■
Het product mag niet worden gekanteld
worden als de motor wordt ingeschakeld
of als de motor draait. Zo nodig kunt u de
voorkant van de grasmaaier maximaal 5 cm
optillen voor een eenvoudiger start. Druk
hiervoor de hendel naar beneden. Zorg dat
de grasmaaier zich weer in zijn normale
positie bevindt, met alle wielen op de
grond, alvorens met maaien te beginnen.
Door de grasmaaier te kantelen worden de
messen blootgesteld, wat de kans op het
wegschieten van voorwerpen of onbedoeld
contact met de messen vergroot.
■
Start de machine niet terwijl u voor de
uitlaatopening staat.
■
Het product moet worden gestart terwijl de
gebruiker achter het handvat staat in de
veilige zone. Start het product nooit als:
●
De afvoergoot voor gras is blootgesteld
en wordt niet beschermd door de
grasbak en het deksel van de afvoergoot
voor gras
●
Handen en voeten van iedereen die
zich binnen het maaibereik bevindt, niet
duidelijk zichtbaar zijn.
■
Schakel de het product voorzichtig in,
volgens de instructies en zorg dat handen
en voeten zich uit de buurt van de messen
bevinden. Steek uw handen of voeten niet
in de buurt van of onder ronddraaiende
onderdelen. Hou de uitlaatopening altijd vrij.
■
Hef het product nooit op of draag het nooit
terwijl de motor draait.
■
Stop
het
product
isolatersleutel en de accu. Zorg ervoor dat
alle bewegende delen volledig tot stilstand
zijn gekomen:
●
wanneer u het product onbeheerd achter
laat (ook bij het verwijderen van het
grasafval)
●
alvorens een blokkade te verwijderen of
de afvoergoot te ontstoppen
●
voor u het product controleert, reinigt of
aan het product werkt.
●
voor het verwijderen van de grasvanger
of het openen van de kap van de
grasafvoergoot
●
nadat een vreed voorwerp de machine
heeft geraakt; inspecteer de machine
op schade en herstel de machine indien
nodig voor u de ze heropstart en opnieuw
gebruikt.
●
als het product abnormaal begint te
trillen (onmiddellijk controleren)
34
Vertaling van de originele instructies
en
verwijder
de
–
op schade controleert, in het bijzonder
de handvatten
–
vervang of repareer alle beschadigde
onderdelen
–
controleer op losse onderdelen en
maak vast
■
Het maaiblad moet ongeveer parallel
draaien met de grond waarover het wordt
gereden.
■
Het maaiblad op het product is scherp. Wees
voorzichtig en draag zware handschoenen
wanneer u de veiligheidsbout installeert,
vervangt, reinigt of controleert.
■
Gebruik het product nooit als de aan-/
uitknop op het handvat het product niet
correct start en stillegt.
■
Probeer de aan/uitschakelaar nooit in de
AAN-stand te vergrendelen; dit is uiterst
gevaarlijk.
■
Forceer het product niet. Deze zal beter en
veiliger werken aan de snelheid waarvoor
ze werd ontworpen.
■
Stop
het
maaiblad
grintoppervlak oversteekt.
■
Vermijd
gaten,
sporen,
stenen of andere verborgen voorwerpen.
Een oneven terrein kan ervoor zorgen dat u
wegglijdt en valt.
■
Zorg
er
altijd
motorbeseturingskabel tijdens de montage
of wanneer het handvat wordt geplooid,
nooit geklemd of op een andere manier
beschadigd raakt.
■
Letsels kunnen worden veroorzaakt of
ernstiger worden door verlengd gebruik van
een werktuig. Wanneer u het apparaat voor
langere tijd achtereen gebruikt, neem dan
regelmatig een pauze.
EXTRA WAARSCHUWINGEN
BATTERIJVEILIGHEID
■
Voorkom
brand,
materiële schade door kortsluiting en
dompel het gereedschap, de wisselaccu
en het laadtoestel niet onder in vloeistoffen
en waarborg dat geen vloeistoffen in de
apparaten en accu's kunnen dringen.
Corrosieve
of
geleidende
zoals zout water, bepaalde chemicaliën,
bleekmiddelen
bleekmiddelen
bevatten,
kortsluiting veroorzaken.
wanneer
u
een
oneffenheden,
voor
dat
de
persoonlijk
letsel
vloeistoffen
of
producten
die
kunnen
een
of