B. Zaagblad met stiften
B.1 Wegnemen van het zaagblad, afb. 7 + 8
• Voor het verwijderen van het zaagblad draait u de
spanning los met de spanschroef (1).
• Druk de bovenste arm (afb. 10, M) iets naar onder.
• Daarna verwijdert u het zaagblad door dit het uit de
houders te trekken.
B.2 Plaatsen van het zaagblad, afb. 7, 9–11
• Voer het uiteinde van het zaagblad door het boor-
gat in de tafel en leid de pennen van het zaagblad
in de uitsparing. Herhaal deze werkwijze bij de bo-
venste bladhouder.
• Druk vóór het ophangen de bovenste arm van de
zaag iets naar onder (afb. 9, 10).
• Controleer de positie van de zaagbladstiften bij de
houders (afb. 11).
• Span het blad met de spanschroef (afb. 7) door de-
ze rechtsom te draaien. Controleer de spanning van
het blad. Draai verder rechtsom om het blad vaster
te spannen.
9.4 Spaanafzuiging
LET OP: Gebruik het apparaat alleen met afzuiging.
Sluit een geschikte spanenafzuiginstallatie (niet bij de
levering inbegrepen) op de afzuigaansluiting aan.
LET OP: Controleer en reinig regelmatig de afzuigka-
nalen.
10. Bediening
10.1 Algemene instructies
• De zaag snijdt het hout niet zelfstandig. De gebrui-
ker maakt het zagen mogelijk door geleiding van het
hout in het bewegende zaagblad.
• De tanden zagen het hout alleen bij neerwaartse
slag.
• Het hout moet langzaam in het zaagblad worden
gevoerd, omdat de tanden van het zaagblad zeer
klein zijn.
• Elke persoon die met de zaag wil werken, heeft een
bepaalde leertijd nodig. Tijdens deze periode zullen
gegarandeerd enkele bladen breken.
• Tijdens het zagen van dikke houtblokken moet met
name in acht worden genomen dat het zaagblad niet
wordt verbogen of verdraaid.
• Door een voorzichtige werkwijze wordt de levens-
duur van het zaagblad verhoogd.
10.2 Aan/uit-schakelaar
• Inschakelen: Druk op de toets "I".
• Uitschakelen: Druk op de toets "0".
LET OP
De machine is voorzien van een veiligheidsschakelaar
tegen herinschakelen van de machine na spannings-
uitval.
Als de decoupeerzaag is ingeschakeld en de stroom-
voorziening wordt onderbroken, blijft de decoupeer-
zaag uitgeschakeld, ook als de stroomvoorziening
weer wordt hersteld. Voor het inschakelen drukt u op-
nieuw op toets "I".
10.3 Regelaar aantal slagen
Met de regelaar aantal slagen kunt u het aantal slagen
overeenkomstig het te zagen materiaal instellen. Voor
zacht materiaal adviseren wij een hoger aantal slagen,
voor hard materiaal een lager aantal slagen. Draait u
de regelaar aantal slagen rechtsom dan verhoogt u het
aantal slagen. Draai de slagregelaar linksom om het
aantal slagen te verlagen.
10.4 Interne sneden
WAARSCHUWING: Om verwondingen door onbe-
doelde inbedrijfstelling van de zaag te voorkomen,
schakelt u de zaag uit en trekt u de netstekker er-
uit, voordat u met het monteren van de zaagbladen
begint.
Deze zaag is ook geschikt voor interne sneden, dat
zijn sneden die niet vanaf de rand van het werkstuk be-
ginnen. Ga hierbij als volgt te werk:
• Boor een gat van 6 mm in het werkstuk.
• Draai de bladspanner los en maak het zaagblad los.
• Plaats het boorgat over de zaagbladsleuf in de
werktafel.
• Monteer het zaagblad door het gat in het werkstuk
en de zaagbladsleuf en bevestig het blad aan de
houders.
• Wanneer u klaar bent met de interne snede, neemt
u het zaagblad eraf en daarna verwijdert u het werk-
stuk van de tafel.
10.5 Buigzame as, afb. 12–14
• Beschermkap O van de schroefdraadbus verwijde-
ren (afb. 13).
• De buigzame as op de schroefdraadbus plaatsen
(afb. 14).
• Gereedschap in de boorkop spannen (D 3,2 mm).
• De buigzame as aan de greep vasthouden en de
toerentalregeling inschakelen.
www.scheppach.com
NL | 67