Geluidsmenu
1 Druk herhaaldelijk op [SOUND] om
het geluidseffect te kiezen en druk
vervolgens op [OK].
≥ U kunt ook herhaaldelijk op [4] of [3] drukken om het
instellingsitem te selecteren.
2 Druk herhaaldelijk op [4] [3] om de
gewenste instelling te selecteren en
druk vervolgens op [OK].
∫ SOUND MODE
Selecteer de geluidsmodus die bij het TV-programma of
de verbonden apparatuur past.
STANDARD: Meest geschikt voor drama's en komedies.
STADIUM: Produceert een realistisch geluid voor live
sportuitzendingen.
MUSIC: Maakt het geluid van muziekinstrumenten en
liedjes duidelijker.
CINEMA: Produceert driedimensionaal geluid dat uniek
is voor films.
NEWS: Maakt de stemmen van nieuwsberichten en
commentaar op sportwedstrijden duidelijker.
*
1
STRAIGHT
: De uitgang is 2.1-kanaals tijdens stereo
afspelen en 3.1-kanaals tijdens meerkanalen afspelen.
*
1
∫ 3D SURROUND
Dit systeem duwt het geluidsveld niet alleen links en
rechts naar buiten, maar ook in opwaartse richting, om bij
te dragen aan de totstandkoming van een immersief
geluidseffect.
b.v. Impressie van het 3D-surroundeffect
OFF
≥ De fabrieksinstelling is "
≥ Het surroundeffect is afhankelijk van de bron.
∫ SUBWOOFER
U kunt de hoeveelheid bastonen instellen.
Van niveau "LEVEL 1" tot "LEVEL 4" neemt het effect toe
in verhouding tot het nummer van het niveau.
".
∫ CLR DIALOG
U kunt het helderheidsniveau van de dialoog veranderen
wanneer u stemmen wilt benadrukken, enz.
Van niveau "LEVEL 1" tot "LEVEL 4" neemt het effect toe
in verhouding tot het nummer van het niveau.
Als het geluid onnatuurlijk wordt, selecteer dan "OFF".
≥ Voor DTS:X
-inhoud verandert u het niveau met gebruik
®
van "DTS:X DIALOG CONTROL".
∫ DTS:X DIALOG CONTROL
U kunt het helderheidsniveau van de dialoog veranderen
wanneer u stemmen wilt benadrukken, enz.
Dit heeft alleen effect bij afspelen van DTS:X
Van niveau "LEVEL 0" tot "LEVEL 6" neemt het effect toe
in verhouding tot het nummer van het niveau.
*
2
∫ DUAL AUDIO
Stelt de favoriete audiokanaalmodus in als twee
audiomodussen door dit systeem ontvangen worden.
M1: Hoofdgeluidsspoor
M2: Secundair
M1+M2: Hoofdgeluidsspoor+Secundair
Dit effect zal alleen werken als de instelling van de audio-
uitgang van de TV of de speler op "Bitstream" gezet is en
"Dual Mono" beschikbaar is in de geluidsbron.
*
2
∫ DRC
U kunt luisteren op een laag volume maar dialoog toch
duidelijk horen.
Als het geluid onnatuurlijk wordt, selecteer dan "OFF".
≥ Als "Dolby TrueHD" audio afgespeeld wordt en als "AUTO"
geselecteerd is, dan kan het uitgevoerde effect afhankelijk
van de inhoud het effect zijn wanneer "ON" geselecteerd
is.
≥ Deze functie is alleen ingeschakeld als Dolby Audio
(Dolby Digital, Dolby Digital Plus, of Dolby TrueHD), Dolby
Atmos
of DTS
-signalen ingevoerd worden.
®
®
∫ AGC
De auto gain bediening voorkomt een onverhoeds hard
geluid door het geluidsniveau automatisch te verlagen
als de invoer te hoog is.
Deze functie is geschikt voor TV-uitzendingen met een
verschillend geluidsniveau.
Als het geluid onnatuurlijk wordt, selecteer dan "OFF".
∫ LOW VOL MODE
Maakt de dialoog duidelijker bij een laag volume.
Selecteer "OFF" om dit effect te annuleren als de dialoog
niet natuurlijk klinkt bij een laag volume.
*
2
-inhoud.
®
TM
19
TQBM0481
(139)