CRX
I
INSTRUCTIE
Het koelvermogen kan worden beïnvloed door
• de omgevingstemperatuur,
• de hoeveelheid levensmiddelen die geconserveerd dienen te
worden,
• het aantal keren dat de deur wordt geopend.
Als de omgevingstemperatuur 16 °C tot 20 °C bedraagt, dient u de
koelkast ten minste op stand 2 te zetten.
8.4
Snelkoelfunctie instellen
(alleen CRX50, CRX65, CRX80)
A
LET OP!
• Gebruik de snelkoelfunctie alleen als het uitneembare vriesvak niet
geplaatst is. Anders bestaat het gevaar dat het vriesvak uiterst koud
wordt en een condensatie van water aan de buitenkant van de koel-
kast niet verhinderd kan worden. Bovendien zal het energieverbruik
sterk stijgen.
• Houd er rekening mee dat flessen en dergelijke door bevriezing kun-
nen springen.
• Houd er rekening mee dat het moeilijk is om de koelkastdeur onmid-
dellijk na het sluiten te openen.
Het is mogelijk om de koelkast met een snelkoelfunctie te gebruiken om diep-
vriestemperaturen te bereiken.
➤ Druk de toets
✓ De led boven de toets
➤ Druk de toets
koelfunctie te gebruiken.
8.5
Wintermodus instellen
(alleen CRX110ACDC, CRX140ACDC)
De wintermodus garandeert bij buitentemperaturen onder 16 °C een optimaal
bedrijf:
➤ Druk de toets
✓ De koelkast schakelt in de wintermodus en de led boven de toets
NL
langer dan 3 s in.
brandt.
opnieuw langer dan 3 s in, om de koelkast met de normale
langer dan 3 s in.
Koelkast gebruiken
brandt.
181