De functies activeren
Activeren met de ETS-tool m.b.v. het parametervenster
"Algemene instellingen".
• Fysiek adres invoeren.
• Toepassingsprogramma in de ETS maken.
• Het fysieke adres en het toepassingsprogramma uploa-
den naar de sensor.
6.1
A
A
• Indien gevraagd de programmeertoets (A) indrukken.
Opmerking:
de potentiometers van de sensormodule hebben geen
functie.
– 118 –
Inhoud