De lichtgeleider mag niet aan temperaturen boven
134 °C (273 °F) worden blootgesteld!
De lichtgeleider is getest tot 500 sterilisatiecycli.
Voorbehandeling
De voorbehandeling moet zowel bij de machinale
als bij de handmatige reiniging en desinfectie worden
uitgevoerd.
Direct na gebruik (binnen maximaal 2 uur) grove
verontreinigingen verwijderen van de lichtgeleider.
Daarvoor de lichtgeleider grondig (ten minste 10 sec.)
onder stromend water afspoelen of een geschikte,
aldehydevrije desinfecteermiddeloplossing gebruiken
(desinfecteermiddel moet aldehydevrij zijn, om een
fixering van bloed te voorkomen).
Voor het handmatig verwijderen van verontreinigingen
een zachte borstel of een zachte doek gebruiken.
Vastgepolymeriseerd composiet met alcohol verwijde-
ren, evt. met behulp van een kunststof spatel. Geen
scherpe of puntige voorwerpen gebruiken om krassen
op het oppervlak van de lichtgeleider te voorkomen.
Handmatige reiniging en desinfectie van de lichtgeleider
De lichtgeleider gedurende de aangegeven inwerktijd
in de oplossing leggen, zodat deze voldoende bedekt
is (evt. ondersteuning d.m.v. ultrasoon of voorzichtig
borstelen met een zachte borstel). Er wordt een
neutraal-enzymatisch reinigingsmiddel (bijv. Cidezyme/
Enzol van Johnson & Johnson) aanbevolen.
De lichtgeleider uit de oplossing nemen en grondig
(ten minste 10 sec.) met gedistilleerd water naspoelen.
De gereinigde lichtgeleider i.v.m. de desinfectie
gedurende de aangegeven inwerktijd in de oplossing
leggen, zodat deze voldoende bedekt is. Er worden
o-phthalaldehydehoudende desinfecteermiddelen
(bijv. Cidex OPA van Johnson & Johnson) aanbevolen.
De lichtgeleider uit de oplossing nemen en grondig
(ten minste 10 sec.) met gedistilleerd water naspoelen.
De lichtgeleider met een schone doek afdrogen.
De lichtgeleider controleren (zie het hoofdstuk
"Controle").
Machinale reiniging/desinfectie
(desinfector/reinigings- en desinfecteerapparaat)
Als alternatief kan de reiniging en desinfectie ook
machinaal plaatsvinden. Informatie over de te volgen
procedures zijn verkijgbaar bij 3M Deutschland GmbH.
Sterilisatie
Een effectieve reiniging en desinfectie zijn een absolute
voorwaarde voor een correcte sterilisatie.
Voor de sterilisatie is alleen een sterilisatie met behulp
van stoom toegestaan:
- maximale sterilisatietemperatuur 134 °C (273 °F)
- sterilisatietijd (inwerktijd bij sterilisatietemperatuur)
ten minste 20 min. bij 121°C (250°F) c.q. ten
minste 3 min. bij 132 °C (270 °F)/134 °C (273 °F)
Controle
De lichtgeleider op beschadigde oppervlakken,
verkleuring en vervuiling controleren voordat deze
opnieuw wordt gebruikt. Beschadigde lichtgeleiders niet
meer gebruiken. Indien de lichtgeleider nog steeds vuil
is, moeten de reiniging en desinfectie worden herhaald.
Het reinigen van handstukgedeelte en
beschermkap
Het reinigen van alle onderdelen gebeurt met een zachte
doek en evt. een mild reinigingsmiddel (bijv. afwasmiddel).
Oplosmiddelen of schurende reinigingsmiddelen kunnen
tot beschadiging leiden.
Het reinigingsmiddel mag niet in het apparaat terecht-
komen.
Om alle onderdelen van de apparatuur te desinfecteren
het desinfectiemiddel op een doek spuiten en
de apparatuur daarmee desinfecteren. Desinfectie-
middelen niet direct op het handstukgedeelte spuiten.
- Er mag geen desinfectiemiddel in het apparaat
terechtkomen!
Resten van desinfectiemiddelen met een zachte,
pluisvrije doek afdrogen, aangezien deze de kunststof
onderdelen beschadigen.
Zorg dat er geen desinfecteermiddel in de oplaadbus
van het handstukgedeelte terechtkomt, omdat dit een
nadelige invloed op de oplaadfunctie kan hebben.
Informeer eventueel bij de fabrikant van het desinfectie-
middel of het gebruik op den duur de kunststof opper -
vlakken aantast.
Het beschermglas met een zachte, pluisvrije doek
reinigen. Het beschermglas beschermen tegen krassen.
Opslag van het handstukgedeelte wanneer het
langere tijd niet wordt gebruikt
Wanneer het handstukgedeelte meerdere weken lang
niet is gebruikt - bijv. tijdens de vakantie - de batterij
eerst opladen of het handstukgedeelte gedurende
deze tijd op de netadapter aansluiten. Een diepont -
lading wordt door een veiligheidsschakeling binnenin
de batterij voorkomen.
Een lege of bijna lege batterij altijd zo snel mogelijk weer
opladen.
69