3.3
Bevestigingsmogelijkheden
a) Dookbevestiging in beton of metselwerk (afbeelding B-1)
Bevestigingsgat voor dookbevestiging afmeten en boren.
Beton (art. nr. FF35120)
Metselwerk (art. nr. FF35121)
Boorgat zorgvuldig van boorgruis reinigen.
Betondook met spreidwig of metselwerkdook (tot 5 keer herbruikbaar) plaatsen.
Betonset: Draadstang in de dook indraaien.
Metselwerkset: Draadstang met onderlegschijf en gemonteerde moer in het anker
inschroeven. Moer met steeksleutel vastdraaien.
Bodemplaat (8) aanbrengen en met drukplaat en vleugelmoer bevestigen.
b) Spannen met de snelspannkolom (art. nr. FF35015 afbeelding B-2)
De boorstander uitlijnen en de snelspankolom op de bodemplaat van de boorstander
plaatsen.
De snelspankolom uitschuiven en de boorstander vastklemmen.
Minimumhoogte van het vertrek:
Maximumhoogte van het vertrek:
Opmerking: Om beschadiging van plafond en muren door de snelspankolom te
voorkomen, plaatst u een stuk hout of dergelijke tussen kolomeinde en plafond, zodat de
aandrukkracht over een groter oppervlak wordt verdeeld.
De bijgevoegde gebruiksaanwijzing van de snelspankolom lezen en begrijpen!
c) Bevestiging door vacuümset (Art. nr. FF35710= RC 150; FF35740= RC 250; afbeelding
B-3) met vacuümpomp (Art. nr. FF35200)
Plaats de sponsrubberring in de ingewerkte groef in de bodemplaat (8) van de boorstander.
De vacuümset met behulp van de snelkoppeling aansluiten op de vacuümpomp.
De vacuümpomp aansluiten op het stroomnet en inschakelen.
De bodemplaat (8) positioneren en het vacuümaansluitstuk met de driewegkogelkraan in het
slobgat van de bodemplaat plaatsen.
De handknevel van de kogelkraan stevig aandrukken en omleggen, hierbij de bodemplaat
gelijktijdig tegen de ondergrond drukken.
Voor het verplaatsen van de boorstander op de ondergrond, drukt u op de ontluchtingsknop
(9) in de voetplaat.
Max. boorgebied met vacuümtechniek:
De vacuümtechniek kan slechts worden toegepast op een effen ondergrond, omdat
alleen hier een vacuüm kan worden bereikt dat voldoende is. Nooit op de
bepleistering aanzuigen! De boorstander kan van de muur loskomen.
Ingeval van stroomuitval zorgt er de veiligheidsketel van de vacuümpomp RODIA-VAC voor, dat
de machine nog ca. 1 à 2 minuten op de ondergrond blijft vastgezogen. Deze tijdspanne is
echter heel erg afhankelijk van de dichtheid van het systeem en van de gesteldheid van de
ondergrond.
Tijdens het boren permanent de onderdruk controleren. De druk mag niet onder0,8 bar dalen!
De machine dient bij stroomuitval onmiddellijk van de muur te worden
genomen. Gevaar voor neerstorten van de machine! Opheffen van het vacuüm!
Alleen met gering opschuifdruk werken!
46
Diameter in mm
15 mm
20 mm
ca. 1,7 m
ca. 3,0 m
horizontaal
verticaal
NEDERLANDS
Diepte in mm
65 mm
85 mm
Ø 150 mm
Ø 250 mm
(B)