14. Sommige materialen bevatten chemische stoffen
die giftig kunnen zijn. Neem voorzorgsmaatrege-
len tegen het inademen van stof en contact met
de huid. Volg de veiligheidsinstructies van de
leverancier van het materiaal op.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
WAARSCHUWING:
Laat u NIET misleiden door een vals gevoel van com-
fort en bekendheid met het gereedschap (na veelvul-
dig gebruik) en neem alle veiligheidsvoorschriften
van het betreffende product altijd strikt in acht. VER-
KEERD GEBRUIK of het niet volgen van de veilig-
heidsinstructies in deze gebruiksaanwijzing kan
leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
GEBRUIK VAN HET GEREEDSCHAP
LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en de
stekker ervan uit het stopcontact is verwijderd vooral-
eer u begint met afstelling of onderhoud van het
gereedschap.
Werking van de trekschakelaar (Fig. 1)
LET OP:
• Alvorens de machine op een stopcontact aan te sluiten,
moet u altijd controleren of de trekschakelaar juist
werkt en bij het loslaten naar de "OFF" positie terug-
keert.
Om de machine te starten, drukt u gewoon de trekscha-
kelaar in. Hoe dieper de trekschakelaar wordt ingedrukt,
hoe sneller de machine draait. Om de machine uit te
schakelen, de trekschakelaar loslaten. Voor continue
werking, drukt u de trekschakelaar in en dan drukt u de
vergrendelknop in. Om de machine vanuit deze vergren-
delde stand te stoppen, de trekschakelaar volledig
indrukken en deze dan loslaten.
Aanzetten van de lampen (Fig. 2)
Voor model HR2460F
LET OP:
• Kijk niet direct in het licht of de lichtbron.
Druk de trekker in om de lamp aan te zetten. Laat de
trekker los om de lamp uit te doen.
OPMERKING:
• Gebruik een droge doek om vuil op de lamplens eraf te
vegen. Let op dat u geen krassen maakt op de lamp-
lens, aangezien de verlichtingssterkte daardoor zal ver-
minderen.
Werking van de omkeerschakelaar (Fig. 3)
LET OP:
• Controleer altijd de draairichting alvorens de machine
te gebruiken.
• Gebruik de omkeerschakelaar alleen nadat de machine
volledig tot stilstand is gekomen. Indien u de draairich-
ting verandert voordat de machine is gestopt, kan de
machine beschadigd raken.
• Als de trekschakelaar niet kan worden ingeknepen,
controleert u dat de omkeerschakelaar helemaal naar
de positie
(kant A) of naar de positie
gezet.
Dit gereedschap heeft een omkeerschakelaar voor het
veranderen van de draairichting. Beweeg de omkeer-
schakelaar naar de positie
draairichting, of naar de positie
draairichting.
Kiezen van de bedieningsfunctie (Fig. 4)
Dit gereedschap heeft een omschakelknop. Gebruik
deze knop voor het kiezen van een van de twee bedie-
ningsfuncties die geschikt is voor uw werk.
Voor gewoon boren drukt u de knop zodat de pijl op de
knop in de richting van de
van het gereedschap wijst.
Voor hamerboren drukt u de knop zodat de pijl op de
knop in de richting van de
van het gereedschap wijst.
LET OP:
• Zet de knop altijd volledig op het gewenste symbool.
Indien u het gereedschap gebruikt met de knop halver-
wege tussen de twee symbolen geplaatst, kan het
gereedschap beschadigd raken.
• Bedien de knop pas nadat het gereedschap volledig tot
stilstand is gekomen.
Koppelbegrenzer
De koppelbegrenzer treedt in werking wanneer de motor
een bepaald koppel bereikt. De motor wordt dan ontkop-
peld van de uitgangsas. Wanneer dit gebeurt, zal de boor
ophouden met draaien.
LET OP:
• Schakel het gereedschap onmiddellijk uit wanneer de
koppelbegrenzer in werking treedt. Hierdoor helpt u
vroegtijdige slijtage van het gereedschap voorkomen.
• Hulpstukken, zoals gatenzagen, die gemakkelijk in het
boorgat vastlopen of klemmen, zijn niet geschikt voor
dit gereedschap. Dat komt doordat zij de koppelbe-
grenzer te vaak in werking doen treden.
INEENZETTEN
LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en de
stekker ervan uit het stopcontact is verwijderd alvorens
enig werk aan het gereedschap uit te voeren.
Zijhandgreep (hulphandgreep) (Fig. 5)
LET OP:
• Gebruik altijd de zijhandgreep om een veilige bedie-
ning te verzekeren.
Installeer de zijhandgreep zodanig dat de tanden op de
greep tussen de nokken op het huis van de machine
komen te zitten. Zet dan de handgreep vast door deze in
de gewenste positie naar rechts te draaien. De hand-
greep kan 360° worden verdraaid zodat u deze in elke
gewenste positie kunt vastzetten.
Boorvet
Voordat u de boor aanbrengt, smeer een beetje vet
(ca. 0,5 tot 1,0 gram) op de kop van de boorschacht.
Met een ingevette boorkop zal het gereedschap beter
werken en langer meegaan.
Aanbrengen of verwijderen van de boor
Reinig de boorschacht en smeer er boorvet op alvorens
(kant B) is
de boor te installeren. (Fig. 6)
Steek de boor in de machine. Draai de boor en duw deze
naar binnen tot zij vergrendelt. (Fig. 7)
(kant A) voor rechtse
(kant B) voor linkse
symbool op de behuizing
symbool op de behuizing
21