haacon SX Serie Instrucciones De Uso página 35

z Beide steunen er tot minimale bouwlengte indraaien. Daardoor wordt
bodemparallel optillen van de oplegger gewaarborgd.
z Steunen loodrecht en de assen t.o.v. elkaar uitgelijnd
z Tussenbuis op maat afzagen. Toel. inbouwmaten en -toleranties van
8 ± 3 mm in acht nemen.
z Tussenbuis monteren. Zwaar lopen door kantelen bij de inbouw moet
worden voorkomen.
Aansluiting en verschoring moet voldoende sterk worden uitgevoerd en
dient spanningsvrij gemonteerd te worden.
Om de bevestigingsschroeven te ontlasten raden wij aanslagen boven
de aanschroefplaat aan.
Ophanghaak voor het inhaken van de slinger altijd monte-
ren en gebruiken.
Na opbouw het functioneren testen.
Na correcte inbouw kunnen de steunen gemakkelijk worden bewogen en
raken tegelijkertijd de bodem.
Verschillende belasting van de steunen leidt tot
beschadiging!
Bij onvakkundige montage vervalt alle aansprakelijkheid van zowel de
fabrikant als de leverancier van de spindelsteunen!
6. BEDIENING
Bediening alleen per bevoegde persoon. Geen personen in de gevaren-
zone toegestaan.
Uitdraaien van de spindelsteunset:
z Oplegger op een vaste en vlakke ondergrond afkoppelen en tegen
wegrollen beveiligen (zie bedieningshandleiding van het voertuig).
z Steunen op beschadigingen controleren en eventueel vóór ingebruik-
name repareren.
z Om de steun te bedienen de slinger uit de ophanghaak nemen en op
de as positioneren.
z In de snelgang schakelen:
Snel uit- en inschuiven van de onbelaste ondersteuning, alleen om
de bodemvrijheid te overbruggen.
z M.b.v. de slinger de slingeras uittrekken tot deze in de arretering klikt.
– een licht draaiende beweging vergemakkelijkt het schakelen.
z Spindelsteunen rechtsdraaiend uitdraaien.
z In de lastgang schakelen:
Voordat de steunvoet de bodem raakt, overschakelen naar
de lastgang.
Voor het heffen en laten zakken van een beladen en onbe-laden
voertuig.
Met de slinger de slingeras indrukken tot aan de arretering.
– een licht draaiende beweging vergemakkelijkt het schakelen.
z De trailer op de gewenste hoogte brengen en de slingeras in de
lastgang laten staan.
z Aan het eind van de draaibeweging de slinger langzaam loslaten.
Wees bedacht op een eventuele terugslag van de slinger.
Indraaien van de spindelsteuninrichting
z Bediening in omgekeerde volgorde.
z Na het aankoppelen de steunen alleen met de snelgang geheel
indraaien.
Let op uiterste hoogtestand (slingerkracht neemt toe)!
– 35 –
NL