Vanuit de fabriek start de pomp in de automatische modus met
inschakelhoogte sensorveld
In- en uitschakelhoogtes instellen [ afb. O10 ]:
De sensorvelden kunnen alleen buiten het water worden ingesteld.
Wanneer de pomp uit het water werd gehaald, dient de sensor voor het
programmeren te worden afgedroogd.
Het bovenste sensorveld is altijd de inschakelhoogte, het onderste
sensorveld is altijd de uitschakelhoogte.
Druk net zo lang op de sensorvelden tot de ingevoerde gegevens worden
bevestigd door het 2x kort knipperen van alle LED's.
1. Houd sensorveld
ß
ingedrukt tot de invoer wordt bevestigd door het
S7
2 x knipperen van alle LED's.
De actueel ingestelde in- en uitschakelhoogtes worden kort weer-
gegeven. Daarna branden alle sensorvelden.
2. Druk op het gewenste bovenste sensorveld voor de inschakelhoogte.
De LED van het gekozen sensorveld gaat uit.
3. Druk op het gewenste onderste sensorveld voor de uitschakelhoogte.
De LED van het gekozen sensorveld gaat uit. Na 3 seconden worden
de ingestelde in- en uitschakelhoogtes overgenomen en weergegeven.
Automatische schoonwaterafzuiging voor zeer geringe waterhoogtes:
Sensorveld
ß
kan zowel als inschakelpunt en tevens als uitschakelpunt
S1
worden gekozen.
Mocht sensorveld
ß
na het starten van de pomp binnen 10 minuten nog
S1
water detecteren, dan schakelt de pomp uit, om beschadiging door
drooglopen te verhinderen.
De pomp start dan toch, wanneer sensorveld
geval dient dan echter de sensor te worden schoongemaakt, om een
nauwkeurige detectie van het waterpeil te kunnen waarborgen.
In- en uitschakelhoogtes weergeven:
1. Haal de pomp uit het water en maak het sensorveld droog.
ß
2. Houd sensorveld
ingedrukt tot de invoer wordt bevestigd door het
S6
2 x knipperen van alle LED's.
De actueel ingestelde in- en uitschakelhoogtes worden weergegeven.
Volgen waterpeil uitschakelen:
In de automatische modus volgen de LED's het waterpeil. Dit kan worden
gedeactiveerd.
1. Haal de pomp uit het water en maak het sensorveld droog.
ß
2. Houd sensorveld
tijdens de initialisatie ingedrukt tot de invoer is
S8
bevestigd door het 2 x knipperen van alle LED's (zie Water pompen).
Om het volgen van het waterpeil weer in te schakelen, houdt u sensor-
veld
ß
opnieuw tijdens de initialisatie ingedrukt tot de invoer wordt
S8
bevestigd door het 2 x knipperen van alle LED's.
Demonstratiemodus:
Voor presentatiedoeleinden kan de pomp in de demonstratiemodus
worden gezet. In deze modus simuleren de LED's via knippervolgordes
de functies van de pomp, en de sensorvelden reageren op aanraking.
1. Haal de pomp uit het water en maak het sensorveld droog.
2. Houd de sensorvelden
ß
S5
resp. tijdens de zelftest nadat de stekker in het stopcontact is gestoken
ingedrukt, tot de invoer wordt bevestigd door het 2 x knipperen van alle
LED's.
Om de demonstratiemodus weer uit te schakelen, houdt u de sensorvel-
den
ß
en
ß
opnieuw tijdens de initialisatie bij het inschakelen resp. tijdens
S5
S8
de zelftest, nadat de stekker in het stopcontact is gestoken ingedrukt, tot
de invoer wordt bevestigd door het 2x knipperen van alle LED's.
Handmatige modus [ afb. O10 ]:
In de handmatige modus loopt de pomp net zolang tot de stekker uit
het stopcontact wordt getrokken. Deze modus is met name geschikt
voor de vlakke afzuiging.
In de handmatige modus worden de sensorvelden gedeactiveerd.
De pomp loopt dan net zolang tot de stekker uit het stopcontact wordt
getrokken of tot er een andere werkingsmodus wordt gekozen.
v Houd de 2 sensorvelden
ß
bevestigd door het 2 x knipperen van alle LED's.
Alle LED's branden en binnen 5 seconden gaan alle LED's na elkaar uit.
De pomp start.
Tijdens deze 5 seconden moet de pomp in het water worden geplaatst.
De pomp start alleen, wanneer deze water detecteert. Wanneer dat niet
het geval is wordt het aftellen maximaal 3 x herhaald.
Wanneer u meer tijd nodig heeft om de pomp in het water te plaatsen, dient
u de stekker van de pomp uit het stopcontact te trekken. Het aftellen wordt
voortgezet, wanneer de stekker weer in het stopcontact wordt gestoken.
GAR_09049-20.960.04_2024-01-09.indd 19
GAR_09049-20.960.04_2024-01-09.indd 19
ß
en uitschakelhoogte sensorveld
ß
S4
ß
water detecteert. In dit
S2
en
ß
tijdens de initialisatie bij het inschakelen
S8
en
ß
ingedrukt tot de invoer wordt
S6
S8
De handmatige modus blijft ook actief wanneer de stekker uit het stop-
.
contact is getrokken.
S1
Om de handmatige modus te beëindigen, trekt u de stekker uit het stop-
contact en haalt u de pomp uit het water. Steek de stekker van de pomp
weer in het stopcontact en houd sensorveld
bevestigd door het 2 x knipperen van alle LED's. Nu bevindt u zich weer
in de automatische modus.
Gebruik de handmatige modus alleen onder toezicht.
Tijdelijk begrensde handmatige modus:
In de tijdelijk begrensde handmatige modus worden de sensorvelden
gedurende 10 minuten gedeactiveerd. De pomp loopt dan gedurende
10 minuten en gaat daarna automatisch uit.
v Houd de 2 sensorvelden
bevestigd door het 2 x knipperen van alle LED's.
Alle LED's branden en binnen 10 seconden gaan alle LED's na elkaar
uit. De pomp start.
Na 10 minuten gaat de pomp weer automatisch over naar de automa-
tische modus.
Nadat de stekker uit het stopcontact is getrokken, gaat de pomp weer
automatisch over naar de automatische modus.
Om de automatische modus weer in te schakelen, houdt u de 2 sensor-
ß
ß
velden
en
opnieuw tegelijkertijd ingedrukt tot tot de invoer wordt
S7
S8
bevestigd door het 2x knipperen van alle LED's.
Functiemodus veranderen:
De pomp kan tussen schoon water en vuil water worden omgeschakeld.
Daarvoor wordt de standvoet in- of uitgeschoven.
Standvoet uitschuiven (Vuil water) [ afb. O2 – O5 ]:
1. Haal de pomp uit het water [ afb. O2 ].
2. Til de pomp omhoog en druk op de knop
volledig is uitgeschoven [ afb. O3 ].
3. Wanneer de standvoet niet volledig uitschuift, gaat u met uw voeten
op de vleugels van de standvoet staan en trekt u de pomp naar boven
[ afb. O4 ].
(6)
4. Laat de knop
weer los voordat u de pomp weer neerzet [ afb. O5 ].
De max. doorvoercapaciteit wordt bereikt met uitgeschoven standvoet.
De positie van de standvoet is correct vastgeklikt, wanneer de knop weer
volledig naar buiten is gekomen. Wanneer de knop niet volledig naar bui-
ten is gekomen, dient u het proces te herhalen.
Standvoet inschuiven (Schoon water) [ afb. O6 – O9 ]:
1. Haal de pomp uit het water [ afb. O6 ].
2. Zet de pomp op een stevige ondergrond en druk de knop
3. Druk de pomp naar beneden totdat de standvoet
ingeschoven en laat de greep los [ afb. O8 ].
4. Om de standvoet te vergrendelen drukt u de pomp naar beneden
(6)
totdat de knop
5. Let er bij het opnieuw onderdompelen op dat de pomp op een stevige
ondergrond staat, zodat deze zich niet kan vastzuigen (bijv. folie).
De min. resterende waterhoogte (zie 7. TECHNISCHE GEGEVENS) wordt
alleen met ingeschoven standvoet in de handmatige modus bereikt.
Voor een optimale aanzuiging adviseren wij om te schakelen naar de schoon-
watermodus, wanneer het waterpeil de turquoisekleurige ring heeft bereikt.
4. ONDERHOUD
GEVAAR! Lichamelijk letsel!
Verwondingsgevaar wanneer het product onopzettelijk
start.
v Trek de stekker van het product uit het stopcontact voordat
u het product onderhoudt.
Pomp reinigen:
GEVAAR! Lichamelijk letsel!
Verwondingsgevaar en risico op beschadiging van het
product.
v Maak het product niet schoon met een waterstraal
(in het bijzonder niet onder hoge druk).
v Reinig niet met chemicaliën, inclusief benzine of oplosmid-
delen. Sommige stoffen kunnen belangrijke kunststof onder-
delen beschadigen.
v Reinig het oppervlak van de pomp met een vochtige doek.
ß
ingedrukt tot dit wordt
S9
ß
ß
en
ingedrukt tot de invoer wordt
S7
S8
(6)
totdat de standvoet
(7)
volledig is
weer volledig naar buiten is gekomen [ afb. O9 ].
(7)
(6)
in [ afb. O7 ].
19
09.01.24 12:03
09.01.24 12:03