Descargar Imprimir esta página

inventiv SP95 Manual De Instrucciones Original página 25

Bomba de agua con motor de gasolina

Publicidad

Idiomas disponibles

Idiomas disponibles

Breng niet brandstof boven de ingestelde limiet F.2.
Totaal brandstofvolume : ca. 1.8 l.
Gebruik geen olieverontreinigde brandstof - Laat
geen water, vocht of stof in.
Gebruik alleen verse brandstof en gebruik in ieder
geval niet meer dan 20 dagen opgeslagen brandstof.
3.7.4 Luchtfilter controleren
Verwijder de kap B.7 (FIG.B) en controleer het
filterelement. Als er vuil aanwezig is, reinig het en
indien het beschadigd is, vervang het (bestel bij uw
dealer).
3.7.5 Watercircuit controleren - VOIR FIG.G
De pomp EN de zuigslang moeten met water worden
gevuld voordat u begint.
1- Verwijder de vulkap G.1 en B.1 (FIG.B).
2- Vul het pomplichaam met water.
WAARSCHUWING : Gebruik de motorpomp niet
zonder water, aangezien dit oververhitting kan
veroorzaken. Langdurig gebruik zonder water
kan de dichtheid van de pomp verminderen. Als
de pomp zonder water loopt, stop dan de pomp
en laat het water terugkomen nadat de motor is
afgekoeld.
4. AAN DE SLAG
4.1 VOORAFGAANDE CONTROLE
� Voor het opstarten is het uiterst belangrijk om zich
op de hoogte te stellen van de pomp en hoe het
werkt. U kunt ook de motorpomp en de installatie
visueel controleren.
� Eventuele bron van daadwerkelijk of potentieel
gevaar moet vóór het opstarten worden afgezet.
� Zoek de locatie van de knoppen, schakelaars of
andere noodstopinstallaties die op de pomp zijn
geïnstalleerd.
� Wees bewust van de werkzaamheden die in
geval van nood op uw installatie moeten worden
uitgevoerd. Plaats brandblussers, beschermende
of noodhulpmiddelen en controleer of ze goed
werken.
� Identificeer bronnen van gevaren zoals benzine
residuen, smeermiddelen, zure oplossingen...
� Zorg ervoor dat de motorpomp schoon is en dat er
geen obstakels in zijn omtrek zijn.
� Controleer of de ontladingspijp niet naar obstakels
wijst of dat het minstens een meter verderop is.
In het bijzonder:
� Controleer of de olie, indien nodig, is gevuld met
verse olie van goede kwaliteit.
� Controleer of de tank met verse brandstof is gevuld
(recent).
� Controleer of de pomp gevuld is met water, evenals
de zuigleiding.
4.2 MOTOR STARTEN - ZIE FIG.B
1- Open de brandstofklep B.14.
2- Om een koude motor te starten, draai de
chokehendel naar de CLOSE positie (gesloten)
B.6. Om een stilstaande motor te starten, draai de
hendel naar de OPEN-positie (open).
3- Zet de gashendel B.11 gas vanuit de lage stand
(Turtle langzame of symbool) naar de hoge stand
(konijn of snel) tot 1/3 van het geslacht.
4- Draai de motor schakelaar in de stand B.17.
5- Trek langzaam op de handgreep van de
lanceerinrichting
B.12
weerstandspunt, en trek hem rechtdoor.
VOORZICHTIG : Laat de lanceer niet droog
terug, maar vergeet het langzaam bij zijn
terugkeerbeweging.
6- Indien de choke werd ingesteld in de stand CLOSE
(koude motor), geleidelijk de hefboom naar de
stand OPEN terwijl de motor temperatuurstijging.
7- Verplaats de gashendel naar links. Hoog (Bunny
of snel) B.11.
4.3 GEBRUIK VAN DE MOTORPOMP
Wanneer u de eerste keer gebruikt of als de pomp
niet op een bepaalde tijd is gedraaid, laat het 5
minuten wachten voordat u begint met het werken.
Deze procedure helpt de levensduur van uw motor
te waarborgen.
GEVAAR : Gevaar voor elektrische schokken
Gebruik de pomp niet onder sneeuw of regen. Niet
manipuleren met de handen / voeten nat. Gebruik
geen kale voet "omdat dit kan leiden tot elektrische
schokken. Nooit een hogedrukreiniger de pomp met
het risico van elektrische schokken.
GEVAAR : Gevaar voor letsel
Om persoonlijk letsel te vermijden, laat de
motorpomp niet dicht bij mensen die grote kleding,
banden, kettingen of lang haar hebben.
GEVAAR : Hete oppervlakken
Raak de motor en andere warme delen van de pomp
niet aan tijdens gebruik of net na het stoppen. De
uitlaatpijp van de gasverbrandingen bereikt zeer
hoge temperaturen. Verwijder de beschermingen op
deze onderdelen niet.
WAARSCHUWING : Houd de motorpomp niet
aan tijdens het rijden. Schakel eventueel altijd de
motor uit.
4.4 GEBRUIK OP HOOGTE
Op hoge hoogten, dwz op een plaats die boven de
zeespiegel ligt, is het mengsel van lucht en benzine
geproduceerd door een standaard carburateur zeer
dik, wat resulteert in een verminderde motorstroom
en verbruik van benzine.
NL
12
(tot
aan
het

Publicidad

loading

Este manual también es adecuado para:

2086323603742086324