15 °C (indien
TOL < – 20 °C)
Bivalente temperatuur
T
C
warmtepompen(**)
X - 20
Informatie-eisen voor warmtepompen
Waarde
Eenheid
9,2
kW
8,140
kW
5,140
kW
3,040
kW
2,750
kW
8,140
kW
7,410
kW
x,x
kW
-7
°C
biv
0,25
—
dh
OS-SENEH12EI+OS-SENEH12EI+OS-SENEH12EI
OS-CEMEH42EI
Item
Seizoensgebonden
energie-efficiëntie
van ruimtekoeling
ondersteunende energiefactor voor deellast bij een bepaalde
buitentemperatuurT
j
T
= - 7 °C
j
T
= + 2 °C
j
T
= + 7 °C
j
T
= + 12 °C
j
T
= b i v a l e n t e
b i v
temperatuur
T
=
u i t e r s t e
O L
bedrijfstemperatuur
Voor water-
luchtwarmtepompen: Tj
= – 15 °C (indien TOL
< – 20 °C)
Voor water-
luchtwarmtepompen:
Uiterste
bedrijfstemperatuur
Symbool
Waarde
Eenheid
139,4
%
s,c
j
COP
228,0
d
COP
367,0
d
COP
452,0
d
COP
542,0
d
COP
228,0
d
COP
210,0
d
COP
x,x
d
T
x
ol
%
%
%
%
%
%
%
°C