■
Hou de afschermingen op hun plaats. Afschermingen
moeten in goede staat verkeren en op de juiste wijze
zijn aangebracht. Een loszittende, beschadigde of
niet goed functionerende afscherming kan leiden tot
persoonlijk letsel.
■
Houd alle koelluchtinlaten vrij van afval. Verstopte
luchtinlaten en vuil kunnen leiden tot oververhitting of
brandgevaar.
■
Draag tijdens het gebruik van de gazonmaaier
altijd anti-slip en beschermend schoeisel. Bedien
de gazonmaaier niet op blote voeten of met open
sandalen. Dit vermindert de kans op verwondingen aan
de voeten door contact met het bewegende snijblad.
■
Draag tijdens het bedienen van de gazonmaaier
altijd een lange broek. Onbeschermde huid verhoogt
de kans op verwondingen door wegslingerende
voorwerpen.
■
Gebruik de gazonmaaier niet in nat gras. Loop
gewoon, ga nooit rennen. Dit vermindert het risico op
uitglijden en vallen, wat tot persoonlijk letsel kan leiden.
■
Gebruik de gazonmaaier niet op te steile hellingen.
Dit vermindert het risico van controleverlies, uitglijden en
vallen, wat tot persoonlijk letsel kan leiden.
■
Wanneer u op hellingen werkt, moet u altijd uw
voeten in veiligheid weten, altijd dwars op de helling
werken, nooit naar boven of naar beneden en wees
uiterst voorzichtig wanneer u van richting verandert.
Dit vermindert het risico van controleverlies, uitglijden en
vallen, wat tot persoonlijk letsel kan leiden.
■
Wees uiterst voorzichtig wanneer u achteruit rijdt
of de gazonmaaier naar u toe trekt. Wees altijd
bewust van uw omgeving. Dit vermindert het risico van
struikelen tijdens het gebruik.
■
Raak snijbladen en andere gevaarlijke bewegende
delen niet aan wanneer ze nog in beweging zijn. Dit
vermindert het risico op verwondingen door bewegende
delen.
■
Wanneer u vastzittend materiaal verwijdert of
de gazonmaaier schoonmaakt, zorg er dan voor
dat alle stroomschakelaars uit staan en de accu
is losgekoppeld. Onverwacht inschakelen van de
gazonmaaier kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
■
Wanneer u vastzittend materiaal verwijdert of de
grasmaaier schoonmaakt, moet u ervoor zorgen
dat alle stroomschakelaars zijn uitgeschakeld en de
contactsleutel verwijderen. Onverwacht inschakelen
van de gazonmaaier kan leiden tot ernstig persoonlijk
letsel.
BIJKOMENDE VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
■
Het product moet worden gestart met de gebruiker
achter het stuur in de veiligheidszone voor de operator.
Start het product nooit als:
●
De opening voor grasafvoer is blootgesteld en
wordt niet beschermd door de grasopvangbak of de
grasafvoerafdekking.
●
Handen en voeten van alle personen zijn niet vrij van
het snijbereik.
●
Handgrepen zijn niet goed bevestigd op de daarvoor
bedoelde positie.
■
Vermijd
gaten,
spoorvorming,
eigendomspalen, of andere verborgen voorwerpen.
Oneffen terrein kan een ongeluk door uitglijden en vallen
veroorzaken.
■
Schakel de machine uit, verwijder de contactsleutel en
de accu en laat het snijblad stoppen als de machine moet
worden gekanteld voor transport, bij het oversteken van
andere oppervlakken dan gras en bij het transporteren
van de machine van en naar het werkgebied.
■
Het product mag niet worden gekanteld als de motor
wordt ingeschakeld of als de motor draait. Zo nodig kunt
u de voorkant van de grasmaaier maximaal 5 cm optillen
voor een eenvoudiger start. Druk hiervoor de hendel
naar beneden. Zorg dat de grasmaaier zich weer in zijn
normale positie bevindt, met alle wielen op de grond,
alvorens met maaien te beginnen. Door de grasmaaier
te kantelen worden de messen blootgesteld, wat de
kans op het wegschieten van voorwerpen of onbedoeld
contact met de messen vergroot.
■
Zet het product uit en verwijder de contactsleutel en de
accu. Zorg ervoor dat alle bewegende delen volledig tot
stilstand zijn gekomen:
●
wanneer je het product onbeheerd achterlaat
(inclusief het weggooien van grasafval)
●
voordat u verstoppingen wegruimt of de afvoergoot
ontstopt
●
voordat u het product controleert, reinigt of er
werkzaamheden aan verricht
●
voor het verwijderen van de grasvanger of het
openen van de kap van de grasafvoergoot
●
controleer het product op schade na het raken
van een vreemd voorwerp en voer indien nodig
reparaties uit, voordat u het product weer opstart en
in gebruik neemt
●
als
het
product
abnormaal
(onmiddellijk controleren)
–
inspecteer het op schade, met name de snijbladen
–
vervang of repareer beschadigde onderdelen
–
controleer of er losse onderdelen zijn en draai ze vast
■
Zorg er altijd voor dat de motorbedieningskabel
nooit bekneld, afgeklemd of op een andere manier
beschadigd wordt tijdens montage of bij het inklappen
van de handgreep. Gebruik nooit stroom op het product
als de kabel beschadigd is. Het product mag uitsluitend
door een erkend servicecentrum worden gerepareerd.
■
Letsels kunnen worden veroorzaakt of ernstiger worden
door verlengd gebruik van een werktuig. Wanneer u het
product voor langere tijd achtereen gebruikt, neem dan
regelmatig een pauze.
■
Bedien het product alleen bij temperaturen tussen 0 °C
en 40 °C.
EXTRA VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN ACCU
■
Om
het
risico
op
brand,
productschade door kortsluiting te verminderen, mag
u het gereedschap, de accu of de oplader nooit in
hobbels,
stenen,
EN
FR
DE
ES
IT
NL
PT
DA
SV
FI
NO
RU
PL
CS
HU
RO
LV
LT
begint
te
trillen
ET
HR
SL
SK
BG
UK
TR
EL
lichamelijk
letsel
en
29