Wählen Sie „Remote Mode" (Fernsteuerungsmodus) aus.
Stellen Sie sich als nächstes vor die Ladestation: weißes Lau icht auf der Schnittstelle
Die Ladestation ist bereit zur Registrierung von Keycards
Ö
Ziehen Sie die Keycard, die registriert werden soll, vor das RFID-Lesegerät: grünes Lau icht
Ö
Die Keycard ist registriert
Wiederholen Sie diesen Vorgang für jede zu registrierende Keycard
Um die Registrierung der Keycard abzuschließen gehen Sie zum Betriebsmodus zurück
Hinweis: Wird eine bereits registrierte Keycard vor die Ladestation durchgezogen, erleuchtet ein rotes Licht
De "Afstandsmodus" selecteren
Vervolgens voor de laadpaal gaan staan: Wit scrollen van controlelampjes op de interface
Ö De laadpaal is klaar om de kaarten te registreren
De te registreren kaart voor de RFID-lezer houden: Groen scrollen van de controlelampjes
De kaart is geregistreerd.
Ö
De bewerking herhalen voor alle overige te registreren kaarten
Wanneer de kaarten geregistreerd zijn, overgaan op de gebruiksmodus
Opmerking: Als een kaart voor de laadpaal wordt gehouden die al geregistreerd is, gaat een rood licht knipperen
2. Eine Keycard-Liste erstellen und verwenden.
Stellen Sie die Verbindung mit dem Kommunikationskit her:
Ö nen Sie die Registerkarte „RFID".
Aktivieren Sie das RFID-Lesegerät.
Wählen Sie „Storing Mode"
(Speichermodus) aus.
2. Een lijst van kaarten aanmaken en gebruiken
Verbinding maken met de communicatiekit:
Het tabblad RFID openen
De RFID-lezer activeren
Selecteer "'Storing mode"
(Opslagmodus)
93