Veiligheidsprocedures
Installatie van de units
De installatie moet worden uitgevoerd door een
bevoegde installateur.
NIET INSTALLEREN OP PLAATSEN...
• Die moeilijk bereikbaar zijn voor installatie en onderhoud.
• Die te dicht bij warmtebronnen zijn.
• Waar de unit meer kan gaan trillen.
• Die niet geschikt zijn voor het gewicht van de unit.
• Die kunnen worden blootgesteld aan brandbare gassen.
• Die zijn blootgesteld aan olie en dampen.
• Met bijzondere omgevingsomstandigheden.
Elektrische bedrading
Alle niet bijgeleverde elektrische aansluitingen zijn de
verantwoordelijkheid van de installateur.
GEVAAR
Elektrische schokken kunnen ernstig lichamelijk
letsel of overlijden tot gevolg hebben. Deze
handelingen mogen alleen worden uitgevoerd
door bevoegd personeel.
WAARSCHUWING
• Deze unit voldoet aan de richtlijnen voor machinerichtlijn
(2006/95/EC), elektromagnetische compatibiliteit
(2004/108/EC) en drukapparatuur (EEG/97/23).
• Zorg ervoor dat deze handelingen uitsluitend door
bevoegd personeel worden uitgevoerd om elektrische
schokken of brand te voorkomen.
• Controleer of de hoofdtoevoerleiding aan de regels van de
nationale veiligheidswetgeving voldoet.
• Houd u aan alle geldende regels van de nationale
veiligheidswetgeving.
• Zorg ervoor dat er een goed aangesloten aardleiding van
de juiste grootte is.
• Controleer of de spanning en de frequentie van de
hoofdtoevoerleiding goed zijn; het beschikbare vermogen
moet voldoende zijn om ook alle eventuele andere op
dezelfde lijn aangesloten apparaten te laten werken.
• Controleer of de impedantie van de hoofdtoevoerleiding
overeenkomt met de stroomtoevoer van de unit, die staat
aangegeven op het serieplaatje (EN 61000-3-12).
• Zorg ervoor dat er in de buurt van de unit scheidings-
en veiligheidsschakelaars van de juiste afmetingen zijn
geïnstalleerd.
• De inrichtingen voor het afsluiten van het voedingsnet
moeten complete afsluiting mogelijk maken in de
omstandigheden van overspanningscategorie III.
78
30AWH
BUITENUNIT
KIES EEN PLAATS...
• Waar het geluid en de afgevoerde lucht geen overlast
bezorgen voor buren.
• Die beschermd is tegen wind.
• Waar de benodigde vrije ruimte is.
• Die geen doorgangen of deuren verspert.
• Met een vloer die stevig genoeg is om het gewicht van
de unit te dragen en de overdracht van trillingen tot een
minimum te beperken.
Bevestig de unit met bouten die u zelf koopt in het
blok.
Als de unit wordt geïnstalleerd op een plaats waar
het hard kan sneeuwen, moet de unit op ten minste
200 mm boven het gewoonlijke sneeuwoppervlak
worden geïnstalleerd. U kunt ook de beugelset voor
buitenunits gebruiken.
VOORZICHTIG
• Sluit de aansluitkabel op de juiste manier aan. Als de
aansluitkabel op een verkeerde manier is aangesloten,
kunnen er elektrische onderdelen beschadigd raken.
• De aansluiting op het voedingsnet is van het type Y. De ka-
bel mag dus alleen worden vervangen door de technische
dienst, om ieder risico te voorkomen.
• Gebruik de aangegeven kabels voor de bedrading en sluit
ze goed aan op de klemmen.
WAARSCHUWING
• Zorg ervoor dat er aarding is; een ongeschikte aarding kan
elektrische schokken veroorzaken.
• Sluit geen aardleidingen aan op gasleidingen,
waterleidingen, bliksemafleiders of aardleidingen voor
telefoonkabels.
GEVAAR:
Pas deze unit niet aan door beschermingen te verwijderen
of door de veiligheidsschakelaars te bypassen.
Neem contact op met de erkende hulpdienst als zich
een van de volgende situaties voordoet:
• hete of beschadigde voedingskabel;
• ongewoon geluid tijdens de werking;
• de beschermingsinrichtingen worden vaak ingeschakeld;
• ongewone geur (zoals een brandlucht).