WATERTEMPERATUURMETER
De watertemperatuurmeter toont voortdurend de temperatuur van het water in de ketel.
Gebruik de meter wanneer u drankjes maakt waarvoor een vercshillende temperatuur nodig is, zoals
groene thee, witte thee, koffie enz.
De meter werkt niet indien de ketel onvoldoende water bevat (min. 1 kopje).
ALGEMEEN
•
Het is mogelijk dat er condens op de voetstuk van de waterkoker ontstaat. Maakt u zich geen zorgen,
dit wordt veroorzaakt door de stoom die de waterkoker automatisch uitschakelt. De stoom
condenseert en komt vrij via de luchtopeningen onder de waterkoker.
•
Het kan zijn dat u op de bodem van de waterkoker enige verkleuring aantreft. Ook hier hoeft u zich
geen zorgen om te maken, dit komt door de verbinding van het verwarmingselement met de bodem
van de waterkoker.
DROOGKOOKBEVEILIGING
•
Hierdoor zal het verwarmingselement minder lang meegaan. De droogkookbeveiliging schakelt de
waterkoker uit.
•
Hierna haalt u de ketel van zijn voetstuk om de beveiliging opnieuw in te stellen.
•
Zet de ketel op het werkoppervlak tot deze is afgekoeld.
ZORG EN ONDERHOUD
1.
Haal de stekker van de voetstuk uit het stopcontact en laat de waterkoker afkoelen voordat u hem
reinigt.
2.
Neem alle oppervlakken af met een schone vochtige doek.
3.
Verwijder het deksel.
4.
Duw de haak boven op de filter omlaag en haal vervolgens de filter uit de ketel (fig. A).
5.
Gebruik een zachte borstel en spoel het filter onder de kraan uit.
6.
Verlaag het filter in de ketel, en plaats de haak aan de onderkant in de onderkant van de schenktuit.
7.
Druk de bovenkant van de filter naar de ketel om de haak op zijn plaats te laten vergrendelen.
8.
Plaats het deksel weer.
Ontkalk het apparaat regelmatig (tenminste één keer per maand).
Gebruik een geschikte ontkalker. Volg de instructies die bij de ontkalker worden meegeleverd.
Voor geretourneerde producten die onder de garantie vallen en waarbij defecten zijn opgetreden als
gevolg van kalkaanslag, worden reparatiekosten in rekening gebracht.
W
MILIEUBESCHERMING
Om milieu- en gezondheidsproblemen als gevolg van gevaarlijke stoffen in elektrische en
elektronische producten te vermijden, mogen apparaten met dit symbool niet worden weggegooid met
niet-gesorteerd gemeentelijk afval, maar moeten ze worden teruggewonnen, opnieuw gebruikt of
gerecycled.
10