Warme/koude accu-vertraging
Wanneer de lader detecteert dat een accu te warm of te
koud is, wordt een Hot/Cold Delay gestart en gaat het groene
LED-lampje (16a) knipperen en blijft het rode LED-lampje
(16b) branden, en wordt het laden uitgesteld tot de accu een
geschikte temperatuur heeft bereikt. De lader schakelt dan
automatisch over naar de accu-laadmodus. Deze functie zorgt
voor een maximale levensduur van de accu.
Indicatielampje van de laadstatus van de accu (Afb.
B)
Deze accu is voorzien van een laadniveau-indicator, zodat
u snel de laadstatus van de accu kunt zien, zoals wordt
weergegeven op afbeelding B. Door op de laadniveau-knop
(5a) te drukken kunt u eenvoudig de resterende lading van de
accu zien, zoals wordt weergegeven op afbeelding B.
De accu in het gereedschap plaatsen en
verwijderen
De accu plaatsen (Afb. C)
Plaats de accu stevig in de behuizing van het
u
gereedschap (17) tot u een klik hoort, zoals wordt
weergegeven op Afbeelding C. Verzeker dat de accu goed
op z'n plaats zit en volledig is vergrendeld.
De accu uitnemen (Afb. C)
Druk op de accuvrijgaveknop (6) zoals wordt getoond in
u
afbeelding D en trek de accu uit het gereedschap.
Montage en aanpassingen
Waarschuwing! Zet, om het gevaar op ernstig persoonlijk
letsel te verminderen, het apparaat uit en verwijder de
accu, voordat u een aanpassing uitvoert of hulpstukken of
accessoires verwijdert/installeert. Een onvoorziene opstart
kan letsel veroorzaken.
Knop asvergrendeling
Let op: Schakel het gereedschap uit voordat u accessoires
wisselt.
Houd voor het vergrendelen van de as (2) voor het
u
wisselen van accessoires, de asvergrendelknop (1)
ingedrukt terwijl u de as (2) langzaam draait, tot de
asvergrendelknop op z'n plaats vergrendeld is.
Laat, om de as (2) te ontgrendelen, de asvergrendelknop
u
(1) los.
(Vertaling van de originele instructies)
Accessoires wisselen
Waarschuwing! Controleer dan de niet-afgedekte aslengte
niet meer is dan 13 mm, nadat u het accessoire in de kraag
hebt gestoken.
Waarschuwing! Gebruik alleen accessoires met een
diameter tot 32mm en met een toegestane nominale snelheid
van 34.000 tpm of meer.
Waarschuwing! Bevestig geen getand zaagblad. Dergelijke
zaagbladen kunnen herhaaldelijk terugslag en verlies van
controle veroorzaken. Raadpleeg deze vorige delen voor
informatie en voorzorgsmaatregelen met betrekking tot
accessoires:
Aanvullende specifieke veiligheidsregels.
u
Overige veiligheidsinstructies voor alle bewerkingen.
u
Aanvullende veiligheidsinstructies voor slijp- en
u
afkortbewerkingen.
Aanvullende veiligheidsinstructies voor draadborstel
u
bewerkingen.
Aanvullende veiligheidsregels voor multi-tools
u
Accessoires worden op hun plaats gehouden door een
kraag (3) en een kraagmoer (4), zoals weergegeven op de
afbeelding.
Er kunnen verschillende types van hulpdraadstiften gebruikt
worden. Bekijk de tabel met accessoires.
Opmerking: De schroef-, trommelschuurder- en vilte
mandrelaccessoires moeten worden gemonteerd nadat de
draadstiften in het multi-tool geïnstalleerd zijn.
Standaard draadstift (12): Gebruik met schuurschijven,
schuurstenen, boren, draadborstelschijven, snijders.
Schroefdraadstift (13): Gebruiken met afkortschijven en
polijstschijven. Plaats de sluitring tussen het accessoire en
de schroef.
Schuurdraadstift (14): Gebruiken met schuurtrommels. Duw
de schuurtrommel over de draadstift en bedek de trommel
volledig. Draai indien nodig de schroef op het einde van
de draadstift aan om de trommel te laten uitzetten en de
schuurtrommel op z'n plaats te houden.
Een accessoire plaatsen
Druk op de AAN/UIT‑knop om het gereedschap uit te
u
schakelen. Laat het gereedschap volledig tot stilstand
komen.
Verwijder de accu.
u
Houd de asvergrendelknop (1) ingedrukt en neem de
u
kraagmoer (4) vast.
Gebruik de bijgeleverde steeksleutel om de kraagmoer (4)
u
naar links te draaien tot deze los staat.
Plaats de hulpdraadstift (12), (13), (14), (15) in de kraag
u
(3).
Gebruik de bijgeleverde steeksleutel om de kraagmoer
u
(4) naar rechts te draaien om de kraagmoer (4) op de
hulpdraadstift vast te zetten.
NEDERLANDS
57