Het maaidek in de breedte nauwkeurig afstellen
1. Controleer of de banden de juiste spanning hebben.
2. Parkeer het product op een vlakke ondergrond.
3. Zet het maaidek in de transportstand. Zie
maaidek in de transportstand of maaistand zetten op
pagina 143 .
4. Draai de bladuiteinden om ze aan weerskanten uit te
lijnen met het maaidek.
WAARSCHUWING:
op het maaidek zijn scherp en
kunnen letsel veroorzaken. Draag
veiligheidshandschoenen.
5. Meet de afstand (B) vanaf de onderste rand van het
blad tot de grond aan de linker- en rechterkant.
B
Let op:
De afstand moet aan beide kanten
hetzelfde zijn.
6. Stel de maaihoogte af met een 3/4"-sleutel.
Let op:
Met elke volledige slag van de
hefstelmoer verandert de maaihoogte 4,7 mm.
a) Draai de hefstelmoer (A) naar links om het
maaidek te verlagen.
b) Draai de hefstelmoer (A) naar rechts om het
maaidek te verhogen.
7. Meet de afstand opnieuw. Stel af totdat de 2 zijden
gelijk zijn.
8. Maai wat gras en controleer resultaat. Stel af indien
nodig.
Het maaidek in de lengte afstellen
Het maaidek moet in de breedte recht zijn geplaatst
voordat u het in de lengte afstelt. Zie
afstellen in de breedte op pagina 153 .
1. Controleer of de banden de juiste spanning hebben.
2. Parkeer het product op een vlakke ondergrond.
154
Het
De bladen
B
A
Maaidek visueel
3. Zet het maaidek in de transportstand. Zie
maaidek in de transportstand of maaistand zetten op
pagina 143 .
4. Draai de bladen totdat ze recht naar voren wijzen.
WAARSCHUWING:
op het maaidek zijn scherp en
kunnen letsel veroorzaken. Draag
veiligheidshandschoenen.
5. Meet de afstand tussen de grond en het achterste
(A) en voorste (B) uiteinde van het blad.
A
Let op:
Voor de beste maairesultaten dienen de
bladen zodanig te worden afgesteld dat het voorste
uiteinde 3,1-12,7 mm lager is dan het achterste
uiteinde als het maaidek zich in de hoogste stand
bevindt.
6. Stel de voorkant van het product af.
7. Draai met een sleutel van 11/16" de tegenmoer (C)
los om de hefstelmoer (D) vrij te zetten.
8. Stel de hoogte van het maaidek af met een 3/4"-
sleutel.
Let op:
Met elke volledige slag van de
hefstelmoer verandert de hoogte van het maaidek
3,1 mm.
a) Draai de hefstelmoer linksom om het maaidek te
verlagen.
b) Draai de hefstelmoer rechtsom om het maaidek
te verhogen.
9. Meet de afstand voor en achter opnieuw.
10. Pas aan totdat de voorkant van het blad 3,1-12,7
mm lager is dan de achterkant.
11. Houd de hefstelmoer op zijn plaats met de sleutel en
haal de contramoer aan.
Het
De bladen
B
D
C
1701 - 009 - 14.07.2023